Wannabe-jihadisten ‘teleurgesteld’ dat ze niet kunnen radicaliseren
Ze hadden hun jihadsmokings al gehuurd. De kaartjes waren maanden van tevoren besteld en hingen pontificaal op het prikbord. Ze keken er zo naar uit. Maar nu gaat het Grote Jihadgala in Rijswijk waarschijnlijk niet door, omdat drie ‘haatimams’ geen visum kregen om in Nederland te spreken.
De drie wannabejihadisten Ali, Soufian en Freek-Jan zijn teleurgesteld. Alle drie willen ze ooit zelf jihadist worden. ‘Het liefst in Libië, daar is een heel spannende upcoming scene.’
Op de muur van Ali’s slaapkamer hangt een poster van de profeet, de centerfold van het recent uitgekomen glossy Mohammed. Soufian zit op de rand van het bed. Teleurgesteld bladert hij door het programma van het jihadgala.
Ik zou zo graag radicaliseren. Maar ja
‘Het zou echt een gala worden, weet je wel? Met jihadhapjes en haatchampagne - geen alcohol hoor, haha. En een cursus radicaliseren. Daar keek ik zo naar uit. Ik zou zo graag radicaliseren. Maar ja.’
Freek-Jan: ‘We hebben er heus wel begrip voor. Als iemand een mening heeft die je als overheid onwelvallend vindt, dan moet je die persoon verbieden te spreken. Dat is de enige optie. Zo werkt de Islamitische Staat ook.’
De andere twee knikken. De Islamitische Staat is een belangrijk voorbeeld voor ze, maar ze vrezen dat ze nu nooit genoeg kunnen radicaliseren om daar aan de slag te gaan.
Soufian legt uit: ‘We hebben wel geprobeerd te radicaliseren aan de hand van een video op internet, een discussie op Twitter, een forum voor geradicaliseerde moslims, het journaal, een gesprek met een autochtone salafist of het lezen van een heilig boek. Maar dat lukte gewoon niet.’
Dit bevestigt een woordvoerder van het ministerie van Veiligheid: ‘Je kunt alleen maar radicaliseren als je zo iemand in het echt hebt zien spreken. Zo werkt het gewoon. Nu zijn we veilig.’