Met dit kwetsbare debuutalbum schopt Aziz H heilige huisjes omver
‘Ja, ik ben een kafir, iedereen mag het weten.’
Zo rapt Aziz H, artiestennaam van de 25-jarige Aziz Hathot, in zijn nummer ‘Kafir’ (vertaald: ongelovige). Dat is eveneens de titel van zijn debuutalbum.
En in het nummer ‘Advocaat Van De Duivel’ spit hij: ‘Ze zeggen dat het hellevuur voor mij is voorbereid. Al brand ik in de hel, vooral daar ben ik nog steeds in mijn bewustzijn, in het mooiste paradijs.’
Het zijn, zoals vele op zijn album, gedurfde lines, waarvan hij sommige rapt met – zo klinkt het – de kiezen op elkaar.
Aziz is een ex-moslim. Rond zijn vijftiende groeiden zijn twijfels en vanaf zijn zestiende besefte hij dat hij niet meer overtuigd was van de islam. Dat was, zo vertelde hij in een interview met 3voor12,* ‘een lange, eenzame en pijnlijke weg’. Maar, zei Aziz: ‘Ik kan nu voor het eerst zijn wie ik echt ben.’
Rond zijn achttiende begon hij met het maken van muziek. Lang worstelde hij met de vraag: ‘Wil ik mijn droom als artiest waarmaken of mijn omgeving tevreden houden?’
Gelukkig voor ons koos Aziz H voor zichzelf, voor zijn droom, voor de muziek. Aziz weet dat schoppen tegen heilige huisjes, ook die binnen de islam, je duur kan komen te staan. Dat hij in die wetenschap toch met een album debuteert waarin hij schopt, zonder iemand of iets anders te beschadigen, is knap en maakt zijn muziek bewonderenswaardig.
Aziz H: ‘Kafir’ (Luistertijd: 35 minuten)