Genoeg getreuzeld: het is tijd dat NSC opstaat tegen deze politieke poppenkast

Frans Leijnse
Gastcorrespondent Politiek
Nicolien van Vroonhoven (NSC) in gesprek met Geert Wilders (PVV). Foto door Sem van der Wal / ANP

In het theater van Geert Wilders gaat het al maanden over een crisis die niet bestaat: de ‘asielcrisis’. Voor de oplossing, een noodwet, tornt de PVV aan de grondregels van onze parlementaire democratie. Nu het slotakkoord van dit hoofdstuk in zicht is, moet coalitiepartij NSC beslissen: wat is belangrijker, regeren of eigenwaarde?

Sinds een dikke honderd dagen heeft Nederland een kabinet dat de grondregels van de parlementaire democratie grondig herschrijft.

Niet langer ‘spreekt de regering met één mond’, maar is het

Niet langer geeft de premier leiding aan het kabinet (‘Ik ben de baas’) – de leider van de grootste regeringspartij

Niet langer wordt de Tweede Kamer direct bijeengeroepen als een acute noodsituatie maatregelen noodzakelijk maakt – het kabinet probeert het parlement juist

Niet langer worden uitspraken van de Eerste Kamer gerespecteerd – ministers zeggen nu dat zij ‘nog weleens zien

Is dit zomaar een losse manier om met de democratische grondregels om te gaan? Of zijn we hier getuige van iets groters: het begin van een geleidelijke omschakeling van parlementaire democratie

Geert Wilders heeft er nooit enige twijfel over laten bestaan dat hij de tweede mogelijkheid op het oog heeft. En zolang zijn coalitiepartners NSC en VVD blijven doen alsof het om doodnormale kleinigheden gaat waarvan je rustig kunt wegkijken, Hoelang houden zij dit normaliseren vol?

Het ‘strengste asielbeleid ooit’: hoe precies?

Dezer dagen buigt het kabinet zich over een kwestie die je onmogelijk een kleinigheid kunt noemen: namelijk ‘bijzondere omstandigheden’ vaststellen ‘die directe maatregelen noodzakelijk maken’, oftewel een noodtoestand, zonder overleg met de Staten-Generaal.

Afgesproken is dat in de ministerraad van 25 oktober de verantwoordelijke minister Faber (PVV) een voorstel zal inbrengen om Dit betekent dat er drie dingen zullen gebeuren: vaststellen dat er een noodsituatie is op asielgebied, direct ingaande maatregelen treffen zonder overleg met de beide Kamers, en een wetsvoorstel voorbereiden dat de noodsituatie en de maatregelen achteraf een wettelijke basis geeft.

Pas als over dit wetsvoorstel advies van de Raad van State is ontvangen, gaat het naar de Tweede en later Eerste Kamer. En een minister en premier die het parlement liever mijden, zouden daar weleens alle tijd voor kunnen nemen; de

Wat die nieuwe regels kunnen zijn, is nog niet duidelijk, maar de wens voor ‘het strengste asielbeleid ooit’ staat Hoe de regerende partijen dat willen bereiken? Met een opschorting van de behandeling van nieuwe asielaanvragen, meer gedwongen uitzettingen van uitgeprocedeerde asielzoekers, minder recht op opvang en soberder opvang, en een verbod op het geven van voorrang bij de toewijzing van woningen En de twee laatste wensen op het lijstje: alleen nog tijdelijke verblijfsvergunningen afgeven, en het verbieden van gezinshereniging

Buiten Wilders, Faber en Schoof is er vrijwel geen mens meer die denkt dat dit een begaanbare democratische weg is

Maar doen zulke maatregelen er eigenlijk toe? Zal het iets uitmaken? Maatschappelijk gezien zeker niet. De meeste maatregelen hebben geen enkel effect op de instroom, En zelfs als het aantal asielaanvragen door deze maatregelen naar beneden zou gaan, zou dit geen enkel direct effect hebben op problemen als woningnood, dakloosheid, criminaliteit en culturele spanningen.

