Vertroeteld, verwend, verzadigd: wat weet jij over kinderen en hun spullen?
Kinderen van nu lijken meer speelgoed dan ooit te bezitten. Maken al die spullen ze materialistischer op latere leeftijd? En hechten ze zich nog wel aan dingen? Praat erover mee.
Mijn nichtje was laatst jarig, ze werd twee. Voor haar verjaardag kreeg ze: een grote legpuzzel, gekleurde klei in potjes, een doktersset, verstelbare step en een houten hobbelpaard. En van ons: een felgekleurde handtas, omdat ze zo graag in die van mij rommelt.
Dat is aardig wat voor een tweejarige, kun je misschien denken, en dat was nog niet alles.
In de tuin stonden verschillende speelobjecten: een kleurrijk speelhuis, een zwembad met een glijbaan en opblaashaai, een piratenwatertafel met bootjes, een Veloretti-fietsje, een loopwagen.
Kinderen en spullen, het is me bezig gaan houden.
Verandert de relatie tussen kinderen en spullen?
In haar boek Gouden jaren schrijft Annegreet van Bergen dat de huidige overvloed aan materiële bezittingen nergens anders zo goed zichtbaar wordt als in het leven van jonge kinderen. Ze ziet een groot verschil met hoe zijzelf opgroeide in de jaren vijftig en zestig.
Een kind kreeg in die tijd vooral functionele dingen voor zijn of haar verjaardag. Nieuwe kleren of schoenen, soms een boek.
Kijkend naar mijn nichtje op haar verjaardag, vraag ik me af: wat doet het eigenlijk met een kind, als dat al op tweejarige leeftijd omringd is met zoveel dingen?
Het idee dat we iets kunnen bezitten, begrijpen kinderen namelijk al op de leeftijd van twee jaar.* En tegen de tijd dat ze zes zijn, vertonen ze het ‘eigendomseffect’: ze hechten extra veel waarde aan een voorwerp puur omdat het van hen is, of ooit van hen is geweest.
Met bezit komt bezitterigheid.
Zo begon mijn nichtje na enige tijd te huilen omdat haar neefje op haar speelgoedauto was gaan zitten. Zij wilde ook! Dus begon ze aan zijn kleren te trekken.
In zijn boek The Moral Judgment of the Child* uit 1932 schreef de Zwitserse psycholoog Jean Piaget dat zelfs baby’s jaloezie uiten als het gaat om voorwerpen, en woedend kunnen worden wanneer een speeltje van hen wordt afgepakt en aan een ander kindje wordt gegeven.
Wat we ook weten, is dat de meeste kinderen tijdens het opgroeien een bijzondere band opbouwen met zeker één product, een zogenaamd ‘hechtingsobject’. Zo sleepte mijn zus vroeger overal haar ‘nijn’ mee naartoe, een lapje badstof met een konijnenhoofd eraan vastgenaaid.
Hou jij je bezig met kinderen en hun spullen? Vertel me meer
Elk kind kent jaloezie en hechtingsgevoelens als het gaat om spullen, maar speelt het nog een rol in welke mate ze op jonge leeftijd omringd worden door dingen?
Hechten kinderen zich bijvoorbeeld minder goed naarmate ze meer spullen bezitten?
Is de kans groter dat kinderen op latere leeftijd materialistischer zijn ingesteld als ze van kleins af aan overspoeld worden met speelgoed?
Om meer te weten te komen over de relatie tussen kinderen en spullen zoek ik plekken waar dit soort gedrag zichtbaar wordt, en mensen die hier meer over weten. Ook ben ik heel benieuwd in hoeverre ouders hiermee bezig zijn. Hebben zij er moeite mee als hun kinderen heel veel cadeaus krijgen en meer en meer speelgoed bezitten? Valt hun iets op aan hoe kinderen omgaan met dingen?
Mocht je mij bij dit verhaal willen helpen, dan kun je hieronder in de bijdragen delen wat je erover kwijt wilt, of mailen naar emy@decorrespondent.nl.