Geachte witte Nederlander, tijd om het eens te hebben over uw onopgemerkte privileges
Er zijn maar weinig witte mensen die hun privileges ten opzichte van de zwarte medemens openlijk durven of willen bespreken. Tijd om daar verandering in te brengen, betoog ik in deze open brief.
Geachte witte Nederlander,
Er is geen fijngevoelige manier om dit te doen, dus ik val direct met de deur in huis. We moeten het hebben over uw onverdiende bevoorrechting: ‘white privilege.’
White privilege is het idee dat u in uw alledaagse leven onzichtbare en grotendeels onbesproken voordelen geniet op basis van uw huidskleur, al zijn deze voordelen niet discriminatoir van aard. Uw voordelen zijn zo vanzelfsprekend dat het u nooit opvalt.
Waarschijnlijk zucht u nu.
Dat herken ik wel een beetje. ‘Male privilege’ – ook een vanzelfsprekende biologische bevoordeling – was een vast gespreksonderwerp tijdens de lunch toen ik Tweede Kamerlid was voor GroenLinks. De destijds ruim vertegenwoordigde groep vrouwen in de fractie turfde constant het aantal vrouwen in alle actualiteitenprogramma’s en kwam meestal niet eens bij één streepje.
Ik zuchtte dan vaak. Tot ik een keer de verhouding mannelijke en vrouwelijke gasten zag over de periode van een jaar. Wat ik als gezeur afdeed, was in feite een van de vele mannelijke voorrechten: het voorrecht dominant te zijn in de media.
Geagendeerd door een blanke
Er zijn niet veel witte mensen die hun bevoorrechting openlijk bespreken. Als het gebeurt, is dat dan ook meteen betekenisvol. Zoals door feministe en antiraciste Peggy McIntosh in 1988. In ‘White Privilege and Male Privilege: A Personal Account of Coming to See Correspondences through Work in Women’s Studies’ somde zij in een zeldzaam staaltje introspectie zesenveertig van haar witte voorrechten op.
- No. 21: ‘I am never asked to speak for all the people of my racial group.’
- No. 26: ‘I can easily buy posters, post-cards, picture books, greeting cards, folks, toys and children’s magazines featuring people of my race.’
- No. 39: ‘I can be late to a meeting without having the lateness reflect on my race.’
De reden dat Peggy McIntosh gehoord werd in witte kringen en de zwarte intellectuelen die al decennia daarvoor ploeterden om white privilege te agenderen veel minder, is trouwens in zichzelf een wit voorrecht. Wanneer u racistische mechanismen benoemt, is het geen gevoel, maar een gegeven. Wit is neutraal, zwart is partijdig.
Of zoals McIntosh zelf beschrijft in nummer 34 van haar voorrechten: ‘I can worry about racism without being seen as self-interested or self-seeking.’
Iemand bevoorrecht noemen op basis van zijn wit-zijn, is volgens Tal Fortgang je reinste onwetendheid
Dit is waarom u eerder naar Anouk dan naar Quinsy Gario luistert als het over Zwarte Piet gaat. Waarom vooral witte mensen in de media te gast waren om hierover te spreken. Zelfs als het ervaringen van zwarte mensen betreft is het witte perspectief superieur.
Een gewetensvraag: zou u een lijstje van uw dagelijkse witte voorrechten kunnen en durven maken?
Veel witte mensen weigeren dat of ontsteken in woede, omdat ze in hun leven ‘ook’ niets aangewaaid hebben gekregen. Zo ook Princetoneerstejaars Tal Fortgang. Zijn reflectie op zijn kleur begin dit jaar resulteerde in het veelbesproken ‘Checking My Privilege’:
‘Perhaps my privilege is that those two resilient individuals came to America with no money and no English, obtained citizenship, learned the language and met each other [...]. Perhaps it was my privilege that my own father worked hard enough in City College to earn a spot at a top graduate school, got a good job, and for 25 years got up well before the crack of dawn, sacrificing precious time he wanted to spend with those he valued most – his wife and kids – to earn that living.’
Iemand bevoorrecht noemen op basis van zijn wit-zijn, is volgens Tal Fortgang je reinste onwetendheid:‘You don’t know what their struggles have been, what they may have gone through to be where they are.’Niet voor niets eindigt hij met:‘I have checked my privilege. And I apologize for nothing.’
Erkenning
U zult bij het horen over uw voorrechten wellicht een soortgelijke eerste reactie hebben, maar dit is het grote misverstand in de discussie: niemand heeft u iets verweten of om excuses gevraagd. Niemand ontkent uw problemen, of de problemen die u doormaakte. Niemand noemt u een racist puur vanwege uw kleur.
White privilege gaat over iets veel subtielers. Nooit werd het zo meesterlijk uitgelegd als door komiek Chris Rock tijdens de promotieronde voor zijn nieuwe film Top Five:
‘…being famous as a black guy is a little different than being famous as a white guy. Tom Hanks is an amazing actor, Denzel Washington is a God to his people. Denzel Washington has a responsibility to his people that Tom Cruise and Liam Neeson and all these guys don’t have. They just make their art. And no one goes: ‘Hey Tom Cruise, stay white! Don’t forget your whiteness! Come back and visit white people! What you doing for white people, Tom Cruise?!’ Nobody says that to Tom Cruise. […] Tom Hanks does a bad movie, there’s gonna be a good movie by somebody white next week. Denzel does a bad movie, I might not see another good black movie for a year.’
Dit is hoe white privilege – ook in Nederland – functioneert.
De breuk met de PvdA raakt niet alleen Selçuk Öztürk en Tunahan Kuzu zelf, maar alle toekomstige Turks-Nederlandse kandidaten.
Was Onno Hoes Ahmed Aboutaleb geweest, dan was een tweede burgemeester met Marokkaanse roots voorlopig uitgesloten.
Zou Humberto Tan gefaald zijn met RTL Late Night, hadden alle zwarte presentatoren na hem vermoedelijk een probleem.
Alles wat een wit mens ooit goed heeft gedaan, straalt op u af. Alles wat een zwart mens slecht heeft gedaan zeult elk zwart individu mee tot in de lengte der dagen. Witte bevoorrechting heeft een schaduwzijde: zwarte benadeling. Deze weeffout in onze wereld kan alleen hersteld worden als uw verzuchting plaatsmaakt voor erkenning.
Het is er de tijd van het jaar voor.