Red de vluchteling, word bankier op de Zuidas

Illustrations by Job Bant for The Correspondent

Wat moet je doen om de wereld te verbeteren? Een nieuwe beweging gebruikt een radicaal rationele manier om zulke beslissingen te nemen. Wij vragen ons af: wat kunnen we leren van de zogenoemde effectieve altruïsten? En wat niet?

Jason Trigg - een twintiger met een bril en blosjes op zijn wangen - is briljant. Hij studeerde cum laude af aan MIT, een van de meest prestigieuze universiteiten ter wereld. Idealistisch als hij was wilde hij zijn talenten inzetten voor de goede zaak. Ging hij bij een non-gouvernementele organisatie werken? Onderzoek doen op de universiteit? Nee.

Hij ging werken bij een hedgefund op Wall Street.

Als programmeur verdient hij nu bakken met geld. Maar hij koopt er geen snelle bolides van en hij woont ook niet in een grote villa. Hij geeft wel de helft van zijn zescijferige salaris weg aan de Against Malaria Foundation.

maakt zodoende deel uit van een nieuwe beweging: het effectief altruïsme. Die bestaat uit organisaties en individuen die liefdadigheid niet baseren op onderbuikgevoelens, maar op harde feiten. De beweging is maar vier miljoen kinderen ontwormd en een miljoen malarianetten uitgedeeld.

Onderbuikaltruïsme

Effectieve altruïsten ageren tegen het onderbuikaltruïsme dat al decennia de ontwikkelingshulpsector domineert. Ontwikkelingshulp die een goed gevoel geeft aan de gever, maar de ontvanger geen steek verder helpt. Het ultieme symbool hiervan: PlayPump. Een vrolijke draaimolen die al draaiend water omhoogpompt. Waar traditionele waterpompen in Afrikaanse landen vaak werken op hand- of waterkracht, werkt de PlayPump op de kracht van spelende kinderen.

Misschien nog wel het ergste: niemand had bedacht de dorpelingen zelf te vragen wat ze wilden

Iedereen werd enthousiast van het waterpompende wondermiddel: Bill Clinton noemde het ‘een prachtige innovatie’; Jay-Z rapte tienduizenden euro’s bij elkaar voor de speelpomp; kranten schreven juichende koppen als ‘Water pompen is nu kinderspel.’ Het grootste succes: in 2006 kreeg PlayPumps International een subsidie van 16,4 miljoen dollar, uitgereikt door de toenmalige Amerikaanse First Lady Laura Bush. In 2009 stonden er 1.800 speelpompen in Afrika.

En toen ging het mis: Het bleek dat kinderen soms van de draaimolen af vielen en een been braken. Dat in sommige dorpen kinderen betaald werden om te ‘spelen.’ Dat in andere dorpen de vrouwen genoodzaakt waren de molen zelf rond te duwen. Misschien nog wel het ergste: niemand had bedacht de dorpelingen zelf te vragen wat ze wilden. Uit de rapporten bleek dat de meesten liever een ouderwetse pomp

De impact van goeddoen

PlayPump laat zien: goede wil doet niet per se goed. Maar hoe weet je of iets daadwerkelijk werkt? Of het bijvoorbeeld de armoede vermindert, de gezondheidszorg verbetert of de vluchtelingen helpt? Met dat soort vragen houdt een groeiende groep onderzoekers - met het epicentrum in de Verenigde Staten bij het - zich bezig. Dat doen deze wetenschappers bijvoorbeeld met Het idee: geef één groep hulp en de andere niet. Kijk wat het verschil is tussen de twee groepen en je weet wat de impact is.

De onderzoekers keken bijvoorbeeld naar het effect van het geven van Handje contantje, zonder verplichtingen. Een slecht idee, zou je zeggen: arme mensen geven het vast uit aan alcohol of een nieuwe beeldbuis. Uit experimenten blijkt echter het tegendeel: ontvangers geven het geld niet uit aan ‘slechte dingen’, maar sparen of investeren.

