Podcast: De strijd van Trudy Dehue tegen de standaardisering van alles
Trudy Dehue (1951) is als wetenschapsfilosoof een luis in de pels van de universiteit. Met haar nieuwe boek Betere mensen houdt ze haar collega’s een confronterende spiegel voor: al te vaak verkopen zij normen onder het mom van feiten. Een wake-up call van een bevlogen onderzoekster.
We neigen er steeds meer naar het gemiddelde als de norm te beschouwen. Zo worden we als samenleving steeds ongeduldiger ten aanzien van afwijkingen. Wetenschapsfilosoof Trudy Dehue maakt zich ernstig zorgen over die ontwikkeling.
Haar nieuwe boek Betere mensen is een fel pleidooi voor diversiteit. Een eigenschap als impulsiviteit bijvoorbeeld - tegenwoordig vooral gezien als een aspect van de stoornis adhd - kan enorm waardevol zijn.
Zelf zie ik Betere mensen als een spinnenweb: alles hangt met alles samen. Dehue, die gespecialiseerd is in de geschiedenis van de sociale wetenschappen, laat overtuigend zien hoe ontwikkelingen in die wetenschap letterlijk van invloed zijn op het leven van mensen. Ze haalt er veel voor overhoop: de al te intieme financiële relatie tussen de wetenschap en de farmaceutische industrie, het debat over adhd, politieke besluitvorming die streeft naar meritocratie, reclame, het boek On Liberty van filosoof John Stuart Mill en nog veel meer.
Ze spreekt dan ook van een systeem waar iedereen aan meedoet. Toch laat Dehue zich niet verleiden (al probeer ik het wel) om personen in staat van beschuldiging te stellen, of te spreken van een schandaal (terwijl ik daar in sommige gevallen wel degelijk aanleiding toe zie).
De creatie van de werkelijkheid
In het hart van het spinnenweb zit het begrip reïficatie. Het betekent dat wetenschappers niet zozeer spreken namens de werkelijkheid, maar een werkelijkheid creëren. Adhd is daar een goed voorbeeld van.
In ‘Verzonnen ziekte!’, een column van maatschappelijk werker Suzan Otten-Pablos in ADHD Netwerk, komt scherp naar voren hoe deze stoornis verdeeldheid zaait: aan de ene kant de groep critici die van de daken schreeuwt dat het een verzinsel is van het medisch-industrieel complot, bedoeld om al die arme kinderen zoveel mogelijk vol te stoppen met pillen en zelf fortuinen te vergaren; aan de andere kant de grote groep ouders en kinderen die zich gekwetst voelt omdat de problemen die zij ervaren niet erkend worden.
Het is een ziekte omdat wij het beschouwen als ziekte. Dat is een keuze
Met de notie van reïficatie laat Dehue zien hoe wetenschappelijk onderzoek bijdraagt aan deze polarisatie van adhd. Stap 1: wetenschappers definiëren een eigenschap (impulsiviteit bijvoorbeeld) als stoornis. En stap 2: ze beschrijven de stoornis als oorzaak van de eigenschap. Dehue is zodoende stellig in haar overtuiging dat adhd niet verzonnen is: het is een ziekte omdat wij het beschouwen als ziekte.
Maar daarmee is nog lang niet alles gezegd. In onze tijd komen er nog bij stap 3: de stoornis is verankerd in ons brein; en stap 4: wij moeten ons eigen brein zo managen dat we mogelijke schade voorkomen. Niet de maatschappij is maakbaar, maar het individu. Dat leidt tot paradoxen, waarvan er in dit gesprek een aantal de revue passeert. Bijvoorbeeld: de overheid wil lagere zorgkosten én dwingt universiteiten tot ondernemerschap, wat in de praktijk betekent dat ze samen met de farmaceutische industrie op zoek gaan naar zoveel mogelijk patiënten.
Eigenlijk zouden wetenschappers weer op zoek moeten gaan naar hun eigen ongelijk, vindt Dehue. En zouden ze zich op moeten stellen als oprechte bemiddelaars die de vooronderstellingen van verschillende opties verhelderen.
Luister dus vooral naar dit intrigerende pleidooi van een vrouw die iets wil veranderen aan onze hardnekkige neiging tot standaardisering.