Ooit waren Edith Schippers (VVD) en Gerard Schouw (D66) Kamercollega’s met redelijk uitwisselbare ideeën over de zorg. Nu voeren ze een Koude Oorlog over de prijzen van nieuwe geneesmiddelen, waarbij Schippers de zorguitgaven wil temperen, en Schouw is overgestapt naar de lobby van medicijnfabrikanten.

Bron: @Nefarma op Twitter

Op de jaarlijkse overhandigde Schouw (rechts op de foto) de minister ‘een maatschappelijke publicatie,’ een wat kolderiek document met daarin de maatschappelijke verdiensten van de industrie opgesomd. Slechts een voorgerecht van een charmeoffensief, want diezelfde dag kwam ook het boek Leve het geneesmiddel! Over de verdiensten van de farmaceutische industrie uit.

Veelbelovend?

Leve het geneesmiddel! is geschreven door Henk Jan Out. Die ken je misschien van Twitter, waar hij mensen graag op de zegeningen van de in zijn ogen sterk gereguleerde farmaceutische bedrijfstak wijst.

Out is vooral bekend van zijn profarmacampagnes op sociale media

Toch is Out niet slechts een zonderlinge luchtverkeersleider van alle antifarmasentimenten op sociale media. In een vorig leven bekleedde hij bij Organon en later Merck, Sharp & Om vervolgens dankzij voorgenoemde werkgevers een leerstoel te krijgen aan de Radboud Universiteit in Zijn boek kreeg al ruimschoots aandacht in de Telegraaf, Trouw, Het Financieele Dagblad, Elsevier en

Als iemand na twintig jaar industrie-ervaring met een boek van 270 pagina’s komt waarin hij de zegeningen van de industrie bezingt, dan zit ik klaar. Want toegegeven, het imago van de farmaceutische bedrijfstak wordt vaak besmeurd door internationale malversaties waar Nederlandse werknemers niets mee te maken hebben. En waar journalisten desondanks, ook ik, onevenredig veel aandacht aan geven.

Niet alleen farmaceutische industrie schiet tekort

Helaas gaat Outs boek nauwelijks over de zegeningen van de geneesmiddelenindustrie. Na hoofdstuk drie volgt vooral een aaneenschakeling van pogingen critici weg te zetten als ongeïnformeerd, activistisch, manipulatief en zelfs leugenachtig.

Soms snijdt Out daarbij goede punten aan. Hij merkt terecht op dat niet alleen de industrie tegenvallende studies in een ladekast doet verstoppen. Ook academici maken zich schuldig aan het achterhouden van nul-resultaten of publiceren deze te

Medische tijdschriften publiceren ook liever baanbrekende medicijnproeven met een positieve uitkomst, waardoor ze evengoed verantwoordelijk zijn voor wat publicatiebias wordt genoemd. Spectaculaire uitkomsten verkopen meer blaadjes, wat meer advertentieinkomsten oplevert. Advertenties die vrijwel volledig door de farmaceutische industrie worden betaald.

Een ander sterk punt van het boek is dat er in de medische wereld meer belangenconflicten zijn dan alleen financiële, iets wat ook ik te weinig besef. Alle wetenschappers, waar ze ook werken, zijn uiteindelijk gewoon mensen van wie persoonlijke relaties, publicatie-eisen en carrièrekansen van invloed kunnen zijn op de uitkomsten van hun onderzoek.

Maar: selectief gewinkeld

De positieve kanten van het boek worden echter ruimschoots overschaduwd door een overdaad aan misplaatste Calimero-redeneringen (in de trant van: ‘de universiteiten kunnen er ook wat van, dus laat de industrie met rust’), bagatellisering van criminele veroordelingen (omdat er in Amerika iets bestaat als een ‘claimcultuur’), het selectieve winkelen in argumenten op het gebied van kosten en ontwikkeling en marketinguitgaven en persoonlijke aanvallen op mensen aan wie de auteur overduidelijk een hekel heeft.

Een paar voorbeelden van waar het allemaal misgaat.

Out vindt de oproep aan bedrijven om transparanter te zijn over hun klinische studies ‘doorgeslagen’. De industrie is namelijk al maximaal transparant. Zeker als je kijkt naar de universiteiten, die volgens Out nog veel trager zijn in het publiceren van onderzoeksresultaten.

Maar wat doet dat ertoe? Dat universiteiten niet deugen excuseert de industrie toch niet? Mag Milieudefensie ook niet klagen dat het Noordzeewater bruiner is dan het strand, omdat de Maas dichtklontert door de afgestoten chemicaliën van olietankers?