Die laatste worden veeleer veroorzaakt door factoren als armoede, sociale achterstelling en slecht overheidsbeleid, en versterkt door overvloedige en ongereguleerde arbeids- en kennismigratie – Maar omdat de coalitie, met het oog op invloedrijke lobby’s, daar nu juist heeft men de asielinstroom als hoofddoel van het kabinet-Schoof gekozen: het strengste asielbeleid ooit als remedie tegen alle maatschappelijke kwalen.

In de fuik van de noodwet

Bij NSC en VVD moet men inmiddels wel in de gaten hebben dat de keuze om de asielinstroom als electoraal thema uit te buiten geen gelukkige is geweest. Men heeft in navolging van Wilders het populistische anti-asielverhaal centraal geplaatst in de campagne, om hem de wind uit de zeilen te nemen.

Dat is maar deels gelukt: uiteindelijk werd Wilders door de kiezers beloond omdat hij zo nadrukkelijk de politieke agenda had bepaald. Terwijl VVD en NSC het moesten doen met een – wat gezien het enorme verlies in de laatste weken van de campagne meer leek op een afstraffing voor hun opportunisme. Maar doordat deze partijen vervolgens met diezelfde Wilders zijn gaan regeren, krijgen ze nu hun eigen gebakken peren geserveerd.

In de manische roes van het ‘strengste asielbeleid ooit’ hebben NSC en VVD de PVV de gelegenheid gegeven de ‘asielnoodsituatie’ en de ‘asielcrisiswet’ waardoor ze er nu aan vastzitten. En dat terwijl al tijdens de formatie bij iedereen – ambtenaren, staatsrechtgeleerden en journalisten – bekend was dat er helemaal geen asielcrisis is. En dus dat er geen ‘noodsituatie’ is die regeren buiten het parlement om

Het komt dan ook niet als een verrassing dat er buiten Wilders, Faber en Schoof vrijwel geen mens meer is die denkt dat dit een begaanbare democratische weg is. Alle interne ambtelijke adviezen en alle externe deskundigen hebben de onmogelijkheid van de ‘noodsituatie’-aanpak op alle denkbare manieren aangetoond. En ten slotte heeft de Eerste Kamer op grond daarvan maar vast gewaarschuwd dat de ‘noodwet’ – als die zover komt –

Voor Wilders zijn deze adviezen zoals gebruikelijk een reden te meer om door te zetten; dat past immers uitstekend bij zijn air van anti-intellectualistische en anti-parlementaire daadkracht. Maar wat gaan NSC en VVD doen? Zij zitten in een duivels dilemma tussen redelijkheid en democratische waarden enerzijds, en de consequenties van de Doorgaan op een pad dat alleen verliezers kent, met deze partijen voorop, of alsnog een einde maken aan de leugen van een asielcrisis?

Wilders op zijn beurt laat geen gelegenheid voorbijgaan om te laten zien dat redelijkheid en democratische waarden er voor hem niet toe doen. Hij wil maar één ding: het volksvijandige ‘nepparlement’ op zijn nummer zetten en laten zien dat hij de dienst uitmaakt in Den Haag.

Daarom heeft hij het voor de hand liggende voorstel om de ‘noodwet’ te laten varen en het nieuwe asielbeleid langs de normale democratische weg binnen te halen, Het moest en zou een ‘noodwet’ worden – niet alleen omdat dat ‘bewijst’ dat er een asielcrisis is, maar ook omdat het parlement de ingrepen in het asielrecht dan niet kan vertragen en afzwakken.

Dat de ‘sterke leider’ hiermee het treuzelende en zwakke parlement opzijzet, is voor de PVV misschien nog wel een belangrijkere symbolische winst dan de hele discussie over het asielbeleid.

Democratie en rechtsstaat in het geding

De kwestie waar het kabinet op 25 oktober over beslist, is dus geen kleinigheid: de democratie en de rechtsstaat zijn wel degelijk in het geding, en niet zo’n beetje ook. Hadden wij een normale regering, dan zou de uitkomst van de ministerraad van 25 oktober zich makkelijk laten raden: gezien de principiële bezwaren van NSC’er Judith Uitermark (die als minister van Binnenlandse Zaken een speciale verantwoordelijkheid heeft voor de Grondwet en de rechtsstaat) en de andere ministers (van NSC en wellicht VVD) die zich daarbij zullen aansluiten, is er onvoldoende draagvlak.

