Podcast: Wordt mijn kind gewelddadig van vechtspellen?

Reikhalzend kijken kinderen uit naar de kerstvakantie: eindelijk weer eindeloos en ongestoord whatsappen, SpangaS kijken, Minecraft spelen.

Eindeloos? Jongeren van twaalf tot vijftien jaar spenderen gemiddeld zes uur aan schermmedia.

Ongestoord? Kinderen krijgen per uur gemiddel 28 reclames voorgeschoteld.

Nog een cijfer: de mobiele game-industrie heeft een globale waarde van pak ’m beet 55 miljard.

De belangen zijn groot dus.

Deze onderzoeksgegevens ontleen ik aan een studie van Patti Valkenburg, hoogleraar Media, Jeugd en Samenleving aan de Universiteit van Amsterdam. In het recent uitgekomen boek Schermgaande jeugd geeft zij een overzicht van het wetenschappelijke onderzoek naar de effecten van media (alle soorten media: internet, games, sociale media, televisie) op de ontwikkeling van jonge mensen (vanaf de geboorte tot de adolescentie).

En dat is prettig, want het mediagebruik onder jongeren leidt in de samenleving tot telkens oplaaiende debatten waarin vooral emoties en veronderstellingen een rol spelen, maar zelden feiten of deugdelijk onderzoek.

Je kent die vragen wel: worden kinderen agressief van gewelddadige games? Het kan toch niet anders of er moet een causaal verband zijn tussen al het mediageweld en de schokkende geweldsdelicten waarbij scholieren de wapens grijpen en dood en verderf zaaien? En wat moeten we denken van al die porno op internet? Geeft dat onze kinderen geen verkeerd beeld van de liefde? Ouders worstelen met dit soort vragen, en niemand die weet hoe het precies zit.

Maar er is wel degelijk veel onderzoek gedaan, en de resultaten daarvan worden door Valkenburg rustig op een rijtje gezet. Wat blijkt? De effecten zijn vrij klein, maar er is altijd een groep van 5 tot 10 procent die meer dan anderen ontvankelijk is voor de invloed van media. En dat is iets waar je wel degelijk serieus aandacht aan moet besteden.