De wonderlijke carrière van deze volleyballer doet je afvragen hoeveel talent onontdekt blijft

Michiel de Hoog
Correspondent Sport
Siebe Korenblek in de schuur van zijn ouders in Enkhuizen. Foto door Marcel Rob

Volleyballer Siebe Korenblek leek voorbestemd om een prima amateurspeler te worden – niets meer, niets minder. Toch schopte hij het binnen een paar jaar tot international. Zijn succesverhaal roept de vraag op: hoe goed zijn we in het herkennen en ontwikkelen van talent?

Siebe Korenblek is altijd lang geweest – 60 centimeter bij geboorte; 2 meter op zijn vijftiende; inmiddels 21 jaar en een volgroeide 2 meter 15 – maar dat is niet waarom hij ging volleyballen.

Korenblek ging op volleybal omdat het hem leuk leek. Het leek hem leuk omdat zijn ouders op volleybal zaten, en zijn ouders gingen op volleybal omdat ze lang waren (vader Jacco 1,95 meter, moeder Geeske 1,85). Zij waren – aldus Geeske – ‘redelijk goed’; hun dochter Femme is redelijk goed, en Siebe was als tiener ook

Vakantiefoto van de familie Korenblek uit 2014

Bij Madjoe – de volleybalclub in zijn geboorteplaats Enkhuizen; Maleis voor ‘voorwaarts’ – trainde hij op zijn zestiende mee met Heren 1, maar hij zag zichzelf niet als een groot talent. En de volleybalwereld zag hem ook niet zo. Er was geen scout naar Enkhuizen gekomen, geen trainer had hem aanbevolen bij de Nederlandse Volleybalbond.

Zelf zei Korenblek weleens dat hij zich wilde aanmelden voor de talentendagen van de volleybalbond. Daar kunnen volleyballers zich laten zien aan scouts. Zijn ouders vonden dit een slecht idee, en Korenblek was het uiteindelijk met hen eens. ‘Ik was mentaal te instabiel’, zegt hij. ‘Ik huilde als ik kritiek kreeg.’ Die talentendagen zouden hem kunnen knakken, wisten zijn ouders.

En dus leek die lange, magere, broze jongen uit Enkhuizen een prima clubspeler te worden – niets minder, niets meer. Totdat eind 2018 Koos Klein de hal van Madjoe betrad.

Jongens JB 1 bij volleybalclub Madjoe in Enkhuizen. Siebe (nummer 55) was hier 11 jaar oud

Niet goed genoeg voor een regioteam, wel voor Oranje?

Koos Klein – beroep: coach en adviseur; bedrijfsnaam: Kies Groot – kwam in 2016 langs in Enkhuizen om de volleybaltrainers van Madjoe een clinic te geven. Klein was tot 2013 coach van Jong Oranje.

De ielige zestienjarige jongen tussen de mannen viel hem gelijk op. Omdat hij lang was, natuurlijk, omdat hij vrij beweeglijk was voor zijn lengte, maar ook omdat hij voortdurend vragen stelde. Die jongen was daar duidelijk niet omdat hij lang was, maar omdat hij het leuk vond. Klein zag mogelijkheden.

Een serieus goede volleyballer is zelden klein

Niet van ieder uitzonderlijk lang mens kun je een serieus goede volleyballer maken. Maar, zegt Klein, een serieus goede volleyballer is zelden klein. Je kunt nog zo tactisch begaafd en balvaardig zijn, als je de 1,95 meter niet passeert, wordt het aan de absolute top is het vrijwel altijd en-en:

Om handig te worden, moest Korenblek wel de tijd krijgen. Bij een club als Madjoe – dat wil zeggen: bij vrijwel elke club – zou dat lastig kunnen worden. Een club wil nu meteen wedstrijden winnen. Maar de volleybalbond denkt juist ver vooruit: prestaties in het nu zijn minder belangrijk dan prestaties in de toekomst. Het doel is een volwassen international ontwikkelen.

Korenblek was weliswaar beweeglijk, maar motorisch ook houterig. Zoals Klein het zegt: zijn ‘spierkorset’ was nog niet op orde, nog niet ontwikkeld genoeg om het vele springen en landen aan te kunnen. Klein schetst een bekend doemscenario uit het volleybal: een jonge lange jongen als Korenblek zou overbelast raken, zou geblesseerd raken, zou vertrouwen kunnen verliezen, zou kunnen stoppen.

