Het riool liegt niet: cokegebruik in Amsterdam en Utrecht is in tien jaar tijd verdriedubbeld
Een lijntje coke of lik MDMA? Drugs gebruiken wordt steeds normaler, lezen we in alarmerende berichten in de krant. Kloppen die koppen? Deze week in Grotere Plaatjes zien we hoe hard het gebruik daadwerkelijk stijgt (spoiler: hard).
Op een zondagavond nodigde een vriend me uit voor een biertje op zijn studentenkamer. Toen ik aanklopte, hoorde ik aan de andere kant van de deur eerst wat gerommel – ik stapte binnen en zag mijn vriend en vijf anderen zitten, op de grond, met tussen hen in een langwerpige spiegel zo groot als een deur.
Die spiegel was bezaaid met lijntjes fijngemalen cocaïne. ‘We hebben de avond naar een hoger niveau getild’, grapte Michael. ‘Doe je mee?’ Ik bedankte vriendelijk en hield het bij een biertje.
Cocaïne op een zondagavond, op een studentenkamer – niet op een feest of een festival, maar gewoon uit verveling. Dat tafereel lijkt een bevestiging van de alarmerende nieuwsberichten over cocaïnegebruik van de afgelopen jaren:
- ‘Onbekommerd drugsgebruik in Nederland is normaal geworden’, schreef* NRC.
- ‘Een pil op de bank, een snuif aan de bar: hoe drugsgebruik steeds normaler wordt’, kopte* Het Parool.
- ‘Drugsgebruik steeds normaler onder jongeren’, echode* EenVandaag.
Maar hoe hard is het gebruik van cocaïne en MDMA nou écht toegenomen in Nederland? En hoe verhouden deze cijfers zich tot die in andere landen?
Voor het antwoord op die vragen heb ik de gegevens van het Europees Waarnemingscentrum voor Drugs en Drugsverslaving over resten cocaïne en MDMA* in rioolwater van de afgelopen tien jaar onderzocht .
Ik keek specifiek naar deze twee drugs, en niet naar andere. Cannabis is een softdrug en dus niet te vergelijken met een harddrug; ketamine en amfetamine worden pas sinds 2023 bijgehouden; en methamfetamine (ook wel ‘crystal meth’) is in Nederland een stuk minder populair.*
Drugsgebruik in Nederlandse steden op ongekende hoogten
Dus, hoeveel denk je dat het cocaïne- en MDMA-gebruik in Amsterdam de afgelopen tien jaar is toegenomen?
Je ziet het: bij cocaïne gaat het niet om luttele procenten, maar om een verdrievoudiging.
En die percentages gaan niet over kleine hoeveelheden. Het rioolonderzoek toont dat er in Amsterdam op zondagen (dus inclusief de zaterdagavond na middernacht) voor elke 1.000 inwoners gemiddeld zo’n 100 lijntjes worden gesnoven.
Ondertussen is het MDMA-gebruik in Amsterdam ook meer dan verdubbeld. Natuurlijk: de hoofdstad zou een uitzondering kunnen zijn, met al die hardwerkende expats en advocaten op de Zuidas* en de hordes toeristen in het centrum. Maar ook in Utrecht is het cocaïnegebruik meer dan verdrievoudigd, al is het MDMA-gebruik daar ‘slechts’ met 40 procent toegenomen.
Gaat het in Nederland harder dan in andere landen? Overal in Europa neemt het gebruik van cocaïne en MDMA toe, maar op weinig plekken gaat het zo snel als hier. In 2013 stond er nog geen enkele Nederlandse stad in de top vijf van negentig steden in het onderzoek. Nu bezetten we maar liefst drie (!) van de vijf plekken, met Amsterdam, Leeuwarden (ja, echt) en Rotterdam.
Wat weten we over het profiel van de consumenten? Volgens gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek zijn twintigers de grootste groep gebruikers van drugs anders dan cannabis. Mannen gebruiken aanzienlijk vaker dan vrouwen, en hoogopgeleiden gebruiken tweeënhalf keer zo vaak als laagopgeleiden.*
Of deze toename een probleem is, en hoe we hiermee moeten omgaan, daarover verschillen de meningen. Maar één ding is duidelijk: de toename is inderdaad explosief – de alarmerende koppen kloppen.