Wat de emancipatie nu nodig heeft: deeltijdprinsjes
Zorgen voor je kinderen heeft weinig aanzien, geen status, het betaalt niet. Maar het is wél een van de belangrijkste bronnen van welzijn en geluk. Dus vaders, het mooiste vaderdagcadeau dat je jezelf en je kind kunt geven: minder werken en meer gaan zorgen.
‘Drié maanden?! Waarom?’
De reacties die mijn vriend kreeg toen hij aankondigde dat hij drie maanden ouderschapsverlof op zou nemen als ik weer aan het werk ging waren niet mis. Hij stuitte op verbazing (‘Kan dat?’) onbegrip (‘Waarom zou je dat doen?!), en soms ook bewondering (‘Wat goed van je!’ en ‘Er zijn niet veel mannen die dat zouden doen!’).
Allemaal reacties die moeders nooit krijgen.
Het debat over gendergelijkheid richt zich al jaren op de vrouw: vrouwen zouden niet genoeg werken. Moeders moeten juist weer niet te veel buitenshuis werken. Vrouwen die in deeltijd werken zouden zelfs niet alleen hun eigen carrière schaden, maar het voor álle vrouwen verpesten.* Vrouwen moeten zich wel een beetje aanpassen* en tegelijkertijd zichzelf blijven.* Vrouwen moeten beter onderhandelen,* maar ook weer niet te zakelijk overkomen, en vooral ook aardig zijn. Het is niet gunstig voor je carrière om je te veel bezig te houden met feminisme,* en tegelijkertijd wordt het ons verweten als we niet opkomen voor de vrouwenzaak.
Mooie afleidingsmanoeuvre. Want er is een grote afwezige in het emancipatiedebat. En dat is de man. ‘Als man heb je dispensatie van emancipatie’, schreef socioloog Mark van Ostaijen in de Volkskrant.* ‘Papadag, fulltime prinsjes, afwezige-lullo’s, het debat over de zorgparticipatie van mannen staat al jaren niet op de agenda’, schrijven Bregje Feuth en Mirte Wibaut,* oprichters van Drs Mama. ‘Als je kijkt naar emancipatiebeleid is er één groep van verstoten – en dat zijn mannen. Mannen hebben geen aandeel in de emancipatie in Nederland’, zegt Van Ostaijen.*
‘Je leest vaak over moeders die overwerkt zijn en het zwaar hebben, en dan worden er allerlei oplossingen en hacks aangedragen. Maar misschien moeten we eens kijken naar wie er thuis op de bank zit: de vader’, zegt Robin van Tilburg.
Waarom emanciperen vaders niet wat meer? En wat kunnen we eraan doen om dit te veranderen?
De babyboete, ook wel bekend als de baarboete
De meerderheid van de ouders zou de zorg voor hun kind(eren) het liefst gelijk verdelen, zo blijkt uit onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau.* Maar in de praktijk lukt het slechts een kleine minderheid. 16 procent van de ouders heeft naar eigen zeggen werk en zorg gelijk verdeeld. Veel vaker werkt de vader het meest buitenshuis en neemt de moeder het grootste deel van de zorgtaken op zich. (Deze data gelden voor heterostellen: bij LHB-stellen is de taakverdeling van zowel betaald als onbetaald werk gelijkwaardiger.)
De ongelijke verdeling van werk- en zorgtaken heeft grote gevolgen voor het inkomen van de ouders. Het inkomen van Nederlandse moeders daalt gemiddeld 46 procent na de geboorte van een kind. Dit komt grotendeels doordat vrouwen minder uren betaald werk gaan doen én, in mindere mate, doordat hun uurloon daalt.
In de wetenschappelijke literatuur wordt dit wel een child penalty of babyboete genoemd. Een baarboete zou misschien een betere benaming zijn. Want hoewel ieder kind (minstens) twee ouders heeft, geldt deze straf alleen voor degene die een kind draagt.
