Nederlanders zijn niet rechtser geworden (politici wel)
Luisteraars, een nieuwe aflevering van De Rudi & Freddie Show! Praat je wekenlang over de details van politieke plannen, wint Geert Wilders de verkiezingen met groteske luchtfietserij. Waarom? Dat vraagt om powerduiding van de uitslag en van de tijdsgeest.
Luisteraars (ja, helaas weer enkel luisteraars)! De Partij voor de Vrijheid won de verkiezingen. Sta je dan met je podcast over de inhoud... met je kweekvleescoalitie... met je veel te lange gesprekken over nut en noodzaak van ontziltingsinstallaties...
Ongeveer een kwart van het electoraat stemde voor een partij met een verkiezingsprogramma dat grossiert in groteske luchtfietserij. Tewerkstellingsvergunningen voor Europese staatsburgers (mag niet van Europese richtlijnen), volwassenenstrafrecht vanaf veertien jaar (verboden door het Verdrag inzake de rechten van het kind), ‘administratieve detentie’ voor ‘tienduizenden sympathisanten van de jihad’ (verfrissend: we gaan mensen vastzetten zonder tussenkomst van een rechter voor misdrijven die ze nog niet begaan hebben). De financiële onderbouwing van het PVV-verkiezingsprogramma, waarin rijkelijk met belastingverlagingen en uitgavenverhogingen wordt gestrooid, is zelfs binnen het genre (en de lat ligt deze verkiezingen lager dan ooit) bedroevend.
Afijn, het is een overwinning die schreeuwt om powerduiding. Nu zijn verkiezingen zeldzame momentopnames, waarbij het niet altijd makkelijk is het weer (de bijzonderheden van de specifieke verkiezing) te onderscheiden van het klimaat (de langlopende trends die uitkomsten sturen).
Wat is de aantrekkingskracht?
In deze podcast gaan we het over beide hebben: wat maakte deze verkiezingen bijzonder? En: wat is er veranderd in Nederland, waardoor rechts-populistische partijen zo veel steun kunnen krijgen?
Een van de interessante bevindingen van het Nationaal Kiezersonderzoek, dat loopt sinds de jaren zeventig, is namelijk dat opvattingen eigenlijk nauwelijks zijn verschoven over de tijd. Het is niet zo dat we ineens massaal negatiever zijn gaan denken over migratie. Sterker nog, in Nederland zijn we gemiddeld een pietsie positiever over de baten van migratie dan twintig jaar geleden.
Tegelijkertijd bestaat er in heel Europa een omvangrijk reservoir van rechts-populistisch sentiment (grofweg: anti-migratie, anti-Europa, anti-woke). Wat maakt dat dit reservoir in het verleden nauwelijks werd aangesproken door politieke partijen? En rechts-populisten tegenwoordig steeds vaker winnen?