Honderd dagen na het nieuws over Keulen: de feiten
Jonge mannelijke vluchtelingen kregen algauw de schuld in de schoenen geschoven van het drama in Keulen. Maar wat gebeurde er nu echt? In deze reconstructie leggen we de beeldvorming naast de feiten. Hoe kijken slachtoffers, getuigen, politie en media terug op deze nacht en de nasleep daarvan?
Oudejaarsavond, een uur na middernacht. Kirsten staat op het centraal station van Keulen en wordt ingesloten door een grote menigte. Ze probeert de trap naar het spoor te bereiken, maar kan geen kant op. Het is lawaaierig en het station ruikt naar alcohol en zweet.
Kirsten hapt naar adem. Opeens voelt ze een hand over haar billen glijden, onder haar rokje. Ze duwt de hand weg. Het is zo druk dat ze niet kan zien wie haar zojuist aanraakte. Een paar minuten later wordt ze weer betast. Ze voelt zich machteloos.
Op datzelfde moment staat Yousef Aljork buiten het station, onder de iconische klokkentorens van de gotische kathedraal van Keulen. Het plein tussen het station en de kathedraal is bomvol en voornamelijk gevuld met jonge mannen die bierflesjes in het rond slingeren. Overal zijn exploderende rotjes te horen.
Aljork ziet een groep mannen een vrouw omsingelen en aanraken. Hij is zo dichtbij dat hij de mannen Arabisch hoort praten. Hij wil de vrouw helpen, maar is bang.
Onze zoektocht naar de waarheid
Het zal niemand ontgaan zijn: de dramatisch verlopen oudejaarsnacht in Keulen. Een nacht waarna in totaal 1.215 personen in totaal 1.146 aangiften deden voor seksueel geweld en diefstal. De voornaamste verdachten: een grote groep jonge vluchtelingen.
Maar ruim drie maanden later is er nog steeds veel onduidelijkheid over wat er nu precies is gebeurd. Wie zijn de daders? Wat zijn de oorzaken? Hoe heeft het zo vreselijk mis kunnen gaan?
Om daar achter te komen gingen wij, twee journalisten uit Keulen en Berlijn, op onderzoek uit. Daarvoor:
- analyseerden we honderden nieuwsberichten, namelijk al het nationale, regionale en internationale nieuws dat is verschenen over Keulen tussen oud en nieuw en de dag van vandaag;
- lazen we twintig rapporten en andere (officiële) documenten;
- interviewden we dertien autoriteiten;
- voelden we tien getuigen aan de tand;
- spraken we met zes slachtoffers;
- en ondervroegen we 24 andere betrokkenen, zoals experts, asielzoekers, media en stichtingen.
Dit is er in Keulen gebeurd
De dagen direct na oud en nieuw, dat net voor het weekend viel, wordt slechts sporadisch over de Keulse chaos bericht. Sterker nog, volgens een persbericht van de Keulse politie op 1 januari was de sfeer ‘uitgelaten’ en verliepen de festiviteiten ‘voornamelijk vreedzaam.’
Maar al op nieuwjaarsdag verschijnen in Facebookgroepen diverse meldingen van seksueel geweldop en rond het centraal station. Vanwege een gebrek aan verdere informatie pikken alleen een paar lokale nieuwswebsites dit op.
487 vrouwen deden aangifte van van seksueel geweld, waaronder seksueel getinte opmerkingen, aanranding en verkrachting vallen
Totdat de Keulse politiechef Wolfgang Albers op maandag 4 januari laat weten dat er tijdens de jaarwisseling misdaden ‘van een compleet nieuwe dimensie’ hebben plaatsgevonden in zijn stad. En dat de daders uit Noord-Afrika en het Midden-Oosten komen. Het incident wordt direct voorpaginanieuws in zowel nationale als internationale media.
