De nieuwe coalitie gaat in Europa het slachtoffer spelen. Laat ze daar niet mee wegkomen

Koen van Zon
Gastcorrespondent Europa
Illustraties door Cliff van Thillo (voor De Correspondent)

De coalitie van PVV, VVD, NSC en BBB ligt op ramkoers met allerlei internationale afspraken. De partijen weten maar al te goed dat de rechter ze zal terugfluiten, maar dat past in het plan: als je niet kunt scoren, kun je met veel theater het slachtoffer spelen. Wat te doen tegen deze ‘schwalbepolitiek’?

Vlak voor de Europese verkiezingen van 6 juni a.s. lijkt het nieuwe kabinet dan toch rond te komen. Met veel van de voorstellen liggen de coalitiepartners impliciet dan wel expliciet op ramkoers met gemaakte internationale afspraken.

Neem asiel en migratie. Door eenzijdig een crisissituatie uit te roepen, willen de onderhandelaars EU-regels omzeilen en onder meer een asielstop Maar aangezien het aantal asielaanvragen in Nederland niet uitzonderlijk hoog is, zal de Europese Commissie hier waarschijnlijk niet mee akkoord gaan. Het voornemen om ongedocumenteerde asielzoekers aan de grens terug te sturen naar België en Duitsland deed in die landen al veel

Sommige maatregelen staan in verdekt EU-jargon. Zo beloven de partijen bij de Europese Commissie een ‘opt-out’ te bedingen op Europees asiel- en migratiebeleid. Dat klinkt stoer, maar opt-outs kun je alleen bedingen bij nieuwe verdragen, daar gaat de Commissie helemaal niet Op het gebied van landbouw, visserij en natuurbescherming is het beeld al even onrealistisch.

De kritiek op de voornemens is dan ook niet van de lucht. Critici doen het af als naïef dat de EU of de rechter het beoogde kabinet tegemoet gaat komen. Maar daarmee onderschatten ze wat hier werkelijk gaande is. De onderhandelaars hebben namelijk allang ingecalculeerd dat ze nul op het rekest krijgen. Ze wéten dat hun plannen Maar zij spelen een veel cynischer politiek spel: het ondergraven van de Europese rechtsorde.

‘Ze’ denken ‘ons’ de les te kunnen lezen, is de boodschap

Het ‘nee’ van de Europese Commissie, de vermaning van de rechter, het ‘kan niet’ van de expert: het is precies deze reactie die de partijen willen uitlokken. De PVV gaf dan wel haar Nexit-standpunt op, maar dat wil niet zeggen dat Wilders zich gedwee naar Europese wetten en verdragen voegt. Integendeel: door aanhoudend de grenzen van de Europese rechtsorde op te zoeken geeft hij zijn achterban een duidelijk signaal af: ‘ze’ (rechters, Europese bureaucraten, experts) denken ‘ons’ (‘het Nederlandse volk’) de les te kunnen lezen.

Het is als een Als je op een sterke verdedigingslinie stuit die je belet te scoren, kun je er altijd nog voor kiezen om je theatraal te laten vallen. Met een beetje geluk smeer je dan je tegenstander een kaart aan en scoor je uit een vrije trap of penalty. En anders kun je het theater altijd nog een tandje opvoeren en doen alsof de scheidsrechter een partijdige onbenul is. Zo krijg je misschien het stadion mee tegen de scheidsrechter en voelt die zich onder druk gezet om de volgende penalty wél te geven.

Net zo zal het aankomende kabinet op een sterke verdedigingslinie stuiten van Europese regels en mensenrechtenverdragen. Als scoren daardoor niet lukt, kun je altijd nog gewillig ter aarde storten en de scheidsrechter zwartmaken – of het nu de Europese Commissie, de Nederlandse of de Europese rechter is.

Laten we hier niet naïef over zijn. Voor het aankomende kabinet zal zo’n tik op de vingers geen tegenslag zijn, maar een geslaagde poging om de Europese rechtsorde verdacht te maken en te ondermijnen. En zo zal het aankomende kabinet zich scharen in het rijtje Europese leiders – de Hongaarse premier Viktor Orbán voorop – dat weliswaar profiteert van het Europese project, maar het tegelijkertijd van binnenuit uitholt.

