Farida Lemouchi, zus: ‘De laatste dagen gaf hij echt licht.’

Clara de Lau, moeder: ‘Hij was zo opgelucht.’

Farida: ‘Hij leek wel een engel.’

Clara: ‘In het begin ging ik natuurlijk de strijd met hem aan. Maar op het eind wist ik: dit is het.’

Farida: ‘Selim was er altijd heel open over: ik bepaal wanneer ik ga. Dat moment wil je natuurlijk zo lang mogelijk uitstellen.’

Clara: ‘Hij gaf toe dat kinderen niet eerder dan hun ouders moeten sterven. Maar er was geen houden meer aan.’

Farida: ‘Dus toen kwam hij ons om toestemming vragen.’

Clara: ‘Dat was heel moeilijk. Dat vergeet ik nooit meer.’

Farida: ‘Maar als je onvoorwaardelijk van iemand houdt…’

Clara: ‘…dan gun je die persoon dat.’

Een jaar geleden, in de nacht van 4 maart, maakte Selim Lemouchi (33) met een overdosis medicijnen een einde aan zijn . Voor velen was dat geen verrassing. Hij had zijn dood namelijk al vaak aangekondigd. Toen hij de eerste plaat van zijn occulte rockband had voltooid, beweerde hij dat hij ‘alles had gezegd wat hij te zeggen had’ en ‘het schilderij af was.’

Maar in plaats van zijn zelf voorspelde dood, verscheen er op elf november 2011 (11-11-11) een tweede plaat: The Thousandfold Epicentre. ‘Dat werd voor mij besloten,’ zei Lemouchi plechtig, toen ik hem in Eindhoven nrc.next. ‘Ik vervloek het vlees, maar aangezien ik deze wereld voorlopig niet zal verlaten, moet ik ervoor zorgen dat ik op mijn voorwaarden blijf voortbestaan.’

Dat hield in: een totale toewijding aan het satanisme. In een bijna twee uur durend hoorcollege doceerde hij over het ‘zichzelf in het aanschijn der duisternis plaatsen.’ Het ging niet zozeer om het aanbidden van een ‘rode man met hoorns’ maar toegeven aan de ‘universele kracht van de chaos.’ ‘Ik moet een aaseter zijn,’ zei hij glimlachend, terwijl zijn volgetatoeëerde vingerkootjes door zijn lange haren en baard gleden en de kruimels appeltaart van zijn leren jack veegden. ‘Als een roofdier rücksichtslos nemen wat ik nodig heb en totale vrijheid nastreven. Morele implicaties zijn niet aan mij besteed. En naar de hel met iedereen die het anders ziet.’

Het gaat een keer mis

‘Dat interview heb ik nog,’ zegt zijn moeder nu, terwijl ze in Eindhoven aan de keukentafel van dochter en mede-bandlid Farida van haar thee nipt. ‘Ik vond de muziek goed, en ging ook weleens kijken. Maar toen ik las: ‘Mijn moeder zou er vrede mee hebben als ik zelfmoord zou plegen,’ dacht ik: wat zegt ’ie nu toch?’

‘Op mijn 22ste werd ik steeds ongelukkiger van alles waarvan mij was geleerd dat ik het moest najagen: werk, hobby’s, relaties,’ zei Lemouchi in hetzelfde interview tegen mij. ‘Ik kon niet omgaan met de maatschappij en het idee van huisje-boompje-beestje. Je duwt jezelf in een rol die niet aan je is besteed. Dat gaat een keer mis.’

Dat het vaak misgaat, bleek onlangs In 2013 pleegde een recordaantal van 1.854 Nederlanders zelfmoord, terwijl zo’n 100.000 mensen een poging daartoe deden. Onder jongeren tussen de 20 en 25 jaar is het doodsoorzaak nummer één. Naar aanleiding van het rapport is er inmiddels een miljoen euro uitgetrokken voor wetenschappelijk onderzoek naar preventie.

