Hoe Zwarte Piet langzaam maar zeker van kleur verandert
Of je het nu toejuicht of betreurt, het zwartepietendebat heeft het Sinterklaasfeest op zijn kop gezet. Wat begon met een verhitte discussie in een kunstenaarshol in de hoofdstad leidde via enkele veelbesproken arrestaties uiteindelijk tot een heuse lobby, met goed ontvangen lespakketten en de gestage transformatie van een traditie. Samen met andere betrokkenen blik ik terug op vijf veelbewogen jaren.
De Groene Amsterdammer was er - voor zover ik kan nagaan - als eerste bij. Al in 1930 kraakte het weekblad een kritische noot over Zwarte Piet.
En wie in 1987 als kind naar Sesamstraat keek, had het ook al kunnen zien. Gerda Havertong zei toen tegen Pino: ‘Sinterklaas is nog niet eens in het land of zwarte mensen, grote mensen en kinderen, worden voor Zwarte Piet uitgescholden... Voor veel zwarte mensen, grote mensen en kinderen, is het helemaal geen feest.’
In 1997 leidde Sonja Barend op televisie een heftige discussie, en in 1998 schreef een aantal activisten het boek Sinterklaasje, kom maar binnen zonder knecht.
Ook de kritiek op de Piet-critici, waar we de laatste jaren getuige van konden zijn via bijvoorbeeld de Facebookpagina ‘Pietitie,’ is niet nieuw.
Het Nieuwsblad van het Noorden signaleerde dit sentiment al in 1985:
‘De stereotiepe reactie van ‘blank’ Nederland is het probleem te bagatelliseren. Sinterklaas is een leuk kinderfeest, dat je niet met oneigenlijke acties moet proberen te bederven. De figuur van Zwarte Piet is niet bedoeld als discriminatie. Het is gewoon historisch zo gegroeid. Je kunt kleine kindertjes toch niet verwijten dat ze Sinterklaasliedjes zingen?’
Onze mensen pikken het niet dat peuters die toch niets van discriminatie weten, voor juniorfascisten worden uitgemaakt.
Het artikel leest als een staalkaart van alle argumenten die tegen Zwarte Piet-activisten in stelling worden ‘gebracht.
‘‘We zijn allemaal tegen racisme, maar daarbij gaat het om schandalige gevallen waarin echt gediscrimineerd wordt. Maar wij gaan ons niet kunstmatig opwinden over zoiets onschuldigs als Zwarte Piet, nota bene een kindervriend bij de gratie Gods. Zulke acties maken slapende honden wakker. Onze mensen pikken het niet dat peuters die toch niets van discriminatie weten, voor juniorfascisten worden uitgemaakt.’
Het zou toen nog bijna dertig jaar duren tot de strijd tegen Zwarte Piet landelijk zijn eerste vruchten begon af te werpen. Hoe is dit debat in zo’n stroomversnelling geraakt? En: wat heeft ervoor gezorgd dat de ophef nu wel landelijke gevolgen heeft gekregen?
Het nieuwe pietendebat begon in december 2010, tijdens een bijeenkomst van een diverse groep twintigers en dertigers in Amsterdam. Op initiatief van schrijfster Simone Zeefuik en Bamba Nazar stelden zij zich de vraag die later voor zo veel maatschappelijke beroering zou zorgen: is Zwarte Piet racistisch? Een deel van de aanwezigen wist het antwoord al (ja!) en gebruikte de avond vooral om contact met elkaar te leggen.
De avond was niks nieuws: kleine discussies als deze vonden al veel langer plaats. Toch groeiden ze nooit uit tot iets met landelijke impact. Ieder jaar na 5 december viel de discussie weer stil. Zou het ditmaal wel standhouden?
Ja, zo bleek al snel.
Bij die bijeenkomst in Amsterdam stond een groep activisten op die zich niet alleen in november, maar het hele jaar met Zwarte Piet zou gaan bezighouden.
Het prille begin: een actielijst én het eerste schisma
Een maand na de bijeenkomst kwamen in een andere zaal in Amsterdam de mensen samen die de hoofdrolspelers zouden worden van een nieuwe beweging. Kunstenaar Quinsy Gario bijvoorbeeld, maar ook dichter en blogger Jerry Afriyie en acteur Patrick Mathurin. Ze stelden een actielijst op met manieren waarop ze het racisme dat Zwarte Piet belichaamde aan de kaak konden stellen. Ze zouden politiek gaan lobbyen, besloten ze. En bedrijven wijzen op hun verantwoordelijkheid.
