Het verraad van de vicevoorzitter
Juist toen Hans Biesheuvel, voorman van MKB Nederland, begon te snappen dat zijn achterban door de combinatie van drie decennia loonmatiging ten faveure van het grootbedrijf, een in duigen gevallen vastgoeddroom en een overheid die zich door Brussel gedwongen ziet om overhaast haar begrotingstekort te reduceren en dus vooral naar belastingverhogingen grijpt het onderspit dreigde te delven, werd hij gewipt. Dag Hans, bedankt voor je inzet, maar het kan niet zo zijn dat jij uit een ander evangelie citeert dan Wientjes.
Omdat zo’n pijler onder het Nederlandse poldermodel als MKB Nederland niet zonder handenschuddende en clichés prevelende voorzitter kan, werd Biesheuvels achtervang, vicevoorzitter Michaël van Straalen als tijdelijke opvolger naar voren geschoven. Dat moet meteen na het vertrek van Biesheuvel zijn gebeurd, maar de eerste weken heeft Van Straalen zich gedeisd gehouden. Eerst deze week onderging hij zijn publieke vuurdoop met een kennelijk door VNO-NCW goedgekeurd interview bij Nu.nl. Hij had beter zijn mond kunnen houden. Zelden een stukje tekst met zo’n hoge bullshit-dichtheid gelezen.
Lees even mee. ‘Sinds 2008 zijn we met elkaar in Nederland niet meer gaan verdienen, maar de uitgaven zijn vanaf die periode wel met 45 miljard euro gestegen,’ zegt Van Straalen.
In zijn ogen leidt een te grote overheid tot hoge lasten voor burgers en bedrijven. ‘Het is cruciaal dat het overheidsapparaat kleiner wordt. Daar gaat MKB-Nederland ook voor pleiten.’
Hier wordt een complexe causale keten – van banken redden naar economie stimuleren naar voortijdige begrotingstekortreductie naar perverse effecten (stijgende uitgaven en dalende inkomsten ondanks bezuinigingen en lastenverzwaringen) – gereduceerd tot iets dat het bedoelde effect is van politieke besluiten. Alsof de tekorten en het daardoor toenemende beslag van de publieke sector op de Nederlandse economie het effect zijn van gulzige burgers en meegaande politici en er nooit zoiets is geweest als een mondiale bancaire crisis, een eurocrisis en dom overheidsbeleid (lastenverzwaringen).
Volgens Van Straalen moet de overheid mee-ademen met de economie. ‘Het is in feite een bedrijf, je moet dus ook kijken naar de flexibele schil en vaste bezetting binnen je organisatie.’
Dit is om meerdere redenen een door en door valse tekst. Ten eerste zou Van Straalen als belangenbehartiger van het Nederlandse MKB niet moeten pleiten voor een mee-ademende maar juist voor een tegen-ademende overheid. Dus goed Keynesiaans de teugels laten vieren als de private sector het laat afweten en de teugels aantrekken als huishoudens en bedrijven het zelf kunnen. Dat in zijn achterban de een na de ander over de kop gaat komt juist door een mee-ademende overheid: juist op het moment dat wij sparen om onze hypothecaire lening op onderwaardepeil te kunnen brengen doet de overheid een graai ter waarde van 50 miljard euro in onze portemonnee waardoor de binnenlandse bestedingen helemaal stilvallen.
En dan die afgesleten bedrijfsvergelijking. Nee de overheid is niet - in feite - een bedrijf. De overheid is de uitvoeringsorganisatie van de collectieve wil van de Nederlandse demos zoals bemiddeld via verkiezingen, formatie en parlementaire beraadslaging. En dat is iets fundamenteel anders dan een platte juridische entiteit met financiële winst als voornaamste oogmerk.
Om Max Weber te parafraseren: een staat wordt gedefinieerd door het monopolie van geweldsuitoefening, belastingheffing en gelduitgifte. En nee – want dat is wat Van Straalen eigenlijk met de vergelijking beoogt – een staat hoeft niet zoals een bedrijf en een individu zijn huishoudboekje op orde te hebben. Anders dan bedrijf en individu heeft een staat in principe het eeuwige leven en kan dus ongelimiteerd van zijn eigen toekomst lenen. Een bestuurder die dit verschil niet weet is of geen knip voor zijn neus waard of heeft een ondemocratische agenda.
Er moet volgens de interim-voorzitter ook iets gebeuren aan de stijging van de loonkosten in de marktsector. "Daar zit geen rem op. Ondernemers betalen steeds meer aan sociale premies en pensioenkosten. Het bedrijfsleven kan die toegenomen lasten niet terugverdienen."
