De jongerenclub van de VVD leert de oude garde een lesje liberalisme
Kort na de Provinciale Statenverkiezingen kreeg de VVD een schop onder de kont van haar eigen jongerentak. Als het aan de JOVD ligt, moet de stikstofuitstoot echt niet later dan in 2030 zijn gehalveerd. Ook niet nu de BBB in de schijnwerpers staat. De jongeren vrezen dat hun grijze collega’s ‘puur om electorale redenen’ gaan draaien.*
Het is niet ongebruikelijk dat jongerenorganisaties wat progressiever zijn dan hun belegen tegenhangers (zo botste Mark Rutte als JOVD-voorzitter regelmatig met Frits Bolkestein). Maar bij de JOVD van vandaag is sprake van een opvallende, wezenlijke verandering van opvattingen en waarden. Ze loopt met haar kritiek niet naar het kantoortje van Rutte, maar vecht het uit in de publieke ruimte:
- 18 januari 2023: JOVD-bestuursleden halen uit naar ‘de vleesetende en vlieglustige rechterflank van de VVD’ in NRC. De titel van hun opiniestuk: ‘De rechterflank van de VVD ziet het klimaat als een ver-van-mijn-opritprobleem’.
- 13 februari 2023: de JOVD gaat op Twitter de strijd aan met de VVD over het feit dat afkomst in Nederland steeds bepalender lijkt te zijn – na twaalf jaar onder premier Rutte, welteverstaan. De jongerenclub plaatste een scherp filmpje en stelt dat belastingen op vermogen en erfenissen omhoog moeten om de belasting op arbeid te verlagen.
- 22 februari 2023: nadat de VVD-fractie stemde voor een onderzoek naar strengere eisen voor belangenorganisaties zoals Urgenda en Vluchtelingenwerk, sprak niet alleen het College voor de Rechten van de Mens zijn verontrusting uit over de gevolgen voor de rechtsstaat, maar kreeg de partij ook een tik op de vingers (en een lesje Rechtsstaat 101) van de jongeren.*
De JOVD is niet bezig met gerommel in de marge, maar met een andere blik op het liberalisme. De jongeren doen meer denken aan de eerste liberale premier van Nederland dan aan de laatste: de regering van Cort van der Linden voerde tijdens de Eerste Wereldoorlog een progressieve oorlogswinstbelasting in,* waar de rijkste 10 procent alles betaalde. Het erfrecht werd door zijn net zo liberale minister van Financiën gezien als een ‘hinderpaal op den weg der maatschappelijke ontwikkeling’. Liberalisme, zagen die VVD’ers, overstijgt egoïsme, en legt een sterke nadruk op solidariteit en gelijke kansen voor iedereen.
De huidige VVD is vooral een rechts-conservatieve partij; het ‘redelijke’ alternatief voor de PVV. Dit is de partij die de dividendbelasting wilde afschaffen, die een nieuwe vermogensbelasting blokkeerde,* en die nu zinspeelt op een tijdelijke asielstop, tegen alle internationale afspraken in.* Partijleider Mark Rutte bestempelde de erfbelasting ooit als ‘de meest onrechtvaardige belasting die er bestaat’.*
Zou Cort van der Linden uit de dood herrijzen, dan was hij geen VVD’er. We zouden hem noodgedwongen omschrijven als een ‘sociaal-liberaal’, omdat we inmiddels gewend zijn geraakt aan asociaal beleid onder de vlag van het liberalisme.
Dát liberalisme kunnen we goed gebruiken
Stel, de JOVD zet door en houdt vast aan haar idealen: wat gebeurt er als de VVD een écht liberale partij wordt?
Je kunt het gevaarlijk vinden. De hoofdredactie van het Reformatorisch Dagblad noemde de VVD vorig jaar de ‘dam tegen populisme’. Zonder brede volkspartij met conservatieve standpunten, waarschuwde de titel, vluchten veel kiezers misschien wel naar JA21 of de PVV. Misschien hebben we Ruttes club dus wel nodig, om erger te voorkomen.
Zelf zou ik het omdraaien. Dat een partij als de VVD radicaal-rechtse standpunten overneemt, vermindert het succes van radicaal-rechtse partijen helemaal niet, zo bleek onlangs uit een grootschalig onderzoek naar tientallen verkiezingen in twaalf landen (waaronder Nederland) tussen 1976 en 2017.* Als de data al iets laten zien, dan vergroot die strategie hun kansen juist. Oftewel: waarschijnlijk heeft de VVD rechts-populisten juist groter gemaakt door mee te gaan in hun verhaal. Je verslaat populisten niet door populist te worden.
Misschien kunnen we deze JOVD en haar kijk op het liberalisme dus goed gebruiken.
'Ben jij links?'
Het is snel gegaan. Zeven jaar geleden raakte ik tijdens mijn introductieweek in Rotterdam verzeild in een discussie over de vermogensbelasting, nota bene op de sociëteit van het corps. Na een korte gedachtewisseling viel het kwartje bij mijn oudere gesprekspartner. ‘Wacht eens, ben jij links?’ brieste hij. ‘Donder op!’ Voor linkse praatjes was geen plaats in dit bolwerk van VVD-sympathisanten.
Maar tot mijn verbazing ontdekte ik onlangs – bij het modereren van een verkiezingsdebat op dezelfde sociëteit – dat de nieuwe lichting corpsballen er andere ideeën op nahoudt dan je zou vermoeden. Duurzaamheid? Logisch, we willen toch een leefbare planeet? Erfbelasting? Rechtvaardig, want daar heb je zelf toch niet voor gewerkt? Diversiteit? Vanzelfsprekend, we leven niet meer in de jaren negentig. Politiek uit het prentenboek van Eric Carle was niet langer bon ton – daar zat ineens een ordinair randje aan.
Asociaal is uit de mode, en dat is goed nieuws. In tijden van toenemende armoede en gigantische uitdagingen kan oog voor de medemens geen kwaad. Laat de JOVD maar ten strijde trekken tegen de gedateerde denkbeelden van haar ouderwetse meerderjarigen.