De populaire Duitse nieuwssite Deutsche Wirtschafts Nachrichten verkondigt dat ‘duizend mannen in Keulen vrouwen belagen.’ Twee dagen later zetDuitslands populairste tabloid Bild het nieuws over ‘Sex mobs door heel Duitsland’ op de voorpagina. En de krant Die Welt beweert op basis van anonieme politiebronnen dat de meeste verdachten Syrische asielzoekers zijn die recentelijk naar Duitsland zijn gevlucht.
Tegelijkertijd groeit het aantal aangiften gestaag. Op 2 januari zijn er volgens Süddeutsche Zeitung ‘bijna dertig’klachten binnen bij de politie. Drie dagen later zijn dit er negentig, en aan het einde van de eerste week van januari 121.
Inmiddels weten we dat er 1.146 aangiften zijn gedaan. 487 vrouwen deden aangifte van seksueel geweld, waaronder seksueel getinte opmerkingen, aanranding en verkrachting vallen.
Getuige Alexander Schoen: ‘Ik was rond het station, maar heb het niet gezien’
Half januari 2016. Op het centraal station van Keulen haasten mensen zich naar hun werk of huis. Groepen politieagenten patrouilleren in en rond het station. Zo nu en dan houden ze jonge mannen staande voor een paspoortcontrole.
Hier, in de contreien van het station, vond het merendeel van het seksueel geweld en de overvallen plaats tijdens de jaarwisseling. Dit is dan ook het beginpunt van onze zoektocht.
We ontmoeten Alexander Schoen, die in oktober 2015 de ‘Hauptbahnhof-Engelen’ oprichtte, een groep van vrijwilligers die ’s avonds op het station rondloopt en gratis eten, drinken en andere hulp aanbiedt aan vluchtelingen en mensen in nood. Hij vertelt ons dat op sommige nachten meer dan honderd vluchtelingen per trein aankomen, uitgeput van lange reizen en vaak zonder enig vervolgplan.
Schoen is zelf ook aanwezig tijdens de jaarwisseling en loopt met andere vrijwilligers vele uren rond het station. ‘Het station was afgeladen, veel mensen leken dronken,’ herinnert hij zich. De sfeer is agressief en onrustig. Hij ziet twee vrouwen huilen aan de balie van het politiebureau op het station. Schoen benadrukt dat hij niet twijfelt aan wat hen is overkomen, toch is hij zelf geen getuige van seksueel geweld of overvallen.
En dat roept vragen op. Want de Duitse minister van Justitie Heiko Maas beschrijft de gebeurtenissen in Keulen namelijk als een ‘georganiseerde misdaad.’ Hoe kan het dat een ooggetuige dan niets gezien zou hebben?
Getuige Yousef Aljork: ‘Rond middernacht ging het mis’
Het is nul graden en er valt ijzige regen uit de lucht. Het is zaterdag 16 januari. Een groep van ongeveer honderd Syriërs verzamelt zich op het plein buiten het centraal station voor de protestactie ‘Syriërs tegen seksisme.’ Ze houden borden vast met de zin ‘We respecteren de waarden van de Duitse maatschappij’ en delen bloemen uit aan voorbijgangers. De groep is vastbesloten om ‘het Duitse volk te laten zien dat we geen slechte mensen zijn,’ vertelt Yousef Aljork, een 25-jarige Syrische asielzoeker.
Het aantal aangiften bij de politie in Keulen is inmiddels explosief gegroeid, tot 653. Wij zijn bij het protest om meer mensen te zoeken die de beruchte jaarwisseling hebben bijgewoond. En we zijn niet de enige die getuigen willen spreken. Eerder had de openbaar aanklager van Keulen aangegeven dat er een beloning van 10.000 euro is uitgeloofd voor tips die kunnen leiden tot de identificatie of arrestatie van de misdadigers, wat veel mensen en journalisten naar het plein drijft. Aljork en andere vluchtelingen worden bestookt met interviewverzoeken.
Aljork, die een strak geschoren baard en een donker gelkapsel heeft, was leraar Frans in Idlib. Toen de Syrische oorlog uitbrak, belandde hij in de gevangenis en werd hij daar 45 dagen lang gemarteld vanwege zijn deelname aan protesten tegen het regime van president Bashar al-Assad, vertelt hij.
