In november geboren en niet in de Ajax-selectie? Stap naar de rechter!
Sporters die aan het begin van het seizoen zijn geboren, hebben een enorme voorsprong op hun teamgenoten. Ze halen zelfs siginificant vaker het profvoetbal. Voetbalvader Steve Lawrence diende hier onlangs een klacht over in bij de Europese Commissie. Maakt hij een kans?
Is het mogelijk om discriminatie op basis van leeftijd in de sport via de Europese Commissie aan te vechten?
Binnenkort weten we het. Vorige week heeft Steve Lawrence – adviseur van Ajax’ jeugdopleiding – bij de Europese Commissie een klacht ingediend over de Engelse voetbalbond FA. Volgens hem benadeelt de FA spelers uit (met name) de maanden juni, juli, en augustus ten opzichte van spelers uit september, oktober en november.
Dat komt door het zogenoemde leeftijdseffect, waar ik recent over schreef. Hoe dat ook alweer zit?
In het kort: sportbonden organiseren jeugdsport veelal in jaarcohorten, de E’tjes, D’tjes, C’tjes. Vaak zijn er zoveel spelers, dat clubs ze moeten indelen over diverse elftallen. Dat doen ze vaak naar speelsterkte: de besten in de D1, de iets minderen in de D2, enzovoort.
En daar gaat het fout. Onbewust kiezen clubs vooral spelers uit de eerste maanden van het selectiejaar – de oudste spelers dus. Die kinderen hebben niet meer talent - ze zijn simpelweg fysiek verder ontwikkeld doordat ze ouder zijn. Jongere spelers met meer talent – talent dat op latere leeftijd ontluikt, als ze fysiek sterker worden – zijn hiervan het slachtoffer.
Deze onbewuste discriminatie heeft blijvend effect, zoals blijkt uit de geboortemaanden van Europese profvoetballers.
Onrechtvaardig, vindt Lawrence. Vandaar dat hij nu de juridische weg is ingeslagen, door een klacht in te dienen bij de Europese Commissie over de Engelse voetbalbond. Hij is Engelsman en koos daarom zijn ‘thuisbond’ uit als doelwit. De voetbalbond faciliteert discriminatie op basis van leeftijd, en dat is in strijd met Artikel 10 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, zo argumenteert Lawrence.
‘Als de Commissie me in het gelijk stelt, zal dit niet alleen de [Engelse] FA betreffen’, zegt Lawrence. ‘Dan zullen alle bonden in Europa mee moeten gaan.’
‘Marco’ versus de Koninklijke Hollandse Voetbalbond
Of de Europese Commissie luistert, zal moeten blijken. Zou een zaak voor een nationale rechtbank ook kans maken?
Vorige week donderdag was in De Balie in Amsterdam een beetje te zien hoe zo’n zaak zou verlopen. De Jonge Balie Amsterdam, de vereniging voor jonge advocaten, organiseert jaarlijks de zogenoemde pleitwedstrijden, waar jonge advocaten het tegen elkaar opnemen in een fictieve casus.
Edgar du Perron, de decaan van de rechtenfaculteit van de Universiteit van Amsterdam, bepaalt elk jaar het thema van de pleitwedstrijden en koos voor discriminatie als gevolg van het leeftijdseffect.
Du Perron bedacht een casus waarin een fictieve voetballer Marco een klacht indient tegen zijn club Perseus, een fictieve club die opvallende gelijkenissen vertoont met Ajax en de voetbalbond KHVB (Koninklijke Hollandse Voetbalbond). Marco is teleurgesteld omdat hij niet was geselecteerd voor het A-elftal van Perseus. Later merkt hij - in november geboren - dat de spelers die wel waren geselecteerd, veelal uit het begin van het jaar stamden. Discriminatie, en dus een zaak voor de rechter, vindt Marco.
Per loting kregen de jonge advocaten hun rol toegewezen; of ze Marco zouden vertegenwoordigen of Perseus en de KHVB. In de jury: Du Perron, de deken van de Amsterdamse advocatenorde, Pieter van Regteren Altena, de president van het Amsterdamse gerechtshof, Herman van der Meer, en de winnaar van vorig jaar, Peyma Sholeh.
