Homo’s vinden langzaam maar zeker hun plek in een verdeelde kerk

Hsin-Chi Berenst
Journalist
Maarten Diepenbroek (34): ‘Het was volgens mij juist onverenigbaar om christen te zijn en in de kast te blijven.’ Foto: Ruth Catsburg

De houding van de Rooms-Katholieke Kerk ten aanzien van homoseksualiteit is aan het veranderen. Ook in protestantse kringen is het onderwerp steeds beter bespreekbaar. Hoe ervaren christelijke homo’s dat zelf? Ik laat vier van hen aan het woord.

Wordt 2014 het jaar waarin kerken en homo’s elkaar dan toch in de armen sluiten? Op 5 oktober 2014 werden op initiatief van paus Franciscus alle bisschoppen en kardinalen bijeengeroepen. Twee weken lang werd er vergaderd.

Een van de meest spraakmakende paragrafen had als titel: ‘Het verwelkomen van homoseksuele personen.’ De vraag werd gesteld hoe de Katholieke Kerk homoseksuelen op een broederlijke manier welkom kon heten, want ook homoseksuelen hebben gaven en kwaliteiten.

Het nieuws stond er bol van. Er werd gesproken van een historische koerswijziging binnen de Rooms-Katholieke Kerk, Enkele dagen later werd het rapport aangepast na interne kritiek en in de uiteindelijke versie was de paragraaf zelfs volledig geschrapt. Het gevolg: veel progressieve bisschoppen konden niet met deze verwaterde versie leven en stemden tegen deze resolutie.

Het nettoresultaat voor homoseksuelen na twee weken vergaderen was diep teleurstellend, zo stelden verschillende Maar volgens Vaticaankenners zijn de laatste woorden hierover nog niet gesproken. De meningen blijven sterk verdeeld, maar het valt niet te ontkennen dat er iets aan het veranderen is. Al is het maar de toon en manier waarop de huidige paus het thema bespreekbaar maakt.

Deze verschuiving in katholieke kring staat niet op zichzelf. Ook in protestantse kerken verandert de toon, en daarmee soms ook de muziek. Zo verklaarde Alan Chambers, oprichter van dat hij spijt had van zijn betrokkenheid bij het promoten van therapie om seksuele voorkeuren te veranderen. Hij stelde vervolgens tot het inzicht te zijn gekomen dat hersteltherapie schadelijk en traumatisch kon zijn. Enkele uren na zijn verklaring volgde dat de organisatie Exodus International per direct de deuren zou sluiten.

Merken homo’s in kerken iets van de verandering die langzaam door de christelijke wereld gaat? Of valt het met die veranderingen vooralsnog wel mee?

Niet anders denken over homoseksualiteit

‘Ik kon het in het begin niet accepteren, heb huilend liggen bidden of het niet anders kon.’ Johannes ten Hoor (22) duwt zijn bril terug en neemt een slok water.

Johannes ten Hoor (22): ‘Ik kon het in het begin niet accepteren, heb huilend liggen bidden of het niet anders kon.’ Foto: Ruth Catsburg
Pas toen ik een foldertje over homoseksualiteit in de bieb tegenkwam dacht ik: hé, dat heb ik

De filosofiestudent is actief lid van de en realiseerde zich rond zijn zestiende dat hij op jongens viel. Met een vriend thuiskomen was voor Johannes geen optie. Opgegroeid in Hendrik-Ido-Ambacht en afkomstig uit de maakte dat het niet in hem opkwam dat hij misschien homo kon zijn. ‘Homo’s waren iets van heel ver weg, zoals de Gay Pride in Amsterdam. Pas toen ik een foldertje over homoseksualiteit in de bieb tegenkwam en op internet ging zoeken, dacht ik: hé, dat heb ik.’

‘Het beeld van Sodom en Gomorra, daar herken ik mezelf niet in.’ Anton Untiedt (45) kreeg na zeven jaar voorganger geweest te zijn in Zuid-Afrika een burn-out en vertrok vervolgens naar Nederland, om bij te werken. ‘Ik kom van oorsprong uit de Nederduitse Gereformeerde Kerk in Zuid-Afrika, maar ging vanaf mijn twaalfde mee met mijn opa en oma naar een soort Pinksterkerk. Later ben ik daar theologie gaan studeren en vervolgens voorganger geworden.’ Tijdens die zeven jaar heeft hij één keer een relatie gehad met een meisje, maar toen die strandde, moest hij voor zichzelf toegeven dat hij homo is.

Anton Untiedt (45): ‘Zolang ik mijn homo-zijn als probleem zag, was het geen probleem. Maar ik vond dat niet en toen werd het wél een probleem.’ Foto: Ruth Catsburg

Toch besloot hij er in eerste instantie niets mee te doen. Gaandeweg veranderde Antons standpunt over homoseksualiteit en in 2010 werd voor hem besloten dat hij niet langer meer bij JMEO kon werken. ‘Zolang ik mijn homo-zijn als probleem zag, was het geen probleem. Maar ik vond dat niet en toen werd het wél een probleem. Je kunt binnen zo’n organisatie over van alles van mening verschillen, maar niet over homoseksualiteit.’

Tussen twee werelden

Johannes, de student filosofie, voelt zich gevangen tussen twee werelden. ‘Als homo ben je in de christelijke wereld een buitenbeentje en in de homowereld val je erbuiten omdat je christen bent.’ Daar herkent Mathilde zich in.