Korenblek had een trainer nodig die het nu zou vergeten, en zou investeren in wat over een paar jaar zou kunnen gebeuren. Korenblek zou bij een lokale club misschien nooit Heren 1 vermoedde Klein, maar hij zou wel voor Oranje kunnen spelen – als hij in de juiste omgeving werd gezet.

Niet over het hoofd te zien – zou je denken

Korenbleks talent was voor Klein zo duidelijk dat hij dacht dat anderen het ook al hadden gezien.

‘Ik zei: train jij al op Papendal?’ herinnert Klein zich. Papendal, vlakbij Arnhem, is het nationaal trainingscentrum voor tal van sporten, waaronder de selectieteams van het Nederlandse volleybal. ‘Nee?’ antwoordde Korenblek ietwat verwonderd.

Siebe met trainer Pim Jorna

Je zou denken dat spelers als Korenblek niet worden gemist – ze zijn letterlijk niet over het hoofd te zien – maar dat was dus wel zo. (‘Ik dacht echt dat het anno 2018 niet meer mogelijk was dat we als volleyballand zulke jongens zouden missen’, zegt Jong Oranje-coach Arnold van Ree. Klein: ‘Scouting in Nederland stelt niet zo veel voor. Er zijn gewoon niet zo veel mensen die het doen.’)

Klein stuurde per WhatsApp een foto van Korenblek naar de coach van Jong Oranje. Om zijn lengte duidelijk te maken vroeg hij Pim Jorna – trainer bij Madjoe, vader van international Gijs Jorna – naast hem te gaan staan.

Een bijgaand van twintig seconden deed de rest. Van Ree: ‘Zulke lengte en zulk balgevoel, dat zie je niet vaak. Dus ja, ik wilde Siebe wel van dichtbij aan het werk zien.’

Als een langetermijnproject nog langer duurt

Het jaar erop trainde Korenblek twee keer per week mee. Het niveau in Papendal kon hij nog niet aan. ‘Ik was daar veruit de slechtste. Elke keer.’ Maar omdat de coaches daar niet over in zaten, deed hij dat zelf ook niet.

Huilen deed hij nog wel, zeker één keer, toen hij bij een telkens als laatste eindigde. Maar de competitiviteit brak hem niet op. Hij werd geaccepteerd. ‘Ik denk omdat ik graag en snel praat met mensen, en omdat ik hard werkte. Iedereen zag dat ik er alles voor over had.’

‘En fouten maakte iedereen daar’, zegt Korenblek. ‘Ik kreeg kritiek, maar kon ook kritiek teruggeven. De hele groep steunde elkaar.’ De top van het volleybal bleek een veeleisende, maar ook een verrassend opbouwende omgeving, ontdekten de Korenbleks.

‘Siebe Korenblek’ zou in alle gevallen een langetermijnproject worden, zelfs voor mensen die professioneel geduldig waren, zoals Klein en Van Ree. Maar in mei 2019 werd de uitdaging nog een stuk groter. Toen de bondsarts Korenbleks lichaam inspecteerde, nadat hij na een val pijn bleef houden aan zijn stuitje, sloeg ze alarm. Zijn ruggenwervels stonden schots en scheef.

Zijn moeder Geeske was niet compleet verrast. Siebe had dezelfde afwijking als zij: Zij stopte met volleybal omdat haar rug haar te veel last gaf. Alleen hadden zij en haar man nooit doorgehad dat Siebe er veel last van had. ‘Soms had hij pijn; de volgende ochtend zei Siebe dat het over was.’ Blijkbaar hadden ze verkeerd ingeschat hoeveel pijn hij kon verdragen.

Geen bal, geen springen, geen plezier – alleen krachttraining. Kan het saaier voor een tiener?

Coach Van Ree kwam naar Enkhuizen met de boodschap dat Siebe niet in het werd opgenomen. Als hij door zou gaan met volleybal, riskeerde hij permanente schade aan zijn ruggengraat. Alleen door direct in te grijpen was er nog perspectief op topsport. Eerst moest zijn lichaam belastbaar worden. Daarna zouden ze kunnen kijken of hij goed genoeg zou zijn in volleybal. Hij zou maandenlang krachttraining moeten doen.

