De onvertelde geschiedenis van de Biesbosch: natuur door mislukking

Van ramp tot riet: De Biesbosch: Natuur in beweging is een verfrissende documentaire die met spectaculaire beelden laat zien hoe natuur en geschiedenis samenkomen in een uniek zoetwatergetijdenmoeras vol bevers, buffels, reigers en geregel.
Het is ergens een wonder dat de Biesbosch bestaat: eeuwen terug nog een verzameling polders waar dijken het water buitenhielden, nu een fraai stuk waternatuur vol watervogels.
We danken het aan veel mislukt watermanagement, een reeks natuurrampen en veranderende prioriteiten bij de mens. De documentaire De Biesbosch: Natuur in beweging (2024) vertelt dit verhaal. De film oogt als een collage van spectaculaire beelden, wetenschappelijke weetjes en aardig wat symfonische bombast.
Een groot waterig toneelstuk
Wist ik niet: élke vierkante meter Biesbosch is ooit door mensenhanden bewerkt. Niet vaak biedt een natuurfilm een historisch-economisch perspectief op een natuurgebied. Verfrissend!
De Biesbosch werd ‘geboren’, als het ware, na de verwoestende Sint-Elisabethsvloed van 1421. Een groot deel van het door de eeuwen heen ingepolderde Zuid-Hollandse en Brabantse platteland overstroomde. Duizenden hectares landbouwgrond liepen onder en dertig dorpen verdwenen. Wat overbleef, was een wirwar van kreken, zandplaten en eilanden.
Waar akkerland was, ontstond iets nieuws: een bos vol biezen. Boeren maakten plaats voor rietsnijders, griendwerkers en vissers. Biezen werden geoogst en mensen vlochten er mandjes van. Naarmate het land verder opslibde, werd het er droger en kregen rietsoorten de overhand. Dat werd stukadoorsriet. Toen het nóg droger werd, kwamen de wilgen. Grondstof voor klompen.
Maar de tijden veranderden, beroepen verdwenen. De Biesbosch werd steeds meer met rust gelaten en een uniek natuurgebied ontstond.
Pas in 1994 werd de Biesbosch ook echt een beschermd natuurgebied. Nu is het een toevluchtsoord voor allerlei charismatische megafauna, zoals de bever, visarend en zelfs de zeearend, de grootste roofvogel van Europa.
Uniek getijdengebied?
Hij introduceert zichzelf niet, maar de man die ons in de film meeneemt door de Biesbosch is Coen Koopmans, in het dagelijks leven productowner bij KPN.
Dus het is hem misschien niet aan te rekenen dat hij niet helemaal begrijpt wat de Biesbosch nu écht uniek maakt. Want dat is niet – wat hij zegt – dat het een zoetwatergetijdengebied is.
Zoetwatergetijdengebieden zijn namelijk niet schaars. Veel rivieren die naar zee stromen, lopen eerst tegen de wisselende getijdendruk van de zee aan, voordat hun zoete water zich met het zoute water mengt. Rivieren hebben zo dus vaak een stuk zoet water met getij: een zoetwatergetijdengebied.
Wat wél uniek is, is dat een gebied met schorren, slikken en geulen – zoals de Biesbosch – zoet water heeft. Want vrijwel al dit soort gebieden zijn hartstikke zout. Denk aan de Wadden, of aan het Verdronken land van Saeftinghe. De vegetatie is daar ook heel anders, want veel planten houden niet van zout.
Het Nederlands heeft geen specifieke term voor zo’n gebied als de Biesbosch, met schorren, slikken en geulen én zoet water. Maar in het Engels heet dit een freshwater tidal marsh, een zoetwatergetijdenmoeras – wat inderdaad vrij uniek is in Europa.
Rijk reigerland
En man wat wonen er veel vogels. Alleen al vier soorten reigers: de kleine zilverreiger, de grote zilverreiger, de blauwe reiger én de koereiger – een klein reigertje dat koeien opzoekt. De koeien zijn uitgezet, met als grappig neveneffect dus koereigers.
Die koeien kunnen rustig rondstruinen omdat het gebied geen meters, maar slechts decimeters getijdenverval heeft, wat weer komt door dichte sluizen. Met name de Haringvlietsluizen, die in 1971 dichtgingen als deel van de Deltawerken. Nog altijd worden sluizen in de buurt dichtgezet, weer opengegooid of gaan ze op een kier, om van alles te regelen.
In de film opgevoerde boswachters zeggen dat de mens de controle over de Biesbosch tegenwoordig losgelaten heeft, maar dat lijkt dus wel mee te vallen. Vooral het economisch belang is losgelaten. Bij ingrepen wordt nu gekeken naar natuurwaarde en waterveiligheid, want de Biesbosch is een waterbergingsgebied. Rivieren als de Nieuwe Merwede en de Amer kunnen er gerust uit hun oevers treden.
Zo zijn er konikpaarden, waterbuffels en Schotse hooglanders uitgezet om het Biesbosch-gazon kort te houden. Wat de beesten overslaan, wordt door de mens alsnog gemaaid. Aldus ontstaan enorme bloemenzeeën. En dat trekt weer vlinders als de kleine vos, het bruin zandoogje en de koninginnenpage aan. Allemaal schitterend in beeld gebracht.


Minder bootjesmensen
De natuur staat in De Biesbosch centraal. De ijsvogel, ooit zeldzaam in de regio, is bijvoorbeeld terug. Via prachtige close-ups en onderwaterbeelden zien we een stel ijsvogels elkaar het nest uit kibbelen.
Wel leidt de bombastische muziek soms wat af. Onder beeld van vier meerkoeten in conflict klinkt een soundtrack alsof er een bom wordt ontmanteld. Een honingbij die water haalt, klinkt als de apotheose van een liefdesdrama.
Maar de film blijft fascineren. Je krijgt timelapses van visarendkuikens, bevers (‘pure vegetariër, 50-55 soorten planten op het menu’) en een ree in de sneeuw. Veel soorten hebben de Biesbosch gevonden. En de boswachters dromen verder: waarom niet wat meer ringslangen, of otters? ‘Zwarte wouw, zwarte ooievaar, misschien een keer een hop. Een goudjakhals, de wolf… Het past hier prima!’
Dan volgt nog een oproep aan de mens om de Biesbosch vooral aan te doen. Nou ik maakte er een rondvaart van de zomer: hartstikke mooi gebied, dat laat de film goed zien. Maar wat die niet laat zien: het is er ontzettend druk. Overal liggen bootjes, die overal te huur zijn. Dus wil je van de Biesbosch genieten, laat het gewoon bij deze film. Nu nog te zien in een paar bioscopen.