Op grote lijnen was iedereen het eens. Maar wat er precies moest gebeuren en welke toon ze zouden aanslaan, daarover waren de meningen verdeeld. Zo leidde de naam van de beweging tot stevige discussie. Gario stelde ‘Zwarte Piet is Racisme’ voor. Een duidelijk signaal, vonden sommigen. Anderen waren bang dat die wel erg stellig was, dat hij defensieve reacties zou oproepen en juist contraproductief zou werken.
Na nog maar een maand was het eerste schisma dus al een feit.
De Sintintocht die eindigde in de cel
Nog een zwak punt: de discussie speelde zich nog vooral af in Amsterdamse kunstenaarskringen. Dat veranderde echter toen ze de straat op gingen. In de zomer van 2011 knoopten Gario en collega-kunstenaar Jerry Afriyie bijvoorbeeld op het Keti Koti-festival in Amsterdam gesprekken aan met bezoekers. Hun conversation starter: het T-shirt ‘Zwarte Piet is Racisme’. Een klein begin, maar een begin niettemin.
Als de politie ze niet had gearresteerd had het protest nooit zo veel aandacht getrokken. Dan was de beweging nu niet zo groot geweest
In november van dat jaar speelden Gario en Afriyie zich pas echt in de kijker. Bij de tv-intocht in Dordrecht begroetten ze de Sint met hun ‘Zwarte Piet is Racisme’-shirts. Ze werden er een stuk minder vriendelijk ontvangen dan op het Amsterdamse festival: de politie pakte hen op omdat ze de orde verstoord zouden hebben en zonder toestemming zouden hebben betoogd.
Een filmpje dat iemand daarvan maakte ging viral. Want waarom werden deze twee jongemannen zo hardhandig opgepakt? Ze hadden toch alleen een T-shirt met een prikkelende tekst aan? Een belangrijk moment, vindt kunstenaar en initiatiefnemer Raul Balai. ‘Als de politie dat niet had gedaan, had het protest nooit zo veel aandacht getrokken. Dan was de beweging nu niet zo groot geweest.’
Bijval, maar ook forse tegenstand
In de jaren daarna professionaliseerde de beweging: de demonstraties op straat werden groter en beter georganiseerd. Een grote betoging op het Amsterdamse Beursplein bijvoorbeeld, trok in 2013 zo’n 800 zielen. Tegelijk nam de weerstand toe. De Facebookgroep Pietitie wist een kleine twee miljoen Nederlanders te verenigen rond een gemeenschappelijk ideaal: ‘kom niet aan Zwarte Piet.’
Zulke reacties horen erbij, weet hoogleraar Transitiekunde Jan Rotmans. . ‘Je ziet altijd heftige weerstand,’ zegt hij. ‘Dat de beweging die weerstand opriep is al een teken van succes, van pijn, afscheid, verandering. Zonder weerstand word je niet gezien en gehoord en heb je geen impact. Er zijn wetenschappelijke theorieën over, dat het niet slim is om er frontaal tegenin te gaan. Hoe slimmer en subtieler je het aanpakt, hoe groter de kans is dat het beklijft.’
Op gesprek bij de burgemeester
Ondertussen sloeg de groep die uit de Amsterdamse meetings was voortgekomen aan het lobbyen. Ze voerde gesprekken met onder meer politici, intochtorganisaties, antidiscriminatiebureaus en scholen.
Politici en bedrijven zich afzijdig: ze negeerden de kritiek liever
Dat de activisten gesprekken voerden met de Amsterdamse burgemeester Van der Laan was voor de buitenwereld een belangrijk signaal, vindt initiatiefnemer Balai. ‘Tot dat moment hielden politici en bedrijven zich afzijdig: ze negeerden de kritiek liever.’
De beweging mocht dan een luisterend oor hebben gevonden, toch wilde Van der Laan Zwarte Piet niet uit de Amsterdamse intocht weren. Jammer, vindt Balai. ‘De burgemeester had bijvoorbeeld ook kunnen zeggen: ik zie in dat dit racistisch is, dus gooi de intocht maar om. Die macht had hij, want de gemeente betaalde mee aan de intocht.’