De rituelen van Lemouchi

Een van de redenen dat Lemouchi aanvankelijk toch wilde blijven leven, was om de muziek live ‘uit te dragen.’ Met The Devil’s Blood gaf hij geen optredens, maar ‘rituelen.’ Op de versterkers brandden wierook en kaarsen, voor het drumstel stond een altaar met schedels en botten en voor aanvang overgoten de bandleden zichzelf met varkensbloed. Het achterliggende idee: door zichzelf te ‘dopen in de dood’ kon iedereen zijn ‘persoonlijkheid uitzetten.’ Farida: ‘Je kruipt echt in een andere huid en bent volkomen geconcentreerd. Selim wist mij vrij makkelijk te overtuigen. Ik vertrouwde hem. Het heeft ook iets romantisch. Waarom zou je over bloed moeilijk doen? We zitten er allemaal vol mee!’

YouTube
Bekijk hier een optreden van de band.

‘Hij had geen rijbewijs,’ zegt zijn moeder. ‘Dus ik ben heel vaak met hem naar het slachthuis gereden. Als ze vroegen waar hij al dat bloed voor nodig had, zei hij dat hij op de kunstacademie zat en er schilderijen mee maakte.’

Toch, hoe afschrikwekkend de band er ook uitzag, de muziek was gek genoeg helemaal niet zo hard. The Devil’s Blood maakte melodieuze, psychedelische rock met verstaanbare, schreeuwloze zang. ‘Het blackmetalimago gaf het een moderne touch,’ zegt voormalig manager Danny van Drongelen. ‘Maar Selim transponeerde het verleden naar het heden, zonder dat het retrofetisj werd. Hij combineerde het geluid van bands als en met obscure psychedelica en folk.’

Te groot voor Nederland

Hoewel The Devil’s Blood op speelde, leek de band in het buitenland beter aan te slaan. ‘De eerste show in Duitsland was meteen voor vierhonderd man,’ zegt Van Drongelen. ‘The Thousandfold Epicentre’ werd album van de maand in het Britse blad Classic Rock en eindigde met vijf sterren boven andere gerenommeerde namen uit de In Nederland is die plaat niet als zodanig herkend, maar het is een klassieker.’

Lemouchi verdient ‘de Herman Brood-status,’ vindt Van Drongelen: ‘Als de manager van Nickelback en Slipknot een pak papieren toestuurt met de opmerking: ‘onderaan krabbelen,’ weet je hoe serieus het is.’

Maar er werd niet gekrabbeld. Want het befaamde metallabel dat het contract had opgestuurd, wilde een deal voor zes platen. Lemouchi weigerde. ‘Voor hem moest muziek voortkomen uit inspiratie, niet vanwege een deadline.’

Farida: ‘Selim vond ‘I Was Promised a Hunt’ ons beste nummer. Dat moesten we van hem draaien op de begrafenis. Alleen: het duurt 22 minuten.’

Clara: ‘Hij zei: ‘Dan houden ze hun bek maar even’.’

Farida: ‘Vlak voor een optreden had hij ooit de tekst ‘Please shut up during the concert. Thank you, Selim’ op wat blaadjes geklad en opgehangen. Die hadden we nu op schermen geprojecteerd.’

Clara: ‘Het was muisstil. Heel indrukwekkend.’

Farida: ‘Bij het graf heb ik iedereen een knuffel en drie zoenen gegeven. Je hoorde alleen het gekraak van buigende leren jekkies.’

Hij boog niet

‘Net als onze Algerijnse vader was Selim eigenlijk altijd depressief,’ aldus Farida. De combinatie van een tere ziel en een enorm rechtvaardigheidsgevoel zat hem in de weg. ‘Als hij vond dat hij gelijk had, boog hij niet. Dat is alleen wel vaak de moeilijkste weg.’

