Dag één op het Jellyfish Bloom Symposium

‘Willen we meer, of minder kwallen?’ bijt rockster-zoöplanktononderzoeker Monty Graham het spits af maandagmorgen. Niemand scandeert iets, iedereen luistert gespannen.

Na een uur durende verhandeling waarin zelfs ruimte was voor rapper Vanilla Ice – die kwalaquaria verkoopt voor in je slaapkamer, nothing says succes like a ninety-something hasbeen rapper – concludeert Graham dat kwallen zijn voor de zee, wat koper is voor het lichaam. Te weinig koper tast bloed en botten aan, te veel is funest voor lever en hersenen.

Balans is het devies, maar welke balans? Wat is de kwalsituatie nu? En valt er nog iets bij te sturen?

Twee dagen verder en ik heb 42 praatjes aangehoord, 31 notitiepagina’s volgekalkt, 12 e-mails met vervolgvragen verstuurd en heel erg veel mensen gesproken tijdens koffiepauzes, lunches, recepties en postersessies, over nog veel meer verschillende onderwerpen. Het antwoord op die ogenschijnlijk eenvoudige vragen lijkt verder weg dan ooit.

En dan komen er nóg drie volle dagen aan kwalonderzoek aan. Ik heb nu al het idee dat ik eerst tien explainers kan tikken voordat het überhaupt zin heeft om iets te melden over al dat gepresenteerde baanbrekende kwalonderzoek zelf.

Explainers over, zeg:

- Wat is een fylogenetische stamboom en waarom maken biologen zich daar zo druk om? Wat is ook eigenlijk het belang van biodiversiteit en hoe weet je wanneer iets een nieuwe soort is?

- Hoe zit het voedselweb in zee in elkaar en wat zijn de nog grote onbekenden? Hoe statisch of dynamisch zijn dit soort systemen en welke invloed oefenen wij mensen daar weer op uit – met onze koeienpoep, plastic en visvangst?

- Welke methodes en technieken zetten onderzoekers in om iets te weten te komen over populaties zeebeesten en hoe deze zich tot elkaar verhouden? Hoe kun je ooit iets globaals beweren op basis van lokale metingen?

Het kaas maken van presentatieslides vereist daarnaast ook aardig wat algemene kwalkennis. Wat zijn Cnidaria, Hydrozoa, Scyphozoa en Cubozoa? Welke verschillende levenscycli hebben ze? En onder welke omstandigheden ontstaan welke uitzonderingen op alle regels die we kennen?

(Gelukkig zijn de powerpoints erg geestig. Hoogtepunt dag 1: fotobewijs dat de Italianen mooie studentes inzetten om kwalkennis te verspreiden onder het grote publiek - scroll down.)

Maar zelfs met al die achtergrondinformatie ben je alsnog nergens tussen kwalkundigen onder elkaar. Zomaar een ontmoeting op de conferentievloer: ‘O! Ken je Zafrir Kuplik al? Zijn lab heeft uitstekende Rhopilema nomadica en Cassiopea andromeda.’

Portugese promovenda: ‘Cool! Ik wil binnenkort aan de slag met Catostylus tagi.’

Kuplik pakt zijn smartphone en toont trots babykwalfoto’s.

Kuplik: ‘Catostylus tagi, die is blauw?’

Zij: ‘Nee, wit.’

Ze pakt ook haar smartphone.

Zij: ‘Check. Welk substraat zou jij gebruiken voor deze poliepen?’

Kuplik: ‘Lessepsische migranten vinden glas fantastisch.’

Volgt een discussie over substraatproeven van een groep in Monaco.

‘Kom anders even langs in Israël binnenkort. Kijk ik naar jouw Catostylus.’

Youtube plaatst cookies bij het bekijken van deze video Bekijk video op Youtube
Bekijk hier de meditatieve geboorte van babykwallen.