Dus u wilt zeggen dat we spelers als Messi of Ronaldo niet hadden leren kennen als ze op het verkeerde moment waren geboren?
De advocaten van Marco wisten het leeftijdseffect prima uit te leggen. ‘Ongelijke gevallen worden gelijk behandeld,’ zo formuleerde bijvoorbeeld advocaat Charlotte Wilcke het elegant en bondig.
‘Dus u wilt zeggen dat we spelers als Messi of Ronaldo niet hadden leren kennen als ze op het verkeerde moment waren geboren?,’ vroeg Sholeh.
Dat wilde de advocaat inderdaad zeggen. En anderen zeiden het haar na. Met recht: er lopen in heel Europa voetballers rond die beroemd hadden moeten zijn, maar het niet werden, omdat ze in de verkeerde maand zijn geboren en niet zijn geselecteerd.
De advocaten die Perseus en de voetbalbond vertegenwoordigden, probeerden vooral aan te tonen dat de rechtbank niet bevoegd is. De statuten van de bond schrijven immers voor dat disputen tussen leden door de arbitragecommissie van de bond worden beslecht.
Winnaar van de pleitwedstrijden werd Léon Dijkman, die ‘Marco’ vertegenwoordigde. Dat wil echter niet zeggen dat hij in werkelijkheid de zaak ook zou hebben gewonnen. Integendeel, zegt Dijkman – de statuten van de KNVB zouden de gewone rechtbank inderdaad onbevoegd maken, waardoor de arbitragecommissie uitspraak zou moeten doen, in het geschil tussen Marco en zijn club.
Collectieve actie
Marco zou de KNVB mogelijk wel voor de rechter kunnen slepen. Maar ook dan zal een individuele voetballer waarschijnlijk geen gelijk krijgen. Du Perron – overigens intussen belast met het hervormen van de Universiteit van Amsterdam – vermoedt dat het lastig wordt voor een individuele speler om aan te tonen dat zijn niet-selectie het gevolg is van leeftijdsdiscriminatie. Je kunt tenslotte ook jong en niet goed genoeg zijn.
Een kansrijker route is volgens Du Perron een collectieve actie - dat een groep laatgeboren spelers zich verenigt en een klacht indient tegen de bond. Het leeftijdseffect en de bijbehorende discriminatie lijkt immers voor het collectief glashelder aangetoond.
Het wachten is nu dus op Vereniging voor Laatgeborenen, bestaande uit onontdekte Messi’s, Ronaldo’s en Sneijders, idealiter jeugdspelers die nog kunnen profiteren van een rechterlijke uitspraak die de bond zou dwingen het leeftijdseffect te bestrijden.
Iets voor Steve Lawrence?
‘Ik denk het niet, want dat is heel veel werk,’ zegt hij. ‘Vind bijvoorbeeld maar eens spelers om zo’n collectieve rechtszaak mee aan te spannen.’
Nee, hij al vijftien jaar bezig met het onderwerp. Er zijn ook andere zaken in het leven waaraan hij aandacht wil geven. Bovendien: hij is nu met de Europese Commissie in de weer. En mocht dat niet lukken, dan klopt hij aan bij de UEFA of de FIFA. Dat eerst.
Maar als je de telefoon dicht tegen je oor drukt, kun je hem bijna horen denken.
‘Het is zeker een interessante optie,’ zegt hij dan.
En over de aanpak van het probleem, heeft hij al een idee. ‘De spelers om een stichting mee te vormen, zijn niet zo moeilijk te vinden, die zitten bij Guido den Dikkens voetbalschool.’ (Den Dikken is een jonge voetbaltrainer, die een voetbalschool heeft opgezet die zich specifiek richt op laatgeborenen: Born to Play, heet de school.)
En dus?
‘Ik ga nu niet zeggen dat ik het ga doen. Maar als een paar mensen me helpen, dan zou het zomaar iets kunnen worden.’