Het nieuwe seizoen van The Bear bezorgt je het water in de mond en een brok in je keel
In coronatijd, toen mensen, overheden en restaurants het moeilijk hadden, las ik Kitchen Confidential van chef Anthony Bourdain en keek ik Boiling Point, de hectische keukenkoortsdroom van regisseur Philip Barantini die in één take is gefilmd. The Bear is als het ware een nadere uitwerking van die twee moderne klassiekers.
De serie, intussen aanbeland bij het derde seizoen, volgt Carmen Berzatto, een waanzinnig getalenteerde chef-kok die werkte in Kopenhagen en New York maar wordt teruggeroepen naar Chicago, de stad van zijn jeugd, nadat zijn broer zich van het leven berooft en hem een horecagelegenheid nalaat. Met de neuroses van een Shia LaBeouf en een thousand-yard stare die onverwerkte rouw uitdrukt, tracht Berzatto de kleffe broodjeszaak om te turnen tot een etablissement met Michelin-allure.
Een restaurant, laat The Bear met verve zien, is een maatschappelijke microkosmos. In dit geval een waarin chef de cuisine Sydney spreekt met het timbre van een klassenoudste, waarin maître d’ Richie van fornuis naar tafel paradeert met een grote bek en een groter hart, waarin patissier Marcus, keukenkoningin Tina en hyperactief manusje-van-alles Neil Fak steeds beter hun draai vinden, en waarin de theelepels en servetten altijd op zijn.
The Bear is een chronische balanceeract tussen migraine en hartkloppingen. Het tempo van de montage is van het kaliber Adderall; het script is weergaloos (‘she’s a piece of ass, like, on the inside’); de gastronomische bingo (family, corner, hands) loopt als innemende rode draad door de strubbelingen van de hoofdpersonen en de smakelijke bijrollen van Jon Bernthal, Jamie Lee Curtis en John Cena.
De eerste helft van de laatste aflevering is onnodig hautain en had van het menu geschrapt mogen worden, maar desondanks kan ik niet wachten tot het vierde seizoen wordt opgediend.
Hulu: ‘The Bear (seizoen 3)’ (Kijktijd: 10 afleveringen van gemiddeld 35 minuten, abonnement vereist)