Daarna vertrok hij naar Libanon en liet hij zijn ouders en acht broers en zussen achter. Hij woonde een jaar in Beiroet, en nog een jaar in Istanbul. In beide steden kon hij nauwelijks rondkomen. Hij hoorde van vrienden dat hij in Duitsland onderdak en taalcursussen zou krijgen en wilde erheen.
Sommige mannen klemden een of twee vrouwen tussen zich in en begonnen deze overal aan te raken. Sommige stalen geld, telefoons of andere dingen
Tijdens de jaarwisseling is Aljork in het centrum van Keulen om mee te doen met de festiviteiten. Hij spreekt af met zijn oom, die hij voor het laatst in Istanbul heeft gezien. Op het centraal station lopen de twee een tijdje rond tussen de feestgangers.
Rond elf uur ‘s avonds begint het volgens Aljork ineens druk te worden op en rondom het station. Zijn oom en hij staan inmiddels op het plein tussen het station en de kathedraal en kunnen nauwelijks bewegen. Vlak voor middernacht verliezen ze elkaar uit het oog en omdat de batterij van Aljorks telefoon leeg is, kunnen ze elkaar niet bereiken.
‘Rond middernacht verslechterde de situatie,’ zegt Aljork. ‘Sommige mannen klemden een of twee vrouwen tussen zich in en begonnen deze overal aan te raken. Sommige stalen geld, telefoons of andere dingen.’
Volgens Aljork zijn de daders georganiseerd in groepen van ongeveer acht tot tien man. Hij hoort een aantal met een Noord-Afrikaans accent Arabisch spreken en ziet een groep Noord-Afrikaanse mannen een vrouw insluiten.
Hij is bang om in te grijpen en durft de politie niet aan te spreken omdat hij vreest dat dit invloed heeft op zijn lopende asielaanvraag. Aljork wil weg, maar hij blijft staan, in de hoop dat zijn oom hem kan vinden. Rond twee uur vinden ze elkaar eindelijk en gaan ze zo snel mogelijk weg – met een rotgevoel vanwege wat ze zojuist hebben gezien.
Slachtoffer Kirsten: ‘Ik voelde iets op mijn billen en dacht: wat is dat?’
Op ongeveer datzelfde moment lukt het Kirsten een trein te pakken, weg van het bomvolle station. Ze is opgelucht dat ze er weg is, maar snapt nog steeds niet goed wat haar net is overkomen.
Voor de 22-jarige begint de avond om halfacht. Ze spreekt met haar vrienden af bij Gaffel am Dom, een populaire brouwerij aan het grote plein. Kort voor middernacht gaan ze met zijn allen naar buiten voor de vuurwerkshow. Ze ziet meteen dat de grote menigte voornamelijk bestaat uit jonge mannen van buitenlandse afkomst die schreeuwen, met rotjes gooien en dronken zijn. ‘Het leek wel oorlog,’ zegt ze.
Kirsten komt over als een zelfverzekerde vrouw. Elke week beoefent ze krav maga, een vechtsport, en loopt ze vele kilometers hard. Maar als ze die oudejaarsnacht een trein terug naar huis probeert te nemen, voelt ze zich in het nauw gedreven. De politie heeft de trappen geblokkeerd, waardoor ze muurvast zit tussen allerlei mensen.
‘Ik voelde eerst iets op mijn billen, en ik dacht: wat is dat? Ik probeerde het weg te duwen en realiseerde me toen dat het een hand was. Maar het was zo druk, dat ik niet eens kon zien wie me aanraakte,’ zegt Kirsten. ‘Een paar minuten later gebeurde hetzelfde, maar dit keer raakte een hand me precies bij mijn genitaliën. Het was geen ongelukje. De hand kwam onder mijn rokje en dat was een bewuste actie. Iemand pakte me echt beet.’