‘Ik dacht echt, als ik lesbisch ben, dan kan ik niet meer gelovig zijn.’ Mathilde (66, wil niet herkenbaar in De Correspondent), van oorsprong katholiek en samenwonend met een vriendin, heeft zelf een lange weg afgelegd voordat ze besloot de Katholieke Kerk vaarwel te zeggen. Nadat ze zich op haar dertigste realiseerde lesbienne te zijn en een relatie met een vrouw kreeg, voelde ze zich zo veroordeeld door haar medegelovigen dat ze besloot de kerk te verlaten. Jaren later kreeg ze weer behoefte om zich aan te sluiten bij de kerk, ook omdat haar vriendin gelovig was. ‘Ik heb de pastoor de situatie uitgelegd, dat ik graag weer lid wilde worden van zijn parochie, maar dat ik wel lesbisch was en binnenkort ging samenwonen met een vrouw.’

De reactie van de pastoor bleek uiteindelijk bepalend voor haar keuze om weg te blijven. ‘Hij zei: ‘Tuurlijk mag je erbij komen, maar je moet het niet laten merken.’ Toen was ik wel uitgepraat. Ik wilde ook met mijn vriendin naar de kerk komen, maar dat was al helemaal niet de bedoeling. Dat vond ik heel kwetsend.’

Toch heeft ze zich nooit officieel uitgeschreven bij de Katholieke Kerk, deels vanwege haar werk in een klooster, deels omdat het haar toch niet helemaal loslaat. ‘Het is ook een beetje als familie. Die heb je ook niet voor het uitkiezen.’

Door het geloof uit de kast

Maarten Diepenbroek (34) had niet het gevoel dat het een het ander uitsloot. Na een jeugd in enkele orthodoxe kerkgenootschappen is hij inmiddels dominee in het Zeeuwse Burgh. ‘Sterker nog, het was volgens mij juist onverenigbaar om christen te zijn en in de kast te blijven.’ Ook hij wist al sinds zijn tienertijd dat hij anders naar jongens keek dan zijn vrienden, maar hij maakte zich er niet echt druk om. ‘Ik was een laatbloeier.’

Het geloof was voor Maarten juist een stimulans om uit de kast te komen. ‘Als ik geloof dat ik door God gemaakt ben, ook met mijn seksuele geaardheid, dan moet ik dat ook durven te leven en niet wegstoppen.’

Volgens Maarten wordt het over het algemeen al redelijk geaccepteerd, althans, in zijn kringen. ‘Maar het zijn altijd van die golfbewegingen. Het is nu vrij geaccepteerd, maar het kan zo omslaan.’

Maarten Diepenbroek (34): ‘Maar het zijn altijd van die golfbewegingen. Het is nu vrij geaccepteerd, maar het kan zo omslaan.’ Foto: Ruth Catsburg
Waar het op dit moment het meest misgaat in de kerk, is dat mensen niet met die verschillen kunnen leven

Maar voor Johannes gaat het niet snel genoeg. ‘Je kunt wel blijven discussiëren en Bijbelteksten aanhalen, maar je moet elkaar de ruimte geven een gewetensvolle beslissing te maken en niet anderen willen overtuigen van jouw gelijk. Waar het op dit moment het meest misgaat in de kerk, is dat mensen niet met die verschillen kunnen leven.’

Anton gaat nog een stap verder en pleit voor meer zichtbaarheid voor homoseksuelen in de kerken. ‘Als je bijvoorbeeld hoort dat homo’s in Rusland en vervolgd worden, dan zou je daar als gemeente een gebedspunt van kunnen maken. Dan geef je een signaal af, los van alle dingen die je ervan vindt, dat je er wel over nadenkt. Het zegt iets over je houding.’

Mathilde vraagt zich af in hoeverre de verandering die de paus wil doorvoeren ook daadwerkelijk gaat lukken. ‘Franciscus vind ik een heel menselijke man, die best veel wil veranderen, maar ik vraag me af of hij dat kan in zijn eentje. Hij zal nooit een veto uitspreken, daar is hij veel te zachtaardig voor en hij wil vanuit de kerk één geluid laten horen.’

Verdeeld, zo zou de huidige stand van zaken misschien het best genoemd kunnen worden. Ja, kerken en christelijke instanties erkennen steeds vaker dat er LHBT’ers lid in hun midden zijn. Nee, ze weten nog steeds niet wat ze ermee aanmoeten. Dat er homo’s in hun midden zijn is inmiddels een aanvaard gegeven, maar om homo’s en lesbiennes mét partners volledig te omarmen binnen de kerk gaat velen nog een brug te ver. Nederlandse kerken zijn kortom minstens zo verdeeld als de katholieke kardinalen en bisschoppen die er met elkaar uiteindelijk niet uitkwamen. Maar misschien is dit alles per saldo toch vooral goed nieuws voor homo’s in kerken. Verdeeldheid is alvast een stap verder dan eensgezinde veroordeling. En bovendien: Rome is ook niet in één dag gebouwd.

Voor dit artikel werd ook gesproken met vertegenwoordigers van het LKP (Landelijk Koordinatie Platform voor kerk en homoseksualiteit), de EA (Evangelische Alliantie, een koepelorganisatie voor kerken) en de EO (Evangelische Omroep).