De anti-wegkijkwet is een feit: grote bedrijven moeten werken aan verantwoorde productie

Emy Demkes
Correspondent Consumptie

De laatste horde is genomen: een meerderheid van de Raad van Ministers van de Europese Unie ging vandaag akkoord. Nu kan het echte werk beginnen.

Na jaren onderhandelen is het nu definitief: de Europese anti-wegkijkwet Vandaag stemde een meerderheid van de Raad van Ministers van de Europese Unie vóór de zogeheten Corporate Sustainability Due Diligence Directive (CSDDD). Deze richtlijn verplicht grote bedrijven misstanden in hun waardeketens op te sporen en aan te pakken. Doen ze dit niet, dan kunnen ze beboet worden of voor de rechter worden gedaagd.

Onderzoekers, hoogleraren en andere experts op het gebied van duurzaamheid, bedrijfsleven en rechten noemen de wet een enorme stap voorwaarts.

Toch scheelde het niet veel vanochtend: 68 procent stemde voor, waarmee het minimum van 65 procent Het is tekenend voor de lange weg die deze wet heeft moeten afleggen: werkelijk vol obstakels. Tot op het allerlaatste moment hebben tegenstanders (lobbyisten en politici) geprobeerd om de richtlijn tegen te houden of af te zwakken. Dat laatste is ze enigszins gelukt – zo is het aantal bedrijven dat onder de regels valt flink kleiner geworden.

Wat de anti-wegkijkwet moet gaan veranderen en hoe die tot stand kwam, beschreef ik in dit verhaal, waarvoor ik de afgelopen jaren Europarlementariër Lara Wolters volgde. Zij speelde een belangrijke rol in het tot stand komen van de richtlijn.

Het akkoord betekent weliswaar dat er een einde komt aan de jarenlange strijd over de inhoud, maar het echte werk kan nu pas beginnen.

Wat zijn de volgende stappen?

  • Binnen zes weken wordt de wet aangekondigd in het Publicatieblad van de Europese Unie. Twintig dagen later treedt de CSDDD
  • Europese lidstaten hebben dan twee jaar om de richtlijn om te zetten in nationale wetgeving. Dan wordt ook duidelijk of lidstaten strengere eisen/straffen gaan hanteren (die ruimte is er met een richtlijn).
  • Grote bedrijven zullen – afhankelijk van hun grootte – drie tot vijf jaar hebben om aan de eisen te voldoen.
  • Lidstaten moeten vanaf dat moment de wet gaan handhaven. Een instantie moet erop toezien dat bedrijven de regels naleven, en zo niet, dan moet een bedrijf beboet worden. Ook moeten nationale overheden ervoor zorgen dat slachtoffers, ngo’s en andere belanghebbenden een zaak kunnen aanspannen tegen een onderneming als die haar verplichtingen niet nakomt.

To be continued, zullen we maar zeggen.