Bovendien: Out steekt eerder in zijn boek een heel pleidooi af waarin het gros van de nieuwe geneesmiddelen wordt toegeschreven aan de inspanningen van de bedrijven, niet de universiteiten. Dus hoe vreemd is het dan dat kritiek zich richt op de volgens Out veel belangrijkere rol van de farmaceuten?

We moeten volgens Out ‘oppassen voor zichzelf onafhankelijk noemende onderzoekers die analyses gaan herhalen’

Even later spreekt Out zichzelf alweer tegen. Er is goede reden, aldus Out, dat bedrijven niet zomaar alle klinische informatie overhandigen aan derden. Want, we moeten ‘oppassen voor zichzelf onafhankelijk noemende onderzoekers die analyses gaan herhalen of de data gaan uitmelken.’ Juist ja.

Een van de meer notoire afleveringen van hoe de industrie zijn kaarten zoveel mogelijk tegen de borst wil houden, wordt door Out afgedaan als een eenmalig incident van een individueel bedrijf dat in de war is. In 2013 sleepte het Amerikaanse bedrijf in samenwerking met de Europese branchevereniging van farmabedrijven de Europese registratieautoriteit voor de rechter. Doel? Voorkomen dat de meest gedetailleerde onderzoeksrapporten van een blockbustermedicijn beschikbaar zouden komen.

Die rechtszaak verhinderde effectief dat in de toekomst onderzoeken van alle bedrijven reproduceerbaar zouden worden. Op dit moment kan er nog steeds klinische informatie uit studies van bedrijven geheim blijven, omdat er anders commercieel vertrouwelijke informatie zou uitlekken.

Dan: veruit het merendeel van de gegevens van oude klinische onderzoeken ligt nog altijd achter slot en grendel, en als dat zo blijft is dat volgens Out geen enkel probleem. De mankracht die nodig is om de onderzoeken van medicijnen die al jaren worden voorgeschreven beschikbaar te krijgen, kan beter in iets anders worden gestoken.

Enfin, maximaal transparant dus.

De industrie als slachtoffer

Dan, het dieptepunt van het boek: een hoofdstuk over de rechtszaken tegen farmaceutische

Vrij vertaald zegt hij over de rechtszaken: niet het wangedrag van bedrijven leidt tot miljardenboetes, maar de perverse Amerikaanse claimcultuur. Op geld beluste patiënten troggelen grote bedragen af bij de integere, vaak naïeve farmaceutische bedrijven. En voor zover de rechtszaken wel ergens over gaan, zijn ze een erfenis van een sector die zijn leven al lang en breed heeft gebeterd.

Out schenkt speciale aandacht aan de procedures die hij als medisch directeur van Organon van dichtbij meemaakte, om aan te tonen dat het vooral de bedrijven zijn die slachtoffer zijn van de geldklopcultuur. Organon was namelijk een van de drie bedrijven die in meerdere procedures verzeild raakte, omdat het bedrijf een in zijn anticonceptiemiddelen stopte, dat nu geassocieerd wordt met een verhoogde kans op ernstige, soms dodelijk bijwerkingen als bloedklonters, in vergelijking met de oudere

Het selectieve geheugen van Out

Een van die (internationale) strafzaken was die in de Verenigde Staten, waarin Merck, Sharp & Dohme in 2014 100 miljoen dollar schikte met gedupeerde patiënten. Waarom? Het bedrijf had de verhoogde risico’s op trombose bij het gebruik van het anticonceptivum NuvaRing onderschat, zo luidde de klacht. Out duidt de miljoenenschikking als ‘een vrij laag bedrag’ dat illustratief zou zijn voor ‘de weinig sterke case tegen het bedrijf.’

Out heeft een selectief geheugen in dit dossier en laat veel van de belastende informatie tegen Organon buiten beeld. Deze dikke pil was een uitgelezen kans om bijvoorbeeld eens dieper in te gaan op het feit dat Out in deze zaak zelf is verhoord door de Amerikaanse aanklager, maar in plaats van een boekje open te doen over de verklaring die hij aflegde, blijft dit ongemakkelijke feit volledig onbesproken. Hetzelfde geldt voor het feit dat de aanklager onder andere e-mailverkeer van Out en zijn collega’s heeft gebruikt in zijn pleidooi om aan te tonen dat Organon gebrekkig was in het opzetten van veiligheidsstudies van de NuvaRing, nadat het product de markt op