‘De geschatte child penalty op het inkomen is na zeven jaar gelijk aan 46 procent voor moeders en 0 procent voor vaders’, concluderen het Centraal Planbureau en de Erasmus Universiteit Rotterdam.*
Waar komt die boete vandaan? En waarom valt die alleen bij vrouwen op de mat?
Een korte geschiedenis: enorme veranderingen in het werkende leven van de vrouw...
Mijn oma’s werden ontslagen toen ze gingen trouwen. Tot 1956 waren vrouwen in Nederland voor de wet handelingsonbekwaam. Ze konden geen bankrekening openen, geen verzekeringen afsluiten en moesten hun man om geld en toestemming vragen als ze iets wilden kopen. Tot 1975 was het wettelijk toegestaan om vrouwen minder te betalen voor hetzelfde werk. Het duurde tot 1986 totdat getrouwde vrouwen dezelfde rechten op sociale zekerheid kregen als mannen. Vrouwen werden in die jaren vaak nog steeds uitgesloten van aanvullende pensioenopbouw. En pas in 1989 kregen ouders recht op (onbetaald) ouderschapsverlof en stelde de regering geld beschikbaar voor kinderopvang.
Hoewel vrouwen nog altijd significant minder geld verdienen dan mannen en veel minder vaak machtsposities bekleden, is er in een paar decennia ontzettend veel veranderd in het werkende leven van vrouwen. Van mijn oma’s die voor de wet handelingsonbekwaam waren en ontslagen werden na het huwelijk, naar mijn moeder die mocht blijven werken – alhoewel voor een lager loon, met minder sociale zekerheid en zonder aanvullende pensioenopbouw – naar mijn generatie, waarin de arbeidsparticipatie van vrouwen en mannen bijna gelijk is.*
…en veel constanten in het werkende leven van de man
Maar hoe enorm veel er veranderd is in het werkende leven van vrouwen, zoveel is er hetzelfde gebleven in het werkende leven van mannen. In de tijd van mijn opa’s en mijn vader was er überhaupt geen wettelijk verlof voor mannen die een kind kregen.
Pas in 2002 (!) werd het kraamverlof voor vaders in loondienst een onvoorwaardelijk recht. En het hield niet over: dit betekende dat vaders twee dagen betaald verlof kregen. Precies genoeg tijd om bij de geboorte te zijn en de verplichte aangifte bij de burgerlijke stand te doen, en hoppakee, terug aan het werk.
In 2019 werd dit verlof na lang steggelen verlengd tot vijf dagen betaald partnerverlof. En sinds 1 juli 2020 kunnen partners vijf weken aanvullend geboorteverlof opnemen. Nog steeds een schijntje bij de zestien weken die moeders krijgen.
Het partnerverlof is bovendien slechts 70 procent betaald, wat betekent dat niet iedereen het zich kan veroorloven om het op te nemen. En zelfs als het financieel mogelijk is, nemen veel partners het verlof niet of niet volledig op.* Ze zijn bang dat het hun carrière schaadt, en waarschijnlijk is die angst niet geheel onterecht, gezien het hoge percentage vrouwen dat zwangerschapsdiscriminatie ervaart* en de enorme babyboete die vrouwen krijgen.
Er is bovendien een gebrek aan sociale acceptatie, zegt Robin van Tilburg, van de werkvloer en van de omgeving. Er wordt een beroep gedaan op de loyaliteit van vaders die op verlof willen gaan: ‘Ga je met vakantie?’ of ‘Er komt een drukke periode aan, laat je ons nu in de steek?’ horen zij. En soms zelfs ‘verkapte bedreigingen’ – ‘Als je die promotie wil krijgen, moet je nog maar eens nadenken of het wel verstandig is om verlof op te nemen.’
‘Als je als man zegt dat je thuis ook ambities hebt, is daar vaak niet heel veel ruimte of begrip voor’, zegt Van Tilburg.
Kunnen vaders net zo goed zorgen?
