Het gaat slecht met de muziekindustrie. terwijl er vorig jaar rond deze tijd al vijf albums die status wisten te behalen. Bovendien ging het niet bepaald vanzelf. Swift heeft de hulp in moeten roepen van de populairste man van dit moment: de Franse econoom Thomas Piketty.

Hun album 1989 (The Death of Communism) is een ode aan de muziek uit het geboortejaar van Swift en een nostalgische, maar niet kritiekloze blik op het communisme. Met vrolijke en strak geproduceerde popmuziek proberen Swift en Piketty de groeiende ongelijkheid in het Westen aan de kaak te stellen.

Het nummer ‘Shake it off,’ bijvoorbeeld, is een upbeat popsong over de hoogste belastingsschaal voor vermogen van het Engeland in de jaren zeventig. En over Taylor Lautner, een ex van Swift.

Het album is goed ontvangen, maar er is ook kritiek. Lift Swift niet te veel mee op het succes van Piketty? De vraag is maar of het album zo goed had verkocht als Piketty niet mee had gewerkt. Cd’s worden inmiddels amper verkocht, maar boeken van 600 pagina’s over inkomensverdeling zijn niet aan te slepen. Dat verklaart bijvoorbeeld ook het succes van Nick & Simon & Ewald Engelen.

Schoolagenda’s

En Piketty is hot. Zijn kritiek op het kapitalisme en zijn oproep tot hogere belastingen op kapitaal hebben het geschopt tot dekbedovertrekken en schoolagenda’s. Jonge meisjes kopen alles met zijn grafieken erop. Toen De Correspondent een optreden van Piketty livestreamde, knalde de stream er al snel uit.

Op uitnodiging van het ministerie van Financiën sprak Piketty gisteren in de Tweede Kamer. Minister Jeroen Dijsselbloem: ‘Hij heeft toen wel aangeboden om Swift mee te nemen. Maar hallo: popmuziek? Als we dat programmeren dan komt er geen hond. Genuanceerde kritiek op inkomensverdeling, dat is waar de meisjes van gaan gillen. Ik hoorde dat hij ook Lowlands doet dit jaar, maar wij waren eerst!’

Na de Tweede Kamer speelt Piketty die avond nog eens, dit keer in een uitverkocht Paradiso. Als hij later die avond de Paradiso weer verlaat, moet hij bij de artiesteningang handtekeningen geven. ‘Dit gebeurt overal,’ mompelt Piketty terwijl hij bij ene Rutger, hoofd van de Nederlandse Pikettyfanclub, een handtekening op zijn onderarm zet, ‘je went eraan.’

Zelf blijft Piketty er bovenal nuchter onder: ‘Ben ik een popster? Ik weet het niet. Ik ben gewoon een econoom die toevallig zijn eigen parfumlijn heeft.’

The Smell of Capital in the Twenty-First Century