Out heeft een selectief geheugen over de NuvaRing en laat veel van de belastende informatie tegen Organon buiten beeld

Ook tijdens de registratie van NuvaRing was Nederlandse werknemers er alles aan gelegen om een ongeruste zo min mogelijk van die ongerustheid in de Amerikaanse patiëntbijsluiter af te laten drukken. Maar de auteur noemt de opgerakelde e-mails van zijn voormalig collega’s ‘uit hun verband gerukt,’ want ‘als je maar lang genoeg zoekt [op de servers van Organon en MSD, LH], vind je altijd wel een ogenschijnlijk dubieuze notitie.’

Waar Out ook niets over schrijft: dat de belangrijkste FDA-ambtenaar die destijds zo ongerust werd, later door MSD Nederland werd ingevlogen als zelfstandig consultant, toen er meldingen kwamen van meer bijwerkingen in plaats van minder. Dat een registratiestudie van NuvaRing, waarin het hormoonafgifteprofiel werd onderzocht, veel te klein was om betrouwbaar te zijn, laat hij ook achterwege. Of dat er in diezelfde studie werd gerotzooid met onwelgevallige gegevens. Niets.

Hoe de gezondheidsrisico’s van de NuvaRing uit de grafieken verdwenen Ik maakte twee jaar geleden een grote reconstructie over Organon en NuvaRing. Out noemde deze publicatie meerdere malen een journalistiek dieptepunt en de auteur ervan een gewetenloze leugenaar. Lees mijn verhaal hier terug

Out schrijft in zijn boek letterlijk dit: ‘Een bedrijf dat een nieuwe anticonceptiepil op de markt wil brengen met een lager risico op trombose dan gebruikelijke middelen, zal dat moeten bewijzen vóór registratie, anders zal het nooit die claim mogen maken. Sterker nog, als het ook maar enigszins zou suggereren dat hun pil veiliger is zonder hard klinisch bewijs, maakt het zich schuldig aan offlabel promotie en kan het forse boetes verwachten.’

Gelukkig hebben we de opnames nog.

In 2003 werd Out al op het matje geroepen door een apotheker omdat NuvaRing helemaal niet minder bijwerkingen zou hebben, terwijl Organon het middel al als vervanger van de pil had gebombardeerd. Out glibberde zich behendig langs het verwijt. En wees op de mindere hoeveelheid hormoon die het product nodig had om even effectief te zijn als bestaande middelen. Klinkt goed - minder bijwerkingen dus? Nee, dat moesten toen nog lopende studies nog uitwijzen, maar de eerste signalen waren niettemin

Ho! Nog lopende studies? Maar dat moest je toch al van tevoren spijkerhard bewijzen - niet suggereren - wilde je boetes ontlopen voor offlabel promotie? Bron: Out, 2016.

Een gemiste kans

Out verzuimt jammer genoeg in zijn tegengeluid betrouwbare argumenten naar voren te schuiven. Nuance is steeds waarvan hij zegt dat het op het menu staat, maar eenzijdigheid is wat hij voorschotelt, gedrenkt in een saus van miskenning. Sterker nog, hij misleidt de lezer door te stellen dat de verdiensten van de sector onderwerp van het boek zijn. Maar meer dan een tamelijk heilloze kruistocht tegen critici wordt het boek nooit.

Ik vermoed dan ook dat Gerard Schouw in zijn nieuwe rol als branchebaas nog heel wat foldertjes zal moeten maken om de bedrijven er bij de samenleving beter op te krijgen. Dit boek gaat hem er niet bij helpen.

Meer lezen?

Hoe de industrie handig gebruikmaakt van de meest verwaarloosde patiënt Altijd het beste medicijn, voor elke patiënt, ongeacht de prijs. Dat was jarenlang het motto van patiëntvertegenwoordigers als Pauline Evers. Nu is het motto toegeëigend door de farmaceutische industrie. Blijven patiëntbelangen daarmee gewaarborgd? Lees mijn verhaal hier terug Pillenpatenten maken onze medicijnen onbetaalbaar. Dit is hoe het anders kan Het is een groeiend en wereldwijd probleem: onbetaalbare medicijnen. Dit terwijl farmaceutische bedrijven steeds meer winst maken én steeds minder daarvan in het ontwikkelen van nieuwe medicijnen steken. Kan dat anders? Volgens de Amerikaanse activist James Packard Love wel. Een portret. Lees mijn verhaal hier terug