Kirsten probeert te bewegen, maar ze kan haar ellebogen amper optillen, laat staan haar mobiel uit haar tas halen. Jonge mannen om haar heen – volgens Kirsten zagen ze eruit als ‘vluchtelingen die net waren aangekomen in Duitsland’ – werpen haar ‘vieze blikken toe en hebben daar overduidelijk seksuele bedoelingen bij.’ Kirsten begint heftig te zweten. Ze ziet politieagenten op de trap, maar kan ze onmogelijk bereiken.
‘Ik herinner me niet meer hoe vaak ik ben aangeraakt,’ zegt Kirsten. ‘Ik voelde minstens vier keer een hand tussen mijn benen, maar ik heb geen idee wie dit deed. Omdat er een grote klok aan de muur hing, kon ik precies zien hoelang ik er stond, namelijk 45 minuten. Ik was heel erg bang en bleef mezelf vertellen: ‘Blijf rustig, niet verdrietig worden.’ Er was verder niets wat ik kon doen.’
Uiteindelijk komt er wat beweging in de menigte en kan Kirsten richting het spoor lopen. Ze neemt de eerste trein die ze ziet, al rijdt die in de verkeerde richting. De volgende dag gaat ze naar de politie om aangifte te doen.
Ze is een van de honderden vrouwen die aangifte hebben gedaan voor seksueel geweld tijdens oud en nieuw in Keulen. Kirsten wil liever niet in de publiciteit, zodat ze dit nare hoofdstuk in haar leven kan afsluiten. Tegelijkertijd wil ze haar negatieve ervaringen delen, zodat zoiets als dit nooit meer gebeurt.
Kirsten is niet het enige slachtoffer dat dat wil. De 43-jarige Stefanie Galla zegt dat het gebied rondom het centraal station ongelooflijk druk was en voornamelijk gevuld met ‘migranten.’ Twee mannen hebben haar omsingeld en in haar jaszakken gegrepen.
We zitten ook bij een rechtszaak van een ander slachtoffer, dat onder ede verklaart dat vier ‘buitenlands-uitziende mannen’ herhaaldelijk aan haar billen zaten toen ze het station uitliep.
We spreken met andere vluchtelingen op de plaats delict. Wisam, een negentienjarige Irakees, ziet een Duitse vrouw naar de politie rennen en naar twee ‘donkere mannen’ wijzen die haar portemonnee blijkbaar hadden gestolen. Joud, een 21-jarige Syrische, heeft niets gezien, maar ze besluit wel het gebied kort na middernacht te verlaten omdat er met vuurwerk wordt gegooid en een rotje vlak bij haar oor afgaat.
Na vele getuigenissen te hebben aangehoord is het voor ons nog steeds onduidelijk wat er precies is gebeurd. Voor de een is de oudejaarsnacht in Keulen er een als altijd, voor de ander is het een onvergetelijke avond in de meest negatieve zin van het woord. Terwijl Kirsten vaststaat op het station, loopt Alexander Schoen zonder problemen door de stationshallen. Terwijl Yousef Aljork ziet dat vrouwen worden omsingeld, ziet Joud enkel feestende mensen.
De autoriteiten: ‘Miscommunicatie tussen de politie-eenheden veroorzaakte de chaos’
De volgende stap in ons onderzoek is dan ook alle informatie van de Duitse autoriteiten én de media naast elkaar te leggen. We maken een tijdlijn.
Zo ontdekken we hoe miscommunicatie tussen en onderbezetting bij verschillende autoriteiten verantwoordelijk voor de ordehandhaving ervoor zorgden dat de situatie kon escaleren.
We leren ook hoe verschillen in jurisdicties – de politie van de deelstaat Noordrijn-Westfalen is verantwoordelijk voor de stad, terwijl de federale politie zich over het centraal station ontfermt – tot onduidelijkheid over het station en het gebied daaromheen leidden.