Ook hier lusten de honden geen brood van. Als iets de Nederlandse economische situatie kenmerkt, is het de grote discrepantie tussen het economische lot van werkenden en van bedrijven. Tegenover historisch en internationaal ongekende spaaroverschotten bij Nederlandse bedrijven staat slinkende koopkracht – uitmergeling – voor Nederlandse huishoudens. Sinds 2000 zijn de huishoudelijke bestedingen als component van het BBP gedaald van 50 naar 44 procent. En na vijf jaar crisis is de koopkracht van Nederlandse huishoudens teruggevallen naar het niveau van 1999. Loonmatiging is een probleem niet een oplossing. Biesheuvel begon dat door te krijgen. En daarom moest hij gaan. Van Straalen houdt zich wel aan het evangelie van Wientjes en verkoopt lulkoek die leuk is voor het grootbedrijf maar direct indruist tegen de belangen van zijn achterban.
MKB-Nederland is tevreden dat er nu afspraken zijn gemaakt tussen politiek en sociale partners, waarbij iedereen binnenboord is gebleven. "We moeten nu zorgen dat de afspraken geborgd blijven", zegt Van Straalen daarover. "Het zou merkwaardig zijn als een van de partners die betrokken was bij de totstandkoming van het sociaal akkoord, dat nu niet meer kan dragen vanwege politieke keuzes."
Dat is allemaal goed en wel maar er valt ook het nodige te zeggen voor de opstelling van FNV die het kabinet een onbetrouwbare onderhandelingspartner heeft genoemd omdat er eenzijdig is getornd aan een akkoord dat, in de woorden van de premier, historisch was en in steen gegrift stond.
Nu moeten de ogen gericht zijn op de toekomst, want de politieke onbalans, waarbij de VVD en PvdA geen meerderheid hebben in de Eerste Kamer en daarom steun zochten en kregen bij D66, SGP en ChristenUnie, heeft volgens Van Straalen lang genoeg geduurd. "De politiek bleef lang achter met haar verantwoordelijkheid te nemen, maar ik ben blij dat er nu overeenstemming is over het sociaal akkoord en het begrotingsakkoord met de extra bezuinigingen van zes miljard euro. Dat is te prijzen", aldus Van Straalen.
Dit is de meest expliciete breuk met de zich geleidelijk ontwikkelende stellingname van zijn voorganger. Biesheuvel kwam er, zoals gezegd, langzaam achter dat er geen desastreuzer beleid was voor zijn achterban dan voortgaan op het heilloze pad van lastenverzwaren en bezuinigen. Die is immers voor de overgrote meerderheid aangewezen op de binnenlandse economie. Iedere bezuiniging en lastenverzwaring leidt meteen tot minder koopkrachtige vraag en dus tot slechtere economische vooruitzichten voor het MKB. Zeker in een situatie waarin 1,3 miljoen huishoudens, een derde van alle huishoudens met een hypothecaire lening, aanhikt tegen soms forse onderwaarde en dus alles op alles op zet om de schuldenlast te reduceren.
En Biesheuvel begon er tevens achter te komen dat dit niet alleen zijn achterban zorgen baarde maar ook bijvoorbeeld de vakbeweging en de bancaire sector die door de binnenlandse bestedingsrecessie steeds vaker met wanbetalers werd geconfronteerd, daarvoor de stroppenpotten moest optasten en daardoor minder winst over hield om de buffers te kunnen verhogen. Maar vlak voordat Biesheuvel deze kleurrijke coalitie kon inzetten om die vermaledijde loonmatigingsconsensus die Nederland (eerst) zoveel voordeel en (nu) zoveel nadeel heeft gebracht te doorbreken, moest hij gaan.
Zijn de drogredeneringen in Van Straalens eerste publieke interview uitdrukking van stupiditeit of van kwaadwillendheid? Ik heb geen illusies over de intellectuele capaciteit van de nieuwe voorman van MKB Nederland – voorzitter of vicevoorzitter van zo’n club word je niet vanwege je grondige kennis van het werk van Thomas Mann of vanwege je grote passie voor het werk van Martin Heidegger. Een gehypertrofieerde sociale slijmklier is wat in de meeste gevallen voor poldersucces volstaat. Dat laat onverlet dat op de achtergrond wel degelijk intellectueel vernuft opereert en dat er dus wel degelijk sprake is van kwaadwillendheid.
Dit is hoe de elite haar eigen legitimiteit arrangeert: niet door te overtuigen of te beargumenteren maar door eindeloos dezelfde baarlijke nonsens te herhalen. Inderdaad als in een liturgie. De hoop is dat domme kiezers ze daardoor vanzelf voor waar gaan houden en dat criticasters, het bekritiseren moe, er ten langen leste de brui aan geven. En uiteraard is de nonsens nooit alleen maar nonsens, maar bestaat zij uit een slimme mix van populairwetenschappelijke schijnwaarheden (maar al te vaak aangeleverd door economen of psychologen) en breed gedeelde volkswijsheden (‘het huishoudboekje moet op orde worden gebracht’) die het elite standpunt een sluier van onvermijdelijkheid geven. En als dat op het punt staat ontmaskerd te worden, zijn er altijd andere manieren om potentiële ontmaskeraars onschadelijk te maken: vraag het Hans maar.