Het zwaartepunt in het Europees Parlement schuift op naar rechts. Dat is de conclusie van de Europese verkiezingen van

In Frankrijk was de overwinning van Marine Le Pens Rassemblement National op Renaissance, de partij van president Emmanuel Macron, zelfs zo afgetekend dat de laatste zich genoodzaakt zag om nieuwe parlementsverkiezingen uit te

Maar om nu van een Europese radicaal-rechtse revolte te spreken? Ja, radicaal-rechts wint terrein, met name ten koste van de liberalen en de groenen. Maar het motorblok van het Europees Parlement, de grote centrumcoalitie van christendemocraten en sociaaldemocraten, blijft onaangetast. Met de liberalen erbij hebben ze

De Europese trend van verrechtsing is bovendien al langer gaande. Zo was Rassemblement National ook al de grootste in Frankrijk bij de Europese verkiezingen van en

De grootste verandering zit hem dan ook niet zozeer in de uitslag, maar in de opstelling van radicaal-rechts. Klonk vóór de Brexit nog alom de roep om exits, nu stellen radicaal-rechtse partijen zich overal in Europa ogenschijnlijk constructiever op.

Daar gaan we binnenkort mogelijk al de eerste tekenen van zien. De Europese verkiezingen zijn het startsein voor een zomer waarin de topposities in de EU verdeeld Daarin spelen de leiders van regeringen een hoofdrol, en ook daarin is radicaal-rechts inmiddels stevig

Toch is het op de langere termijn zeer de vraag of radicaal-rechts de hervormingsbelofte waarmee het het Europees Parlement binnenmarcheert kan inlossen. En dat komt door hoe het Europees Parlement werkt. Tot op heden is het EP namelijk – meer dan nationale parlementen – opvallend bestand gebleken tegen populisme.

Je zou misschien denken: goed nieuws. Maar waar het populisme op stukloopt, is tegelijkertijd óók de zwakke plek van het Parlement. En daar ligt een taak voor politiek en media.

Waarin het EP zo verschilt van onze Tweede Kamer

Om de impact van deze Europese verkiezingen te begrijpen, moet je weten: het Europees Parlement lijkt in weinig op onze Tweede Kamer.

Bij Tweede Kamerverkiezingen is het recept bekend: de winnaar van de verkiezingen neemt het voortouw in de formatie. Na maanden radiostilte en geharrewar staat er dan een kabinet op het bordes – gevormd vanuit de Kamer.

In de Kamer is er dan de coalitie, die genoeg zetels heeft om het beleid naar haar hand te zetten. Aan de leden van de oppositie de taak om dat beleid te bekritiseren als ze het ermee oneens zijn, en om aan te geven welke alternatieven er zijn. Dat is altijd duidelijk voor de volger: Geert Wilders is die boze man bij de interruptiemicrofoon die altijd tegen het kabinetsbeleid is.

Of ja, tot voor kort dus.

In Brussel loopt het anders. Voorstellen voor wetgeving komen niet uit het Europees Parlement, maar van de Europese Commissie. En wie er in de Commissie komen bepaalt niet het Parlement, maar de

De samenstelling van de Commissie is dus geen uiting van de verkiezingsuitslag; de Commissie is een collectief waarin alle nationaliteiten en grote partijfamilies vertegenwoordigd zijn. Zo komt ze tot een beleidsagenda voor álle Europeanen, is de gedachte.

Het gevolg: in het Europees Parlement is geen coalitie van regeringspartijen of een vaste oppositie. Coalitie en oppositie vormen zich Het Europees Parlement is dan ook – veel meer dan de Tweede Kamer – een wetgevingsmachine, waarin Europarlementariërs wetgeving tot in de details ontleden en naar hun hand  

Plenaire debatten in het Europees Parlement zijn vaak een formaliteit: een interruptiemicrofoon is er niet

Dat werk gebeurt bovendien in vakcommissies. Dáár vindt de echte politieke strijd plaats. De commissievergaderingen zijn openbaar, maar toch vaak onttrokken aan het oog. Plenaire debatten in het Europees Parlement zijn daardoor vaak een formaliteit: Europarlementariërs lezen vanaf hun zetel plechtstatig een in hun eigen taal. Een interruptiemicrofoon is er niet.

Wie ooit een debat in het Europees Parlement heeft gevolgd, weet: dat levert bepaald geen verbaal vuurwerk of politiek theater op. Van een ‘debat’ is eigenlijk amper sprake. En dat is een groot gemis, want daardoor ontbreekt het in de Europese politiek aan duidelijke en herkenbare politieke verhoudingen.

En dat terwijl daar overduidelijk behoefte aan is. De opkomst van radicaal-rechts en andere eurosceptische partijen is ook een uiting van de behoefte om alternatieven te zien voor de Brusselse business as usual.

Radicaal-rechts wil alternatieven voor de Brusselse business as usual

Toch is het maar de vraag hoever de rechts-populisten gaan komen, want in het Europees Parlement draait het om het politieke handwerk waarin zij nou niet bepaald uitblinken: samenwerking, dossierkennis en het behalen van zogeheten rapporteurschappen, zodat je ook echt meepraat over de inhoud

Ook heeft radicaal-rechts zich maar moeizaam weten te organiseren in het Europees Parlement. Om je nationalistische agenda in Brussel vorm te geven moet je immers over de grenzen samenwerken, daar is geen ontkomen aan. Radicaal-rechts wist tot dusver geen samenhangend blok te vormen, onder andere door tegenwerking van de centrumpartijen. Daarom komen rechts-populisten ook zelden in aanmerking voor De interne samenhang van de twee grote radicaal-rechtse fracties is dan ook lang niet zo sterk

Op die manier lopen rechts-populisten al decennialang vast in de Brusselse politiek. Dat maakt hen tot precies datgene waartegen ze zich al die tijd verzet hebben: plucheklevers die een riant EU-salaris opstrijken zonder iets noemenswaardigs te bereiken. Niet dat dat hun kiezers heeft weggejaagd – integendeel.