Hoe meer bronnen we verzamelen, hoe duidelijker wordt dat er veel onjuiste informatie is verspreid in de directe nasleep van de jaarwisseling. Het begint al met een politierapport van 1 januari, waarin wordt gesuggereerd dat de festiviteiten ‘vlekkeloos’ zijn verlopen. De Keulse politiechef Wolfgang Albers trekt dit rapport later in.
Hoe meer bronnen we verzamelen, hoe duidelijker het wordt dat er veel onjuiste informatie is verspreid in de directe nasleep van de jaarwisseling
Op 5 januari wordt in de media breed uitgemeten dat het een groep van 1.000 daders betreft, terwijl een eerder politierapport juist stelt dat het om een paar dozijn mannen gaat. Op diezelfde dag – het incident is inmiddels wereldwijd groot – beschrijft de Duitse minister van Justitie Heiko Maas het als ‘georganiseerde misdaad.’Tegelijkertijd worden op sociale media memes over massa-aanranding van Duitse vrouwen in Keulen en andere steden gretig gedeeld.
Enkele grote Duitse en internationale media framen het incident als een botsing tussen culturen, of als een bewijs dat een macht van buiten de westerse samenleving bedreigt.
Focus, een populair tijdschrift, plaatst op de cover een afbeelding van een naakte witte vrouw met zwarte handafdrukken over haar hele lichaam. De Duitse kwaliteitskrant Süddeutsche Zeitung publiceert een illustratie van een zwarte arm die aan de benen van een witte vrouw zit. De kop van een redactioneel opiniestuk in de Britse krant The Telegraph luidt: ‘Hoelang nog voordat de vrouwen van Keulen wordt geadviseerd binnen te blijven of zelfs hun hoofd te bedekken?’
De nasleep: het asielbeleid gaat op de schop en het klimaat verhardt
Dan de politieke gevolgen. Al snel komt er een restrictiever asielbeleid. De (federale) minister van Binnenlandse Zaken Thomas de Maizière drukt een eerder plan door om Marokko, Algerije en Tunesië op de lijst van ‘veilige landen van herkomst’ te zetten – een juridische categorie die ervoor zorgt dat snellere uitzetting van ‘illegale’ migranten mogelijk is. Ook vraagt hij de overheden van deze landen hun mensen terug te nemen.
In februari stemt het Duitse parlement voor het Asylpaket II – een lijst met wetsveranderingen op het gebied van asiel, inclusief versnelde uitzetting van afgewezen asielzoekers en misdadigers en twee jaar uitstel van het recht op gezinshereniging voor bepaalde vluchtelingen.
‘Asylpaket II stond al eerder op de planning, dus het is niet direct een product van het Keulenincident,’ verklaart Marei Pelzer, juridisch beleidsmedewerker bij Pro Asyl, een Duitse mensenrechtenorganisatie die zich bezighoudt met immigratiekwesties. Maar, voegt ze toe, het politieke klimaat na oudejaarsnacht maakte het wél mogelijk voor de Duitse overheid om Asylpaket II aan te passen en nog meer restricties aan het asielbeleid toe te voegen.
Een andere expert die we spreken, Stefan Telöken van VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR, zegt dat hoewel Asylpaket II al vóór januari in de pijplijn zat, het gedeelte over versnelde uitzetting van asielzoekers een directe consequentie is van ‘Keulen.’ Telöken zegt bovendien dat er na de jaarwisseling een veel vijandiger klimaat voor vluchtelingen is ontstaan.
Dit was volgens hem merkbaar in de stad Bornheim, een paar kilometer ten zuiden van Keulen, waar een zwembad de deuren sloot voor een groep achttienjarige mannelijke vluchtelingen. Een groep nachtclubs in Freiburg liet geen vluchtelingen meer toe. En er was een grote stijging in de verkoop van niet-dodelijke wapens – vooral pepperspray – die mogelijk samenhangt met de groeiende behoefte van Duitsers zichzelf te kunnen verdedigen.
