Wat ik leerde over Trumps Amerika toen ik naar de Republikeinse conventie liep

Drew Philp
Journalist, met de Amerikaanse onderklasse als specialisme
Fotograaf Garrett MacLean liep met Drew mee en maakte onderweg foto’s. Foto: Garrett MacLean

Iedereen heeft zijn mening klaar over Donald Trumps aanhangers en hun motieven, zonder ze ooit te spreken. Ik liep naar Cleveland en besloot het ze zelf te vragen.

‘Meneer, bent u aan het kamperen?’

Drie jongens die mijn enorme rugzak hadden opgemerkt, fietsten zonder schoenen naast me. Ik had net wat mangosap gekocht in Dearborn, Michigan en was onderweg naar Hemlock Park in het oostelijke deel van de stad om er een dutje te doen.

‘Ik loop naar Cleveland, zodat ik onderweg met mensen kan praten over hun wensen en dromen voor Amerika. Er zijn daar een heleboel mensen bij elkaar gekomen voor wat de Republican National Convention heet. Zij staan op het punt Donald Trump uit te roepen tot hun presidentskandidaat.’

‘Maar gaat u niet in een hotel slapen?’

‘Ik denk het niet. Maar misschien wel in een motel als ik een keer heel moe ben.’

‘Waar gaat u slapen dan?’

‘Waar het maar kan.’

Waarom ik tot vandaag - de dag dat de Republican National Convention naar alle waarschijnlijkheid Donald Trump als kandidaat uitroept - van Detroit naar Cleveland liep? Omdat ik moe ben van alle New Yorkers die vanachter hun bureau speculeren over waarom Trumpaanhangers Trump aanhangen zonder er zelf ooit een te hebben gesproken. Kortom: ik wilde mét deze mensen praten in plaats van óver ze.

Aan het begin van de wandeling: vriendelijke mensen

Foto: Garrett MacLean

De mensen die ik op mijn wandeling van Detroit naar Cleveland tegenkwam, waren vrijwel allemaal vriendelijk tegen me. Een Trumpaanhanger die op zijn motor voorbijreed toen ik in Trenton, Michigan aan het rusten was, stopte om te zien of ik in orde was. Mensen nodigden me uit voor het eten, stelden me voor aan hun kinderen en spraken in alle openheid met me.

Ook werd ik meegenomen door een man in een Cadillac die verkondigde dat democratie de slechtste bestuursvorm was die er bestond en dat er ‘biologische verschillen zijn tussen de rassen,’ waarbij hij het witte ras superioriteit toekende.

‘Als alles maar zo’n stemhokje in kan kruipen,’ zei hij, ‘krijg je dit.’ Hij gebaarde naar het landschap om ons heen, waar de weg naar het zuiden als een litteken doorheen liep. En zette me even later af in Monroe, Michigan, waar ik ontbeet in een restaurant. De serveerster was zo vriendelijk een stuk karton en een viltstift voor me te regelen waarmee ik een bordje kon maken met daarop de tekst ‘Toledo Please.’

Op de vrachtwagenstandplaats aan de overkant kwam ik Danielle Whitman tegen, die in fastfoodrestauranttenue onder een boom stond te roken. ‘Ik heb een hekel aan Donald Trump,’ zei ze toen ik over hem begon. ‘Hij is een racistische klootzak. Hij wil Amerika weer wit maken, maar de eerste inwoners waren indianen. Dus hoe gaat hij wit Amerika terugbrengen als er nooit een wit Amerika is geweest?’

Ik ben niet bevooroordeeld of zo, maar die Obama is gewoon een domme nigger

Ze raadde me aan in de truckerslounge te gaan zitten, waar airconditioning was. Het was er heerlijk koel en ik nam plaats naast een vrachtwagenchauffeur met een stok. Een jongere trucker voegde zich bij ons en het gesprek kwam op IS en terrorisme.

‘Toen de Japanners Pearl Harbor aanvielen,’ zei de jonge chauffeur, ‘hebben we alle Japanners in de Verenigde Staten opgespoord en weggestopt in concentratiekampen.’

‘Vond je dat goed?’ vroeg ik.

‘Ik denk dat er heel veel mensen onterecht gevangen zaten, maar voor het grotere geheel was het goed.’

De andere chauffeur was het ermee eens.

De man die me uiteindelijk een lift naar Toledo gaf, zei: ‘Ik ben niet bevooroordeeld of zo, maar die Obama is gewoon een domme nigger.’