‘Maar vrouwen willen die verantwoordelijkheid toch ook helemaal niet delen? Zij kunnen toch zoveel beter zorgen?’ Er is een hardnekkig geloof dat vrouwen natuurtalenten zijn als het gaat om zorgtaken. Opvallend genoeg zijn het vooral mannen die hierin geloven: 37 procent van de vaders en 26 procent van de moeders denkt dat een vrouw geschikter is om kleine kinderen op te voeden.*
Er is geen enkel wetenschappelijk bewijs dat vrouwen van nature beter zouden zijn in zorgen. Maar, oefening baart kunst. Als een vrouw aan het begin zo veel tijd doorbrengt met haar kind en haar partner gelijk weer aan het werk gaat dan ontwikkel je patronen. ‘Het is alsof je allebei je rijbewijs haalt in één week – de kraamweek. En dan gaat de een terug naar zijn werk, en de ander begint een taxibedrijf. En die oefent dagelijks met de hellingproef en met inparkeren’, zegt Mirte Wibaut.
En dan is er nog de omgeving: zelfs al wíl je het graag gelijkwaardig verdelen, werkt de buitenwereld niet altijd mee. Crèches, scholen, huisartsen – ze bellen vrijwel altijd de moeder als er iets is. Vaders klagen* dat ze niet eens worden aangekeken of serieus worden behandeld als ze gelijkwaardig willen zorgen.
Hoe wordt het beter?
Het is hoog tijd dat alle ouders dezelfde kansen krijgen om te werken én te zorgen.
Een eerste stap zou zijn om vaders en partners hun deel van de babyboete te laten betalen. Dat kan door het verlof voor alle ouders gelijk te trekken en volledig te vergoeden, en door partners sterk aan te moedigen – of zelfs te verplichten – om het op te nemen.
In verschillende Scandinavische landen krijgen koppels gezamenlijk verlof dat ze naar eigen inzicht mogen delen, waarbij een gedeelte gereserveerd wordt voor de partner, en bovendien krijgen stellen extra verlof als bonus voor een gelijkwaardige verdeling. Langer verlof, en vooral solozorg – verlof dat een ouder opneemt terwijl de andere ouder werkt – draagt bij aan een betere band tussen ouder en kind, en een gelijkwaardige verdeling op de lange termijn.
Daarnaast moeten we de loonkloof dichten. Vrouwen verdienen per uur gemiddeld 13 procent minder dan mannen.* Doordat mannen vaak ook al meer verdienen vóórdat er kinderen komen, is het relatief goedkoper om de vrouw minder uren te laten werken en de carrière van de man voorrang te geven, waarna de loonkloof alleen maar groter wordt.
En tot slot – misschien wel het moeilijkste van alles – vaders moeten zelf veranderen. Want ze wijzen graag naar de ander, schrijft Andreas Jonkers: progressieve verlofregelingen uit Scandinavische landen, werkgevers die niets toestaan, en een hele cultuur die op de schop moet. Maar ‘als de verdeling gelijker moet, zullen wij mannen minder moeten gaan werken en meer voor onze kinderen moeten gaan zorgen’, vindt Jonkers.* ‘Geen gezeik, vaders en moeders gelijk.’
‘Ik wilde dat ik niet zo hard had gewerkt.’ Het staat op nummer twee van de dingen waar mensen, en dan vooral mannen, spijt van hebben op hun sterfbed. ‘We weten allemaal wat echt belangrijk is, maar we leven er niet naar’, zegt Wibaut.
Waarom niet? Er is weinig extrinsieke motivatie om te zorgen. Het heeft weinig aanzien, geen status, het betaalt niet.
Maar vaders die bij hun kinderen betrokken zijn zeggen dat dit een van hun belangrijkste bronnen van welzijn en geluk is.*
Dus vaders, misschien is dat het mooiste vaderdagcadeau dat je jezelf en je kind kunt geven. Minder werken en meer gaan zorgen.