Dus of het nu op school was, of later bij zijn vele baantjes als krantenbezorger, vuilnisman, bij de groenteafdeling van Albert Heijn, of in stripwinkel De Eppo: elk keurslijf leidde tot een onvermijdelijk conflict met de autoriteiten. ‘Toen hij in het callcenter van UPC werkte, vlogen daar de bureaustoelen door de lucht.’

‘Hij was geen rommelaar. Ik ken weinig mensen die zo gefocust waren’

Tot zijn grote opluchting werd Selim later arbeidsongeschikt verklaard: voortaan kon hij zich volledig op de muziek storten. Van Drongelen: ‘Hij was geen rommelaar. Ik ken weinig mensen die zo gefocust waren. Hij kon nachten doorhalen in de studio, bijna obsessief.’

Na in verschillende Eindhovense bands te hebben gespeeld werd hij in 2004 gevraagd voor de hardrockformatie Medegitarist Willem Verbuyst, die later het hardrocktrio zou oprichten, herinnert zich de eerste repetitie. ‘Hij blies de hele band weg. Ik dacht: shit, nu moet ik aan de bak.’ Powervice liet door heel Europa ‘een spoor van vernieling en verderf achter,’ aldus Van Drongelen. Verbuyst vat samen: ‘Te veel dope, te veel feesten. Alles moest kapot.’ Lemouchi dankt er zijn bijnaam aan: De Neus. ‘Hij gebruikte ontzettend veel drugs,’ zegt Farida. ‘Vooral cocaïne.’

‘Hij was een nihilist die overal tegenaan wilde schoppen,’ zegt Verbuyst. ‘Ik studeerde filosofie en had meteen door dat hij zwaar aan de Nietzsche zat.’ Farida: ‘Met zijn fucking boekenwijsheid kon hij iedereen omver lullen. Tegelijkertijd was hij erg onzeker. Op een druk festival kon hij bibberend vragen: ‘Hoezo trek jij dit, al die mensen?’’

Verbuyst: ‘Veel mensen zien hem als über-rock-’n-roller of een soort beest, maar hij was ook gewoon een aardige gast met een klein hartje.’ Hij denkt nog vaak terug aan één nacht in Athene. ‘Toen we over straat liepen werd daar de vuilnis opgehaald. ‘Als we straks met pensioen zijn,’ vroeg hij, ‘zullen we dan hier samen vuilnisman worden?’ Zo’n normaal bestaan zag hij echt zitten. Moet je nagaan: we hadden net de show van ons leven gespeeld. De avond ervoor had hij nog een televisie uit het hotelkamerraam willen gooien – wat mislukte omdat het raam te klein bleek.’

Verlost door de duivel

Maar toen Powervice aan alle destructieve en explosieve ego’s ten onder ging, was Lemouchi er ‘helemaal kapot van,’ zegt zijn zus. ‘Zijn wereld stortte in. Het voelde als de zoveelste mislukking. Zijn depressies hadden altijd verschillende nuances. Maar dit was de ergste.’ Hij liet zich acuut opnemen op de psychiatrische afdeling van het ziekenhuis.

Op zeven juli 2007 (7-7-7) loopt hij als overtuigd satanist naar buiten, naar eigen zeggen verlost door de duivel. Hoewel hij al drie nummers van The Devil’s Blood had opgenomen, is hij ervan overtuigd dat hij nooit meer muziek zal maken. Farida: ‘Hij wilde niet meer worden teleurgesteld. Wij hebben echt zijn gitaar weer in zijn handen geduwd en gezegd: ga weer nummers schrijven!’