Geen bal, geen springen, geen plezier – alleen krachttraining. Kan het saaier voor een tiener? Maar Korenblek – volstrekt gegrepen door het idee dat de volleybalbond een potentiële international in hem zag – aarzelde niet. De krachttrainer van de bond – Michel Verkade – maakte een trainingsschema, zijn vader bouwde een krachthonk in de schuur, en Korenblek ging religieus aan de slag. ‘Dit was de kans om een droom te verwezenlijken.’

Siebe aan het trainen in de schuur waarin zijn vader een krachthonk bouwde

Na meer dan een jaar dagelijkse squats, bench presses en eiwitshakes kwam Korenblek tevoorschijn uit de schuur – als nieuw. Hij had een rechte rug en was (Zijn rug was rechtgezet in twaalf pijnlijke sessies bij een orthomanueel arts, die met hamer en beitel Korenbleks wervels in positie hielp.)

Eén ding was zeker: zijn lichaam had een enorme upgrade gekregen. Zijn leven had een upgrade gekregen: geen pijn, meer kracht, nog los van topvolleybal. ‘Alleen dat al maakte alle inspanning waard’, zegt Geeske. Een ander ding was onzeker: zou deze nieuwe Siebe, in essentie een volleyballer uit een lab, daadwerkelijk kunnen volleyballen?

Het geduld en harde werk betaalden zich uit

Een echt antwoord liet lang op zich wachten, want het seizoen 2020/2021 werd doorkruist door het coronavirus en van wedstrijden kwam daardoor weinig terecht. Maar wat de trainers zagen tijdens de trainingen die wel konden doorgaan, was ruim voldoende. In 2021 nam coach Van Ree Korenblek voltijds aan bij het Talentteam.

Twee jaar lang speelde hij met andere jonge talenten tegen de volwassen mannen in de Eredivisie. En het oog van Klein, het vertrouwen van Van Ree, de schema’s van de krachttrainer, de duizenden autokilometers van moeder Geeske en Korenbleks niet aflatende geloof in zichzelf betaalden zich in 2023 uit.

Afgelopen zomer tijdens het EK volleybal, waar Nederland won van Noord-Macedonië

Hij had nooit in een regioselectie gespeeld, nooit in de jeugdteams van de bond, nooit voor Jong Oranje, en hij speelde nog maar twee seizoenen volleybal op hoog niveau, maar nam de bondscoach van het grote Oranje, Roberto Piazza, Siebe Korenblek op in zijn selectie voor de Nations League.

Het leven was plots snel. Hij kreeg opeens een bijnaam: de Hij had ook opeens een zaakwaarnemer. En hij had opeens een heleboel nieuwe bewonderaars. In de zomer van 2023 belde ‘zowat de hele Eredivisie’ (aldus Korenblek) om hem te contracteren. Maar hij tekende uiteindelijk bij de Duitse topclub Powervolleys Düren. (Vorige week Düren hem aan de Nederlandse topclub VC Limax.)

Hoe zeldzaam de carrière van Korenblek precies is, is lastig te zeggen. Data over carrièrepaden in het volleybal lijken niet voorhanden. Maar zeldzaam is het, Het roept de vraag op hoeveel talent, met iets meer aandacht en geduld, nog meer de top kan halen.

Het Nederlands volleybalteam, met Siebe in het midden, viert feest na de overwinning op Noord-Macedonië tijdens het EK op 31 augustus 2023. Bron: Nikola Krstic/BSR Agency/Getty Images

Korenblek is nu dan wel international en professioneel volleyballer, maar op een bepaalde manier toch nog onervaren, iets waar hij niet omheen draait. Status zegt hem weinig. Toen de Volleybalkrant hem en hem vroeg wat zijn doelen waren voor het komende seizoen, zei hij iets wat weinig international-professionals in welke sport dan ook hem zullen nazeggen: ‘Ik wil het spel beter begrijpen.’

Correctie 7 februari: In een eerdere versie stond dat Korenblek behandeld werd door een chiropractor: dat was een orthomanueel arts, die met hamer en beitel werkt.