Het aantal misdaden tegen asielzoekers of hun woningen stijgt ondertussen. Op 21 februari brandde een opvanglocatie af in de stad Bautzen. Lokale bewoners juichten terwijl het (lege) gebouw in rook opging. Twee dagen later probeerde een groep van honderd mensen een bus met daarin recent aangekomen vluchtelingen tegen te houden. Ze vielen de asielzoekers lastig en schreeuwden ‘Ga naar huis!’ Weer vier dagen later werden er schoten gelost bij een opvanglocatie in de plaats Gräfenhainichen.
Nog meer gevolgen: het Keulse carnaval staat op zijn kop
‘Mensen beginnen vluchtelingen te haten,’ zegt ook Mannan, een 20-jarige Syriër die in Duitsland verblijft met vluchtelingenstatus. We ontmoeten hem bij een gratis diner dat in een buurthuis in de wijk Ehrenfeld wordt georganiseerd. Het diner vindt twee dagen voor carnaval plaats. Dörte Mälzer, een van de organisatoren van het diner, kondigt aan dat de politie excessieve maatregelen, zoals een ‘veilige zone’ voor vrouwen, neemt om seksueel geweld en overvallen tegen te gaan tijdens carnaval.
Een paar dagen eerder besluit de Duitse stad Rheinberg de festiviteiten in zijn geheel af te gelasten vanwege de angst dat mannen met migrantenachtergrond zich misdragen. ‘Het geeft je een slecht gevoel,’ vertelt Mohammed, een vluchteling die we ontmoeten tijdens het diner. ‘We zijn niet allemaal slecht.’ Een Iraakse vluchteling vertelt dat zijn vrienden en hij niet aan de festiviteiten meedoen. ‘Voor je het weet worden we als daders aangewezen.’
Een Iraakse vluchteling vertelt dat zijn vrienden en hij niet aan de festiviteiten meedoen. ‘Voor je weet worden we als daders aangewezen’
Ook Kirsten en Yousef Aljork vinden het een slecht idee om carnaval te vieren. Voor Kirsten komt het te vroeg. Aljork wil niet dat er een incident als met oudjaar plaatsvindt.
We besluiten zonder hen naar carnaval te gaan en zien al snel dat de straten door allerlei ogen in de gaten worden gehouden. Politieagenten zijn in groten getale aanwezig rondom het centraal station. Het feest verloopt verder probleemloos.
Een tussenstand: hoe zou een nieuwsbericht er met de kennis van nu uitzien?
In maart wordt duidelijk dat het onderzoek van de Duitse autoriteiten nog vele maanden zal duren. Daarom spreken we met de openbaar aanklager van Keulen, Ulrich Bremer, en vragen we om een tussentijdse update.
We vragen ons af: hoe zou een nieuwsbericht over de gebeurtenissen er nu hebben uitgezien?
Uit het nieuwsbericht blijkt onder meer dat het grote merendeel van de verdachten van Noord-Afrikaanse komaf is. Tijdens de eerste berichtgeving over Keulen is deze informatie helemaal niet beschikbaar. Zou het kunnen dat de verkeerde groep als mogelijke daders is aangewezen?
Criminaliteit door Noord-Afrikaanse migranten, die weinig kans maken op een verblijfsvergunning, is een bekend probleem in Noordrijn-Westfalen. Zo bekend dat de Keulse politie al drie jaar geleden een speciaal project opzette om er iets aan te doen. Volgens het Duitse weekblad Der Spiegel identificeerde de politie van Düsseldorf zelfs 2.200 actieve Noord-Afrikaanse criminelen in deze stad.
De meeste berichten plaatsen het incident echter in de context van de recente toestroom van vluchtelingen naar Duitsland. Het citaat ‘Frau Merkel heeft mij uitgenodigd,’ – schijnbaar gezegd door een van de daders volgens een politierapport – wordt keer op keer herhaald in de eerste weken van januari.
Hoe konden media het zo mis hebben?
Sommige media verdedigen hun berichtgeving. Michael Maier, uitgever van nieuwssite Deutsche Wirtschafts Nachrichten, stelt dat de kop ‘Duizend mannen in Keulen belagen vrouwen’precies en niet misleidend is. Ook zegt Maier dat de kop goed de lading dekt van het oorspronkelijke bericht van het Deutsche Presse-Agentur (DPA), het grootste persbureau van Duitsland.