In het kielzog van deze onderzoekers volgen de effectieve altruïsten, die op een rationele manier bepalen hoe ze hun geld én tijd het beste kunnen besteden. Telkens vragen ze zich af: hoe heb ik de meeste invloed? Dat baseren ze niet op gevoel, maar op harde wetenschap. Ze berekenen het effect van verschillende hulpscenario’s. Vervolgens kiezen de effectieve altruïsten het scenario met de grootste impact en - voilà - ze weten hoe ze hun geld en tijd het beste kunnen besteden. Zo doen ze niet alleen goed, maar

Illustratie: Job Bant

Vijf vragen

Hoe zou je als effectieve altruïst het beste Syrische vluchtelingen kunnen helpen? De Schotse filosoof - en een prominent effectief altruïst - William MacAskill geeft in zijn nieuwe boek de belangrijkste handvatten om effectief altruïsme in de praktijk te brengen. Als je je geld of tijd wilt doneren, zegt hij, moet je de volgende vijf vragen beantwoorden.

Vraag 1. Hoeveel mensen hebben er voordeel van en hoe groot is dat voordeel precies?

Je wilt je zolder verbouwen zodat daar een Syrisch gezin van vijf kan worden ondergebracht. Vijf mensen hebben daar dus voordeel van. Het precieze voordeel is moeilijk te becijferen, maar het is het verschil tussen het leven op straat en het hebben van een dak boven je hoofd.

Vraag 2. Is dit het effectiefste wat ik kan doen?

Je zou de verbouwing kunnen afblazen of je verbouwde zolder kunnen verhuren. Het geld dat je overhoudt of verdient, kun je dan doneren aan een hulporganisatie die met dat geld veel meer mensen kan helpen. Zo’n organisatie heeft namelijk meer kennis en ervaring, maar ook de grotere schaal maakt het efficiënter dan jouw bovenverdieping.

Vraag 3. Wat gebeurt er als ik niets doe?

Bij punt 1 was het alternatieve scenario voor het gezin ‘leven op straat.’ Maar klopt dat wel? Als je niets doet, geeft iemand anders het gezin misschien onderdak. Of zorgt de politiek voor meer opvangcentra. De ‘toegevoegde waarde’ is dus niet het verschil tussen wonen op jouw zolder en wonen op straat, maar tussen jouw zolder en wat er zou gebeuren als je niets deed - het onderdak bij die ander of het opvangcentrum.

Vraag 4. Hoe groot is de kans van slagen en hoe groot zou dit succes zijn?

Allereerst moet je bedenken: wat is ‘succes’ eigenlijk? In dit geval kun je zeggen: een zo goed mogelijk leven voor Syrische vluchtelingen. De kans dat die Syriërs op jouw zolder een beter leven krijgen, is groot. Maar de omvang van dit succes is klein: je helpt maar vijf mensen en het probleem is niet structureel opgelost. Je zou ook kunnen doneren aan een organisatie die actievoert voor open grenzen. De kans dat dit doel gehaald wordt is klein, maar als het lukt, heb je het leven van oneindig veel vluchtelingen verbeterd.

Vraag 5. Krijgt dit onderwerp veel aandacht?

Speciale televisieavonden, grote inzamelsacties, bomvolle kranten. Vluchtelingen krijgen nu zoveel aandacht, dat waarschijnlijk al een hoop mensen hulp bieden. Het heeft dus niet veel zin om jouw tijd en geld óók aan deze kwestie te besteden. Je kunt relatief gezien meer impact hebben bij een obscuurder doel, zoals ontwormen in Benin.

Maar als je écht vluchtelingen wilt helpen, kun je doen zoals Jason Trigg: je hele carrière zo effectief mogelijk inrichten. Word bankier op de Zuidas, verdien bakken met geld en doneer het aan een effectief doel. bijvoorbeeld, een non-gouvernementele organisatie die via mobiele telefoons geld uitkeert aan arme mensen in Kenia en Oeganda.

Illustratie: Job Bant

De dronken man en de lantaarnpaal

Een dronken man zoekt in het licht van een lantaarnpaal op handen en knieën naar zijn sleutels. Een agent vraagt hem wat hij aan het doen is. ‘Ik zoek mijn sleutels,’ antwoordt de man. ‘Waar heeft u ze dan laten vallen?’ De dronken man wijst naar het einde van de straat: ‘Daar ergens.’ ‘Als je ze daar bent kwijtgeraakt,’ zegt de agent, ‘waarom zoek je ze dan hier?’ En de man antwoordt: ‘Omdat ik hier meer licht heb.’