Foto: Garrett MacLean

Tijdens de wandeling: de patronen

  1. De tientallen Trumpstemmers die ik sprak, voelden zich stuk voor stuk aangetrokken door zijn ‘onafhankelijkheid’ en de manier waarop hij zich van de heersende politiek heeft weten los te maken.
Foto’s: Garrett MacLean
  1. Steeds werd gehamerd op hetzelfde punt: ‘We moeten de blauweboordenbanen terugbrengen naar de VS.’ Alles – immigratie, welzijn, buitenlandbeleid – draaide voor de mensen die ik tegenkwam om banen.
  2. Iedereen was het met me eens dat Trump behoorlijk nare dingen heeft gezegd over verschillende groepen mensen. Sommigen schaamden zich daarvoor. Zijn uitspraken worden meer gezien als teken van zijn onafhankelijkheid dan als diepgewortelde overtuigingen.
  3. Bijna iedereen die ik sprak, was het erover eens dat ‘het systeem’ niet langer werkt en dat het tijd is voor fundamentele verandering. Ze hadden gehoopt dat Barack Obama die verandering tot stand zou brengen, maar dat gebeurde niet.
  4. Ik bespeurde veel angst en misvattingen. Een van de mannen van de truckerstandplaats vertelde me dat in Dearborn, Michigan, de sharia gold. Ik verzekerde hem dat ik er net vandaan kwam en bijna mijn hele leven had gewoond en dat er zeer zeker geen sprake was van de invoering van de sharia in Dearborn. ‘Dan hebben de media ons zeker weer voorgelogen,’ was zijn antwoord.

Maar ik zag ook veel moed en hoop. En iedereen die ik sprak antwoordde bevestigend op mijn vraag of de politie zwarte mensen anders behandelt dan witte mensen. De wortel van haat mag dan onwetendheid zijn, van dit feit is het land zich tenminste bewust geworden.

Aan het eind van de wandeling: het gesprek over de gemeenschap

‘Ik weet het niet, het lijkt momenteel een beetje doorgeslagen,’ zei Rick Matisak aan de koffie op Gordon Square in Cleveland.

‘Je bedoelt de conventie, of de politiek in het algemeen?’ vroeg ik.

‘De conventie én de huidige staat van de politiek,’ antwoordde hij.

Frustratie en verwarring lijken leidend deze presidentsverkiezing. Niet alleen in het landelijke Michigan, maar ook in de een na grootste stad van Ohio.

‘Ik heb niet het idee dat dit de ergste periode uit onze geschiedenis is,’ wierp Patty Jurca tegen, die naast hem een kruiswoordpuzzel zat te maken. ‘De wereldgeschiedenis heeft volgens mij wel zwaardere tijden gekend. Ik vind het vooral droevig dat mensen zo wanhopig zijn of zich zo ongehoord voelen dat ze hun hoop op Trump vestigen. Als je situatie zo slecht is dat je hem als uitweg ziet, dan zijn er grotere gesprekken die gevoerd moeten worden.’

Ik denk dat we ons veel en veel meer in elkaar moeten verdiepen

Toch, als ik één ding heb gezien bij de mensen die ik tegenkwam, dan is het wel hun bereidheid om die gesprekken over de toekomst van Amerika te voeren. Steeds weer kreeg ik te horen dat het politieke stelsel zoals het nu is niet langer werkt. Steeds weer hoorde ik dat mensen zo graag meer diversiteit zouden willen in de politieke partijen. Steeds weer hoorde ik dat de termen links en rechts, Democratisch en Republikeins, voor hen niet langer voldoen. Steeds weer hoorde ik ook dat ze zich niet meer gehoord voelen.

Foto: Garrett MacLean

Maar ik zag ook de dagelijkse en concrete pogingen om een gemeenschap op te bouwen. Ik zag het de avond dat ik logeerde bij Peter Debelak, die me op Twitter had gevonden en me meenam naar een benefietavond voor het nieuwe LHBTQIA-centrum van Cleveland.

Binnen zag ik prachtige motoren staan, liepen mannen rond in hoge laarzen en vrouwen in yogabroeken of afgeknipte shorts. Buurtkinderen liepen in en uit. Niet het publiek dat je op zo’n avond zou verwachten.

Foto’s: Garrett MacLean

‘Onze debatten zijn niet moreel genoeg,’ zei Debelak. ‘We houden ons te weinig bezig met de dingen die we echt belangrijk vinden. Ik denk dat we ons veel en veel meer in elkaar moeten verdiepen.’

Ik zag de gesprekken over de toekomst van Amerika ook gevoerd worden bij The People’s Peace and Justice Convention in het oostelijke deel van Cleveland. Een ongelooflijk diverse bijeenkomst waarbij sprekers opriepen tot ‘radicale gastvrijheid en gedeelde overvloed.’ Ze wilden een platform oprichten als alternatief voor de Democratische en Republikeinse partij dat streeft naar ‘rechtvaardige, geweldloze, democratische en duurzame resultaten.’

En ik zag het bij iedereen die me binnenliet, mee liet eten en antwoord gaf op mijn vele vragen. ‘We moeten openhartiger zijn in onze gesprekken,’ zei Astrid Julian bijvoorbeeld, die me een gratis overnachting aanbood net buiten Cleveland. ‘Het is heel bedroevend dat we niet met onze buren durven te praten over wat ons echt bezighoudt, omdat we bang zijn ze te beledigen of andersom.’

Al deze mensen doen hun best om in de grilligheid van het moderne leven een gemeenschap te vormen. Verbroedering op kleinschalig niveau, maar groots in reikwijdte en vertrouwen.

Veel mensen die ik onderweg ontmoet heb, vroegen me: ‘Wat is volgens jou het antwoord? Hoe komen we waar we willen zijn?’

Het opbouwen van een gemeenschap lijkt verreweg de beste remedie.

Amerika beter begrijpen?