Dat doet hij alleen nog op zijn eigen voorwaarden. Van Drongelen: ‘Ik ben zes jaar manager geweest, maar eigenlijk is ‘begeleider’ een beter woord. Selim viel niet te managen.’ Hij somt gemiste kansen op: ‘Een minuutje bij De Wereld Draait Door? Nee, want dat was ‘aapjes kijken.’ Spelen op Noorderslag? Die ‘etalage voor bands’ had niets met muziek te maken. Lowlands? Een commercieel circus. Gerenommeerde boekingskantoren die de band wilden tekenen maar over nepbloed begonnen? Geen denken aan. Gevraagd worden als voorprogramma van een grote band? Niet als er vervolgens een belachelijk bedrag voor moest worden betaald. Hij weigerde concessies te doen – een uitgestorven eigenschap onder muzikanten, bij wie het opportunisme hoogtij viert.’

‘Het was gewoon klaar’

In 2012 toert The Devil’s Blood vijf weken door de Verenigde Staten en Canada. Bij een show in Hollywood blijkt punk- en metalheld aanwezig te zijn. Hij is vol lof en noemt het optreden ‘very impressive.’

‘De schouwarts zei zelfs: ‘Mijn complimenten’’

Maar uitgerekend als al het opgebouwde krediet kan worden verzilverd, ontmantelen broer en zus de band. ‘Consummatum est,’ posten ze begin 2013 Het is volbracht. Farida: ‘We hadden een pact. Als één van ons er genoeg van had, hield het op. Selim ervoer steeds meer druk. Er werd aan alle kanten aan hem getrokken. Er moest een plaat komen, maar het was niet leuk meer. Het werd een soort werk. In de studio kregen we over de meest banale dingen ruzie. Na een week radiostilte wisten we: dit is het moment. Hoe eeuwig zonde ik dat ook vond: het was gewoon klaar.’ Onder de naam III: Tabula Rasa or Death and the Seven Pillars worden de demoversies van de nieuwe nummers nog uitgebracht – ook I Was Promised a Hunt.

Er leek een last van zijn schouders te zijn gevallen, zegt Farida. ‘Hij werd ineens weer productief en nam superveel nieuwe shit op.’ Maar niet lang na de cd-presentatie van zijn soloproject Selim Lemouchi and his Enemies slaat wederom een heftige depressie toe. ‘Hij ging gebukt onder het leven,’ zegt zijn moeder. ‘Selim kon echt niet meer.’

Clara: ‘Volgens de politieagenten, die natuurlijk veel zelfdodingen onder ogen krijgen, had hij het ‘heel netjes gedaan’.’

Farida: ‘Hij had het tot in de finesses voorbereid.’

Clara: ‘De schouwarts zei zelfs: ‘Mijn complimenten.’

Farida: ‘Hij lag zo vredig op bed. Gewoon, alsof hij lag te slapen.’

Clara: ‘Je zag aan hem: nu ben ik waar ik wezen wil.’

De man die Nederland leerde rappen heeft zijn spraakwater hervonden Hij wordt door velen gezien als de vader van de Nederlandse hiphop: Extince. Deze week komt na lange tijd zijn nieuwe album X uit. Gastcorrespondent Thomas Heerma van Voss reed met de Brabantse rapper door zijn geboorteplaats en sprak hem over leven, muziek en de Nederlandse hiphop. Lees hier het verhaal over Extince De zelfgekozen dood bij jongeren is overal taboe, behalve in dit ene zaaltje Deze winter volg ik Sophie, een 36-jarige vrouw die euthanasie overweegt. Afgelopen zaterdag bezocht ik met haar een symposium over dit onderwerp. Hoe is dat: een dag vol debat over de dood? Samen met gastcorrespondent Maaike de Visser doe ik verslag. Lees hier het stuk terug Met dank aan de techniek krijg je twee bluesartiesten voor de prijs van één Toen The Guardian in 2010 stelde dat de muziek van bluesicoon Robert Johnson al meer dan zeventig jaar te snel wordt afgespeeld, stonden muziekliefhebbers met de handen in het haar. Hebben wij al die tijd een vervalsing verafgood? De vraag confronteert ons met de techniek, ons luistergedrag en met de tijdgeest. Een gastbijdrage van Johannes de Breuker. Lees het stuk hier terug