Het risico van het effectief altruïsme is dat de goeddoener wordt als de dronken man. Terwijl er tal van oplossingen zijn, focust hij zich alleen op die oplossingen waarvan de impact is bewezen. Maar: lang niet alles is onderzocht. Rct’s zijn tijdrovend en duur. Sommige initiatieven zijn te klein om een dergelijk experiment op uit te voeren. En er zijn situaties die zich niet eerder hebben voorgedaan. Denk aan de huidige toestroom van vluchtelingen naar Europa. Dan heb je niets aan die vijf handvatten.

Juist bij grote problemen - oorlog, armoede, discriminatie - is er niet één oplossing die doorslaggevend is

Nog iets: niet alles kan gemeten worden. Hoe zit het met de impact van een organisatie als dat onderzoek doet naar (de positieve effecten van) immigratie? Zijn studies leveren argumenten voor debatten over open grenzen en kunnen zo op langere termijn de levens van vluchtelingen verbeteren. Hoe kun je daarvan inschatten hoe ‘effectief’ het is?

Juist bij grote problemen - oorlog, armoede, discriminatie - is er niet één oplossing doorslaggevend. Het zijn vaak verschillende bijdragen die op lange termijn een systeemverandering teweegbrengen. Stel je voor wat een effectieve altruïst tegen Martin Luther King zou zeggen: ‘Martin, kap met dromen. Als je zwarte Amerikanen echt wil helpen, zoek dan een goed betaalde baan en investeer in een vaccin tegen pokken.’ Dat had niks veranderd aan de status quo en de situatie misschien zelfs - denk aan de hedgefundmedewerker op Wall Street - erger gemaakt.

Op die manier staren effectieve altruïsten zich blind op symptoombestrijding en zoeken ze niet naar oplossingen die echt de kern van het probleem aanpakken.

Onzin, zegt effectieve altruïst MacAskill, je kunt de vijf vragen ook beantwoorden voor oplossingen die de status quo aanpakken. Laten we terug gaan naar The Center for Global Development. Probeer een schatting te maken van de kans dat zij erin slagen om open grenzen te realiseren. Plak nu een bedrag op hoeveel het waard zou zijn als de grenzen echt open gaan. Vermenigvuldig die twee met elkaar en je krijgt de ‘verwachtingswaarde.’

Maar zo zijn we terug bij af, want hoe schat je die kans? Die baseer je op jouw geloof dat iets lukt. En hoe weet je hoeveel iets waard is? Dat blijft een persoonlijke afweging. Sommige mensen zullen liever duizend dieren redden dan één mensenleven. Of liever honderd levens over honderd jaar dan één mensenleven nu.

Geloof, waardeoordeel, waar hebben we dat eerder gehoord? Ja hoor, bij de onderbuikbenadering die we al jaren toepassen. Dat er een wetenschappelijk sausje over wordt gegooid, maakt het niet minder subjectief. De kritiek op de traditionele goeddoenerij mag terecht zijn, maar als het op complexe oplossingen en problemen aankomt, tasten de effectieve altruïsten net zo in het duister als de onderbuikaltruïsten.

Een planeet voor vluchtelingen!

Effectief altruïsme laat zien hoe je beter onderbouwd kunt beslissen hoe je je geld of tijd besteedt. Een goed uitgangspunt, maar het kan ook doorslaan.

Eind juli vond de plaats, in Silicon Valley. Ging het over vluchtelingen? Over mensenrechten misschien?

Nee.

Het ging er over hoe je kunt voorkomen dat het menselijk ras uitsterft. Want als iets effectief is - als iets een grote impact heeft - En dus kun je je geld en tijd, aldus de congresgangers, het beste besteden aan het zoeken naar nieuwe planeten waarop de mens kan voortbestaan.

Dus: wil je vluchtelingen écht helpen? Ga op zoek naar een nieuwe planeet.