In het kabinet-Schoof zoeken de partijen geen verbinding, geen gemeenschappelijk draagvlak, bieden zij elkaar niet de ruimte om uit de problemen te komen

Een besluit van deze zwaarte hoort niet met een kleine meerderheid genomen te worden, en dus zal de minister-president constateren dat de ‘noodsituatie’ niet kan worden uitgeroepen. Minister Faber wordt gevraagd met nieuwe voorstellen te komen ten aanzien van het asielbeleid.

Mooi scenario, alleen: wij hebben geen normale regering.

In het kabinet-Schoof zoeken de partijen geen verbinding, geen gemeenschappelijk draagvlak, bieden zij elkaar niet de ruimte om uit de problemen te komen. Er is geen samenhang en geen gemeenschappelijk doel. Gevolg: in de ministerraad worden de ministers door hun partijleider vanuit de Kamer aangestuurd. En die spelen het spel keihard, tot er één winnaar is – laat dat maar aan Wilders over.

Omdat dit spel nu al ruim honderd dagen gespeeld wordt, leek het er lange tijd op dat er vrijdag 25 oktober gewoon wordt besloten een ‘asielnoodsituatie’ af te kondigen, die het Faber mogelijk maakt direct maatregelen te nemen: dat zou alweer een klinkende overwinning zijn voor Wilders. Laat de deskundigen maar praten!

NSC in existentiële crisis

NSC zit inmiddels door het zwakke optreden in de formatie en het eindeloze spel rond de zogenaamde asielcrisis op een ongekend dieptepunt van geloofwaardigheid, Bij nog een keiharde nederlaag op dit principiële punt (juist voor NSC), is de kans op enig herstel voor langere tijd verkeken. Al was het maar omdat Wilders’ haan victorie zal kraaien en hij zijn schimpscheuten richting NSC in alle hevigheid zal voortzetten. NSC is daarom op een punt gekomen dat het weinig anders kan doen dan nu eindelijk de poot stijf houden en zo nodig een kabinetscrisis riskeren.

De vraag is of de coalitiepartners NSC zo’n verlossende overwinning op zichzelf zullen gunnen. Buiten de ministerraad en de Kamer wordt er nu in Den Haag een Laat Wilders de noodwet van Faber alsnog vallen? En komt er dan gewone wetgeving, maar moet de NSC-fractie daar wel op voorhand in de achterkamertjes mee akkoord gaan?

De grootste verliezer van deze 111 dagen non-politiek is natuurlijk de gewone burger

Voor NSC worden de komende dagen bijna een existentiële exercitie. Als een partij zo wanhopig en vernederd is, komt er een moment dat men voor de verandering niet meer alleen naar de peilingen kijkt, maar ook eens in de spiegel. En als dat beeld niet bevalt, kan zo’n partij zomaar besluiten dat het roer om moet, kome wat komen moet.

Dan valt men terug op grondprincipes, wordt de rug gerecht en eindelijk de poot stijf gehouden. Dan moet het kabinet maar vallen en zal men de kiezer tenminste tegemoet kunnen treden met een principieel verhaal: wij hebben het niet gepikt dat de rechtsstaat wordt uitgehold en het parlement uitgeschakeld. Dat lijkt een gok, maar nu NSC op een megaverlies in de peilingen staat vanwege slapheid, halfhartigheid en verzaking van zijn principes, is een principiële opstelling en een rechte rug (eindelijk!) nog de enige remedie om een deel van de teleurgestelde aanhang terug te winnen.

Wat de uitkomst ook gaat zijn: de grootste verliezer van deze 111 dagen non-politiek is natuurlijk de gewone burger. Terwijl het land wordt verdeeld door groeiende armoede, dakloosheid en woningnood, en de overheid erin faalt daar iets aan te doen, houdt men zich in Den Haag eindeloos bezig met een probleem dat niet bestaat. Met een oplossing die de samenleving zeker niet zal helpen.

Waar hebben we eigenlijk naar zitten kijken, als het hoofdstuk ‘nee, er is geen asielcrisis eindelijk is gesloten? Niet veel meer dan een politieke poppenkast, geleid door een autoritaire leider die uitsluitend geïnteresseerd is in beeldvorming en verdere kiezerswinst. Dat alles genormaliseerd door naïeve centrumpolitici met de