In het gunstigste geval kan Oekraïne de route van Zuid-Korea volgen, denkt deze historicus

Een jaar geleden voerde The New Yorker-hoofdredacteur David Remnick een over de toen pas begonnen invasie van Oekraïne. Deze week voelde het tijdschrift de gezaghebbende geschiedkundige opnieuw aan de tand, en dat leverde wederom een aantal boeiende inzichten op.

Kotkin is vol bewondering over de moedige Oekraïners die zich al een jaar verzetten tegen een Russische overmacht. Maar de grondslag voor die strijdlust is complexer dan de wil om hun territorium en identiteit te verdedigen, zegt Kotkin. Oekraïnes endgame, de gehoopte tegenprestatie voor zijn minstens honderdduizend doden en gewonden, is aansluiting bij de Europese Unie.

De desastreuze Russische oorlogscampagne ten spijt is het lang niet zeker of Oekraïne de oorlog op het slagveld wint – en of het de Krim en de Donbas weet te heroveren. Het voelt pijnlijk en fatalistisch om er nu al over na te denken, geeft Kotkin toe, maar stel dat Oekraïne het conflict verlaat met 80 procent van zijn oorspronkelijke grondgebied én een EU-lidmaatschap. Zou het land dat kunnen verteren als een netto zege?

Het minst slechte toekomstscenario voor Oekraïne is volgens de historicus het Zuid-Korea-model: een solide wapenstilstand met de aggressor, Amerikaanse garanties op bescherming en volwaardige deelname aan de westerse politieke en economische gemeenschap.

The New Yorker: ‘How the War in Ukraine Ends’ (Leestijd: 25 minuten)