Piet belandt in het beklaagdenbankje
Ook in de rechtszaal en bij de Nationale Ombudsman begon Piet voor beroering te zorgen. Die aanhouding van Gario en Afriyie in Dordrecht was onrechtmatig, oordeelde de Ombudsman in 2014. Hij noemde de arrestatie disproportioneel gewelddadig en in strijd met mensenrechten.’ (Toch ging het in 2014 bij de nationale intocht in Gouda weer mis: Afriyie werd toen opnieuw hardhandig gearresteerd.)
Gario liet het er niet bij zitten. In 2013 maakte hij bezwaar tegen de vergunning van de Amsterdamse Sinterklaasintocht en werd hij in het gelijk gesteld door de rechter. Zwarte Piet was een negatief en schadelijk stereotype, vond die. Maar tot een echte overwinning kwam het niet: burgemeester Van der Laan ging in beroep en kreeg voor elkaar dat het vonnis vernietigd werd.
Een Utrechtse moeder die een zaak aanspande tegen de school van haar kind had meer succes. Zij stapte naar het College van de Rechten van de Mens (de vroegere Commissie Gelijke Behandeling) en hoorde: scholen die Sinterklaas met traditionele Zwarte Pieten vieren, bieden geen discriminatievrije omgeving. En dus moeten ze het anders aanpakken.
Discussie in de klas en op tv
Inmiddels begonnen scholen Zwarte Piet ook op de agenda te zetten. Zij werden een handje geholpen door de stichting Nederland Wordt Beter (die uit de actiegroep Zwarte Piet is Racisme is voortgekomen). Nederland Wordt Beter bracht het lespakket Sinterklaas & Zwarte Piet uit: een handleiding voor scholen, docenten en ouders om de oorsprong van het Sinterklaasfeest en de discussie rondom de figuur Zwarte Piet in de klas te behandelen.
‘De media hebben over dit lespakket eindelijk neutraal, soms zelfs positief bericht,’ vertelt Devika Partiman van Nederland Wordt Beter. ‘En dat ondanks het feit dat de media Zwarte Piet-critici al jarenlang negatief neerzetten. Stomverbaasd was ik. Dat gaf voor mij aan dat er nu éíndelijk geluisterd wordt naar de bezwaren tegen Zwarte Piet, dat ze begrepen worden.’
En dan waren er nog de films over het racisme van Zwarte Piet, zoals de docu Zwart van Roet van Sunny Bergman. En de Pietmakeover-campagne van onder meer tv-maker Anousha Nzume. (Dit jaar kwam daar het PIET-magazine bij. Nzume vindt het geweldig dat ook Diewertje Blok van het Sinterklaasjournaal het dit jaar in een interview had over ‘Blackface.’ ‘Dat ze die term gebruikt.’)
Inmiddels was Zwarte Piet is Racisme lang niet meer de enige protestgroep. Zo was er bijvoorbeeld de actiegroep MAD Mothers, die zich via internet vooral richtte op (zwarte) ouders. Het doel: zorgen dat zij Zwarte Piet zouden aankaarten bij besturen van scholen en kinderdagverblijven.
Fabrikanten en winkels onder druk
Ook het bedrijfsleven kreeg met activisten te maken. Zo startte MAD Mothers de actie Drie Dwaze Weken, gericht op de Amsterdamse Bijenkorf. In december 2014 etaleerde die winkel nog grote mechanische zwarte ‘klimpieten’: poppen die in de hal van het warenhuis over touwen heen en weer klommen. De groep besloot een omweg te nemen: ze richtte zich niet op de Bijenkorf zelf, maar op de grote kledingmerken waarmee die samenwerkte.
De aanvliegroute voor die actie hadden ze snel gevonden. Er was net online een filmpje opgedoken waarin Kim Kardashian klaagde over ‘blackface’. Saillant, want Kims zus Khloe zou vlak voor 5 december in de Bijenkorf een nieuwe kledinglijn lanceren. De activisten waren er snel uit: ze gingen zich via Twitter en e-mail richten op de Kardashians en op de CEO’s van modemerken Louis Vuitton en Benneton. De actie had succes: een half jaar later maakte de Bijenkorf bekend haar Zwarte Pieten in te ruilen voor ‘gouden pieten’.
