Podcast: Mieren gaan beter om met catastrofes dan mensen

Lex Bohlmeijer
Correspondent Goede gesprekken
Dries Verhoeven in de tentoonstelling van zijn project Homo Desperatus in het Stedelijk museum in Den Bosch. Foto: Marijn Smulders (voor De Correspondent)

De mier is het meest succesvolle dier op aarde. Kunstenaar Dries Verhoeven houdt de mens met zijn nieuwe theatrale installatie Homo Desperatus een spiegel voor: hij bouwde 44 rampen op schaal na, bevolkt door mieren. Wat kan de mens van de mier leren?

maakt het zichzelf allesbehalve gemakkelijk. Is het theater wat hij maakt? Ja, maar dan zonder acteurs. Een performance dan? Het zou kunnen, maar de toeschouwers spelen onmiskenbaar een rol: ze worden onderdeel van het drama.

Met zijn nieuwste project Homo Desperatus heeft kunstenaar Verhoeven nadrukkelijk toenadering gezocht tot het museum. Omdat hij zich ergerde aan Maar bij de musea stuitte hij weer op andere muren. Dat blijkt precies te zijn wat hij nodig heeft: weerstand. Hij zegt in het interview van vandaag dat het hem dwingt te vechten voor wat hij echt belangrijk vindt.

Dat blijkt precies te zijn wat hij nodig heeft: weerstand

in het in Den Bosch, is een installatie met apocalyptische trekken. Hij laat 44 plekken op aarde zien waar zich op dit ogenblik rampen voltrekken. Hij heeft die plekken minutieus na laten bouwen (‘Nauwkeurigheid is waarachtigheid’). Die maquettes worden schaarsverlicht in vitrines tentoongesteld en - nu komt het - bevolkt door mieren.

Mijn eerste indruk was dat Verhoeven een wereld wil laten zien waaruit de mens verdwenen is. Maar nee, volgens de kunstenaar is de mier een personificatie van de mens. Het dier heeft namelijk een succesvolle methode ontwikkeld bij catastrofes: hij offert het individu meedogenloos op aan het voortbestaan van de soort. Het roept de vraag op of wij mensen ook individueel lijden voor lief nemen om de invasieve systemen die wij op aarde hebben geïnstalleerd draaiende te kunnen houden. De vraag stellen is hem beantwoorden.

Samen met Dries Verhoeven liep ik door dit apocalyptische Madurodam, waarin ook ironie, hoop en schoonheid een plaats krijgen (‘Met schoonheid maak je mensen zacht’). De soundtrack kregen we er gratis bij.