Zo beschouwd is het een reële mogelijkheid dat de zo gevreesde opkomst van radicaal-rechts in het Europees Parlement als een nachtkaars weer uitgaat. Dat die stukloopt op de taaie raderen van de Brusselse wetgevingsmachine.

Achterstallig onderhoud van de democratie

Dat zo ondoorgrondelijke Europees Parlement blijkt dus zeer goed bestand tegen populistische politiek, meer dan bijvoorbeeld onze Tweede Kamer.

Dat kun je verwelkomen als goed nieuws. Maar het is ook een teken van achterstallig onderhoud van de democratie in de EU. Want bij afwezigheid van herkenbare politieke verhoudingen is er van onderop een correctie gekomen. Met de groei van radicaal-rechts in het Parlement heeft de EU haar eigen oppositie gekregen, die zich tegen de EU als zodanig keert.

Het zou een enorme fout zijn van Europese middenpartijen als ze zich nu zouden verschuilen achter de vertrouwde procedures van die wetgevingsmachine. Want we weten ook dat radicaal-rechtse partijen er niet voor terugdeinzen om

En dat is precies wat er gaat gebeuren als kiezers ook van deze verkiezingen weer weinig terug gaan zien in de Brusselse politiek. Dan krijgen rechts-populisten op een presenteerblaadje het stereotype aangereikt waar ze al die jaren al tegen tekeergaan: dat in Brusselse achterkamertjes alles wordt bekonkeld door een alliantie van ongekozen bureaucraten en eurofielen, zonder enige democratische tegenmacht.

Rechts-populisten krijgen op een presenteerblaadje het stereotype aangereikt waar ze al die jaren al tegen tekeergaan

Daarom is dit juist een moment om het democratisch debat in de EU een impuls te geven en het Europees Parlement meer in de schijnwerpers te zetten. Dat is in het verleden ook wel geprobeerd, want ook in Brussel weet men dat de democratie in de EU verre van volmaakt is. Maar grootse plannen om een Europees burgerforum te Europese kieslijsten in te of het Europees Parlement meer invloed te geven op de benoeming van de bleven vooral dat: grootse plannen.

En dat terwijl het Europees Parlement naar veel minder drastische middelen hoeft te grijpen om een groot verschil te maken. Want één ding kan niemand het EP beletten: het bepalen van de eigen huisregels.

De kracht van het Europees Parlement is dat het zich in de loop der jaren heeft ontwikkeld tot een weerbare wetgevingsmachine. Maar daarmee is de debatcultuur verwaarloosd. Dat is op zich niet gek als je bedenkt dat de 720 leden van het Europees Parlement Dat maakt het tolken van een debat een nachtmerrie.

Maar die taalbarrières mogen geen obstakel zijn om ten minste een poging te doen om het debat in het Europees Parlement te verlevendigen. Daarin zijn recent nog bescheiden stapjes gezet. Zo kunnen leden een blauwe kaart trekken als ze de toespraak van een collega willen Maar tot levendig debat nodigt dat nog niet bepaald uit.

Kritiek op Europa verdient serieuze repliek

Het wordt tijd dat het Europees Parlement zich ontwikkelt tot het politieke strijdtoneel dat een parlement hoort te zijn. Deze verkiezingscampagne werd weer pijnlijk duidelijk hoe weinig aandacht media besteden aan de Europese politiek. Met gênante taferelen als debatleiders die op tv lijsttrekkers voor de Europese verkiezingen voor de voeten werpen dat

Het gebrek aan politiek debat in het Europees Parlement draagt bij aan die onzichtbaarheid. Een klassieke oppositie mag dan ontbreken, zeker op rechts heeft het Europees Parlement inmiddels een niet te negeren oppositie in de gelederen. Haar fundamentele kritiek op het Europese project verdient een open en serieuze repliek – niet slechts in commissievergaderingen, maar in de plenaire zaal.

Zulk debat gaat over Europese wetgeving, maar moet vooral ook gaan over de grote vragen die die wetgeving oproept. Want Europese wetgeving betekent in de praktijk vaak méér Europa. Willen we dat, en hoe moet dat Europa er dan uitzien?

Een levendige debatcultuur houdt de partijen scherp

Een levendige debatcultuur houdt de Europese Commissie en de grote middenpartijen scherp, omdat ze duidelijk moeten maken wat ze willen en waarom. Het is een prikkel voor media om hiervan verslag te doen en het Europees Parlement in de schijnwerpers te zetten. En het maakt aan kiezers duidelijk wie waarvoor staat en wat de alternatieven zijn.

De raderen van de wetgevingsmachine zullen blijven draaien: de vrees dat radicaal-rechts daar na de verkiezingen zand in zou strooien, lijkt ongegrond. Maar Europa moet wel scherp in de gaten houden hoe het centrum steeds verder naar rechts opschuift. Zo richtte de christendemocratische Europese Volkspartij, gesterkt door de gure rechtse wind, al voor de verkiezingen de pijlen op de Green Deal. Nu doet ze daar nog een schepje Dit verdient alle aandacht en zichtbare oppositie.

Brussel kan wel wat meer politiek theater gebruiken. Je zou toch zeggen dat het voor een instelling die met groots gemak complexe wetgevingsdossiers verwerkt, niet te veel gevraagd is om een interruptiemicrofoon te plaatsen en een levendig debat op te tuigen. De tolken zullen er hoorndol van worden, maar de Europese democratie bewijs je er een grote dienst mee.

Meer lezen?