Een beproefd rechts-populistisch recept

De Europese schwalbe is een beproefd rechts-populistisch recept. In 2023, bijvoorbeeld, spande de Europese Commissie een rechtszaak aan tegen de Poolse regering om het beknotten van de onafhankelijke rechtspraak. De PiS-regering spinde dit juist als bewijs dat de EU haaks stond op de Poolse grondwet en de Poolse

Deze coalitie lijkt van de Europese schwalbe staand kabinetsbeleid te willen maken. Het demissionaire kabinet liep ook al regelmatig tegen de grenzen van Europese regelgeving aan. Zo togen de verschillende ministers van Landbouw en Stikstof al met veel bombarie naar Brussel. De EU toonde zich daarop zowaar bereid om uitzonderingen te maken voor Maar het probleem was niet dat de EU Nederland onmogelijke normen oplegt: het is het Nederlandse beleid op het gebied van stikstof en mest dat niet

Deze Europese regels waar Nederland op botst, komen bovendien niet bepaald uit de lucht vallen: de meeste zijn in de basis al decennia Het is de Nederlandse intensieve veehouderij die al die tijd op ramkoers ligt met Europese regels, niet

Zo werkt het immers in de EU: Europese wetten stellen kaders, waaraan de lidstaten vervolgens zelf invulling geven, met de nodige speelruimte. Dat ‘moet’ hoegenaamd van Brussel, maar onder elke wet staan de handtekeningen van gekozen Europarlementariërs en Nederlandse kabinetten. Nederlandse rechters doen vervolgens uitspraken op basis van die Europese wetgeving.

Je kúnt de wet wel veranderen, maar dat vereist politiek handwerk

Vooropgesteld: het is wel degelijk mogelijk en soms wenselijk om Europese wetgeving te veranderen. Maar dat vereist Europees politiek handwerk – coalities bouwen, draagvlak creëren, dossiers beheersen. En als het daarop aankomt, hebben rechts-populistische politici bepaald geen sterke staat van dienst.

Toch wil met name de BBB nog maar eens de heilloze gang naar Brussel maken. Van het verbod op de tot Europese regels over natuurbescherming: het nieuwe kabinet wil ze allemaal heronderhandelen of uitzonderingen voor Nederland bedingen.

Met deze aanpak doet de coalitie alsof Europese regels optioneel zijn

Daarmee suggereert de coalitie dat Europese regels iets optioneels zijn. Het is een cynisch misbruik van het gebrek aan kennis over de EU in Nederland, dat generaties politici doelbewust in stand hebben Het suggereert bovendien dat die regels vooral een last zijn, terwijl Nederland er bij uitstek van profiteert, de agro-industrie

De voorgenomen koers van het kandidaat-kabinet is de EU op z’n kop. Als elke lidstaat meent uitzonderingen te kunnen krijgen of de eigen bijdrage te kunnen verlagen, blijft van gemeenschappelijke afspraken niets over, laat staan van de solidariteit tussen lidstaten. Het ondermijnt de essentie van het Europese project.

En het is uiteindelijk contraproductief. In de EU heeft Nederland de reputatie soms een lastpak te zijn, maar wel één waar je op kunt bouwen. Die reputatie kan weleens hard gaan kelderen als het nieuwe kabinet doelbewust de confrontatie blijft zoeken met Brussel en Europese partners. Ironisch genoeg zal Nederland daarmee juist aan gezag en invloed verliezen in de EU.

Waarom we nu pal vóór de instituties moeten gaan staan

De betekenis van deze schwalbepolitiek is moeilijk te onderschatten.

In deze nieuwe werkelijkheid is het niet meer voldoende om je als oppositiepartij, journalist of commentator te verschuilen achter het oordeel van de rechter, de EU of het Europees Verdrag voor de Rechten van de Het wordt tijd om pal vóór deze instituties te gaan staan.

Dat betekent voor velen nogal een ommezwaai. Politici en journalisten hebben niet de gewoonte om uit te leggen hoe een Europese richtlijn werkt, wáárom we Europese regelgeving voor natuurbescherming hebben en wat het belang is van internationale mensenrechtenverdragen. En eerlijk is eerlijk: ze zijn ook niet altijd makkelijk uit te leggen.

Maar wie zich beperkt tot een simpel ‘de scheidsrechter beslist’ voegt zich keurig naar het draaiboek van Wilders en consorten. Het gaat hun allang niet meer om deze regels en verdragen – ze zijn inzet geworden van iets groters: een cultuuroorlog. Waarin Nederland zogenaamd weer ‘van de Nederlanders is’ en rechters en Brussel valse Judassen zijn die dat streven in de weg staan.

Wanneer leden van het aanstaande kabinet jammerend op de grond liggen, pak dan de spelregels er nog eens bij

Dus wanneer leden van het aanstaande kabinet weer eens jammerend op de grond liggen omdat ze hun zin niet krijgen, is het zaak om niet slechts te wijzen op het oordeel van de scheidsrechter, maar om de spelregels er nog eens bij te pakken. Om niet voor lief te nemen dát die regels er zijn, maar om duidelijk te maken wáárom ze er zijn.

De formatie trekt de toch al geringe aandacht weg bij de aankomende Europese verkiezingen van 6 juni a.s. Maar dit is bij uitstek een mogelijkheid om mensen te kiezen die de spelregels op waarde schatten en verantwoordelijk, maar kritisch omgaan met Europese afspraken. Mensen die kunnen uitleggen hoe Europa wél werkt en vooral waarom. We gaan ze nog nodig hebben.