Ook speelgoedfabrikant Fisher-Price, dat Zwarte Piet-poppetjes verkocht, werd het mikpunt van een MAD Mothers-campagne. De groep riep via sociale media haar aanhangers op bij het bedrijf over de poppetjes te klagen. Of dat Fisher-Price op andere gedachten heeft gebracht is moeilijk te zeggen, maar het bedrijf is wel gestopt de poppetjes te produceren.
Andere groepen zetten op een vergelijkbare manier het Amerikaanse moederbedrijf van Sesamstraat en televisiezender Nickelodeon onder druk. Inmiddels is Zwarte Piet niet meer in Sesamstraat en Nickelodeon-programma’s te bekennen. Via MAD Mothers haakte trouwens ook de Amerikaanse documentairemaker Roger Ross Williams aan. Hij maakte dit jaar voor CNN een documentaire over ‘Blackface.’ Zwarte Piet, uitgelegd voor Amerikanen.
Nederland is verdeeld, maar dat is deel van het succes
Opiniepeilingen doen vermoeden dat steeds meer mensen openstaan voor verandering, en steeds meer organisaties voeren die veranderingen ook daadwerkelijk door. Anti-Piet-activisten prijzen zich (voorzichtig) gelukkig.
Maar tegelijk houdt een andere groep zich steeds krampachtiger vast aan de traditionele Zwarte Piet. Zo schreef de pro-Piet-Facebookpagina Pietitie eind november dit jaar:
‘Gelukkig! Voor het eerst in een aantal jaar lijkt de pietendiscussie verzwakt. Zwarte Piet is terug, EN HOE! Louter Zwarte Pieten gezien bij diverse intochten door heel Nederland. (...) Met jullie als volgers hebben wij een duidelijk signaal afgegeven! BEDANKT!’
Zowel de voor- als de tegenstanders claimen dus aan de winnende hand te zijn in dit debat. En misschien hebben ze allebei ook op een bepaalde manier wel gelijk. Die spagaat hoort bij de overgangsfase waarin de kwestie zich nu bevindt, stelt transitiedeskundige Jan Rotmans.
‘In de overgangsfases ontstaat er chaos, een zoektocht naar nieuwe waarden. Het oude werkt niet meer, maar het nieuwe moet zich nog vormen. In de zwartepietendiscussie gaat dat om vragen als: hoe moet Zwarte Piet er dán uitzien? Moeten we mengpieten krijgen? De komende jaren ontstaat er waarschijnlijk een nieuwe status quo.’
Zwarte Piet gaat hoe dan ook verdwijnen
‘Het is veel mensen intussen wel duidelijk dat Zwarte Piet symbool staat voor veel meer dan een onschuldig figuur in een kinderfeest,’ vindt Anousha Nzume. ‘Hij staat echt symbool voor het racismedebat, voor hoe we in Nederland omgaan met donkere mensen.’
‘En dat hebben we helemaal voor elkaar gekregen zonder geld, zonder een kantoor of werknemers of tijd,’ vertelt Devika Partiman van Nederland Wordt Beter. ‘We vergaderen nauwelijks, zien elkaar maar heel weinig. En toch kunnen we, mede dankzij een lullige Facebookgroepschat en WhatsAppgroep, dit samen succesvol doen.’
Zwarte Piet gaat hoe dan ook verdwijnen, voorspelt Partiman. ‘Ik kan niet zeggen hoelang dat nog duurt, maar het gaat gebeuren. Van de politiek zal het niet komen: die gaat geen excuses maken of Zwarte Piet verbieden. We moeten het hebben van de commercie: winkels en televisiezenders die overstag gaan. En van scholen natuurlijk.’
En als die missie geslaagd is?
‘Dan gaan we het hebben over Nederlands’ koloniale verleden,’ zegt Partiman. ‘En over het effect dat dit tot op de dag van vandaag heeft op de wereld en op Nederland. En ik hoop dat de afschaffing van de slavernij écht nationaal herdacht en gevierd gaat worden.’
Voor dit stuk heb ik gesproken met Jerry Afriyie, Roelof Jan Minneboo, Raul Balai, Anousha Nzume, Sunny Bergman, Barryl Biekman, Marlyn Mimi Mau-Asam, Mercedes Zandwijken, Mitchell Esajas, Devika Partiman, Simone Zeefuik en Jan Rotmans.