Het tijdschrift Focus legt uit dat hun provocatieve voorpaginaalleen bedoeld was om ‘symbolisch te representeren wat er in Keulen is gebeurd,’ terwijl Süddeutsche Zeitung zijn excuses aanbiedt voor de hevig bekritiseerde illustratie.
We benaderen ook de (federale) minister van Justitie, Heiko Maas. Hij zegt op 5 januari dat de aanrandingen en berovingen ‘georganiseerde misdaad’ zijn, terwijl openbaar aanklager Ulrich Bremer dit tegenover ons ontkent. De persvoorlichter van Maas, Stephanie Krüger, zegt dat de minister ‘georganiseerde misdaad’ niet ‘in de klassieke zin van het woord’ bedoelde.
De bottomlinevan onze reconstructieis dan ook dat de eerste indruk – namelijk die van een groep van duizend islamitische verkrachters die achter de Duitse vrouwen aan zit – is blijven hangen. En dat er een hele groep geassocieerd is met misdrijven waar zij nauwelijks bij betrokken was.
Openbaar aanklager Bremer onderschrijft deze lezing van de gebeurtenissen. Maar hij voegt toe dat wat er werkelijk is gebeurd waarschijnlijk nooit helemaal boven water komt vanwege een gebrek aan bewijs – ondanks grote inspanningen van de autoriteiten.
Een ding is zeker: de weerstand bij het Duitse publiek na de jaarwisseling vormde het keerpunt in het vluchtelingendebat. Onder het masker van de Duitse Willkommenskultur werd een sterke onderstroom van angst en onbegrip zichtbaar.
Tot besluit: hoe kijken slachtoffers en getuigen terug?
Slachtoffer Kirsten vertelt dat ze niets tegen vluchtelingen heeft. Maar de overheid heeft de situatie niet onder controle, vindt ze, en de Duitse autoriteiten moeten betere leefomstandigheden creëren voor vluchtelingen én hen aansporen te integreren. ‘Toch schrik ik iedere keer als ik een jonge vluchteling zie. Niet dat ik heel bang ben, maar de gedachten zijn daar.’
‘Ik vind Keulen geen fijne plek meer,’ zegt Aljork. ‘Als ik over straat loop, voel ik me niet op mijn gemak.’
Ik vind Keulen geen fijne plek meer. Als ik over straat loop, voel ik me niet op mijn gemak
We bezoeken hem in zijn opvanglocatie in het stadje Lechenich, twintig kilometer ten zuidwesten van Keulen, waar hij een kamer van tien vierkante meter met twee andere Syrische vluchtelingen deelt. Vlak na de jaarwisseling bezochten een paar lokale bewoners de locatie om de asielzoekers welkom te heten en hen op hun gemak te laten voelen.
De bewoners nodigden ook Aljork, die van zingen houdt, uit zich aan te sluiten bij het lokale koor – een groep die sinds 1850 bestaat en de trots van de lokale gemeenschap is.
We gaan mee met Aljork naar zijn wekelijkse repetitie in het buurthuis van Lechenich. De leden van het koor – ongeveer 25 zangers en één vrouwelijke dirigent – groeten hem met knuffels en stevige handdrukken. Ze praten Duits met hem, dat wil hij graag.
We zien dat Aljork geïnteresseerd meedoet. We zien een jonge man die zijn best doet een nieuwe taal te leren en vrienden te maken in zijn naaste omgeving. We zien een vluchteling omarmd worden door een nieuwe gemeenschap, in een veilige omgeving.
En als we later die avond het buurthuis in Lechenich verlaten en teruglopen naar het hostel, voelen we: de Willkommenskultur is nog niet helemaal verdwenen.
Dit verhaal kwam tot stand door bemiddeling van International Editor Maaike Goslinga, die ook de vertaling voor haar rekening heeft genomen.