Verenigd Links is volkomen logisch – GroenLinks en PvdA stemden al voor 97,5 procent hetzelfde
Het is beklonken: PvdA en GroenLinks gaan met een gezamenlijke lijst en één programma de komende Tweede Kamerverkiezingen in. Op maandag protesteerde de oude garde van PvdA-huize nog eenmaal tegen het onvermijdelijke.
‘Ik word bang van onszelf’, liet oud-PvdA-voorzitter Hans Spekman zich ontvallen op Radio 1,* vanwege het hoge percentage hoogopgeleide mensen, dat nóg hoger ligt bij GroenLinks.
Maandag was ‘de dag dat de sociaaldemocratie zichzelf opheft’, zei oud-minister Ronald Plasterk, die in zijn wekelijkse column in de best gelezen krant van Nederland geregeld afrekent met ‘woke’, ongehoorzame klimaatactivisten (‘over het paard getild’),* en verdere Europese integratie (‘holt de democratie uit’).*
Zelfs onderzoeker René Cuperus, die ik zeer waardeer vanwege zijn inzichtelijke Atlas van Afgehaakt Nederland, liet direct van zich horen bij de rechtse omroep WNL. ‘Ik overweeg mijn lidmaatschap van de PvdA op te zeggen’, reageerde hij. ‘Dit is de beweging weg van de volkspartij. Voor mij is het een rouwdag.’*
Ja, de achterban verschilt. Maar het stemgedrag niet
Wat al die teleurgestelde mannen goed zien is dit: de traditionele achterban van de PvdA en GroenLinks verschillen. Je zou kunnen grappen dat GroenLinks-kiezers (mediane leeftijd: 40) de kinderen zijn van PvdA-kiezers (mediane leeftijd: 63).* Bovendien zijn GroenLinks-stemmers vaker theoretisch opgeleid, terwijl PvdA’ers vaker een praktische opleiding hebben.
Maar veel belangrijker dan wie de kiezers zijn, is wát ze eigenlijk willen. Voor wat voor beleid hebben ze in de Tweede Kamerverkiezingen van 2021 gestemd? Hoe gedragen hun dierbare partijen zich in het parlement?
Welnu: als je de 8.083 stemmingen in de Tweede Kamer tussen de installatie op 31 maart 2021 en eind 2022 bestudeert, blijkt dat de Partij van de Arbeid en GroenLinks voor 97,5 procent hetzelfde stemden! Ze verschilden dus maar bij één op de veertig stemmingen van mening. Hebben we het over de inhoud – en daar zou politiek toch over moeten gaan – dan zijn er amper verschillen tussen de PvdA en GroenLinks.
Maar, zou je kunnen zeggen, als beide partijen zo goed zijn in het aantrekken van een eigen achterban voor deze standpunten, kun je dat dan niet beter zo laten? Is het strategisch wel slim om die twee ‘bloedgroepen’ te mengen? Dat laatste zou geen probleem moeten zijn: PvdA- en GroenLinks-kiezers lijken me slim genoeg om het narcisme van het kleine verschil te vermijden wanneer de inhoudelijke tegenstellingen zo klein zijn.
In de politiek is groter nog altijd beter
Belangrijker is dat het met de partijen los van elkaar niet goed gaat: hadden PvdA en GroenLinks in 2012 samen nog 42 zetels,* inmiddels zijn dat er nog maar 17. En kiezers stemmen in een versplinterd politiek landschap graag op een grotere partij.
Toen bij de vorige Tweede Kamerverkiezingen duidelijk werd dat D66 de grootste progressieve uitdager van de VVD zou worden, won die partij in de laatste dagen nog flink aan stemmen. Ook onderzoek uit Duitsland laat zien dat kiezers in een gefragmenteerd parlement uiteindelijk toch op een grote partij stemmen, in de hoop dat ‘hun’ partij de premier gaat leveren.*
De obsessie met ‘de grootste’ worden mag dan misplaatst zijn – zeker omdat het staatsrechtelijk niet vanzelfsprekend is dat de grootste partij de premier levert – maar het is wel de werkelijkheid. Zo bezien is een gemeenschappelijke lijst een handige zet. Als laatste heeft deze samenwerking de tijdgeest mee. We gingen van tien Tweede Kamerfracties in 2010 naar twintig fracties in 2023.* Over narcisme van het kleine verschil gesproken – het lijkt inmiddels op een Monty Python-sketch. De linkse samensmelting is een krachtig signaal dat het ook anders kan.
Als je het mij vraagt, ziet de verbluffende meerderheid van GroenLinks- en PvdA-leden (respectievelijk 91,8 en 87,9 procent van de leden die stemden is vóór samen optrekken) het beter dan de oude kopstukken van de partij. Het linkse verbond is geen vraag van óf maar van hóé.
Gaat een vertrouwd gezicht de lijst trekken?
In de uitwerking is de keuze voor de lijsttrekker belangrijk. Wie is de aangewezen persoon? Ik denk niet Ronald Plasterk, maar een sociaaldemocraat met een dikke groene rand, die al jaren de Europese Green Deal aanjaagt. Geen Nederlander heeft zo’n groot verschil gemaakt op het wereldtoneel als Frans Timmermans – de hefbomen in Brussel zijn nou eenmaal groter dan die in Den Haag.
En er is nog een bijkomend voordeel met Timmermans, die eerder minister van Buitenlandse Zaken was: terwijl alle oude bekenden (Rutte, Kaag en Hoekstra) Den Haag verlaten, kan hij een herkenbaar, vertrouwd gezicht voor deze nieuwe linkse lijst zijn.
Als Timmermans het wordt, is dit zijn uitdaging: laat aan die verschillende achterbannen zien dat ze eigenlijk al jaren hetzelfde willen.