Vandaag 35 jaar geleden verscheen een docu die insloeg als een bom. Nu is die actueler dan ooit

Dick Wittenberg
Correspondent Wereldverbeteraars
Fietstoestellen in de atoombunker onder het Provinciehuis Noord-Brabant, waarmee stroom kon worden opgewekt voor de bunker indien de normale stroomvoorziening zou uitvallen. Foto: Erik van der Burgt

Vandaag 35 jaar geleden zond de regionale Omroep Brabant mijn radiodocumentaire uit over een denkbeeldige atoomaanval op vliegbasis Volkel in de Peel. De paniek die uitbrak, werd wereldnieuws. Anno 2016 is de kans op het gebruik van kernwapens groter dan ooit.

Wie is er nog bang voor de bom? Wie is er nog bang voor de kernbom? Bij de koffieautomaat praat niemand er meer over.

In de eerste helft van de jaren tachtig was dat wel anders. Nederland was in de ban van de bom. Europa dreigde het speelveld te worden van een kernoorlog. Nederland zag zich in de frontlinie geplaatst.

Aanleiding was een verstoring van het machtsevenwicht tussen de twee toenmalige supermachten. De Sovjet-Unie had een middellangeafstandsraket ontwikkeld met drie kernkoppen: de SS-20. Zevenhonderd van die raketten waren op West-Europa gericht. In reactie daarop besloot de NAVO op 12 december 1979 om 572 Amerikaanse kruisraketten te stationeren in vijf West-Europese landen. In het Brabantse Woensdrecht zouden er 48 worden geplaatst. Dat is uiteindelijk nooit doorgegaan omdat de Nederlandse regering de plaatsing steeds voor zich uit schoof. Tot het niet meer nodig was dankzij de ontspanningspolitiek van Sovjetpresident Michail Gorbatsjov.

Maar begin jaren tachtig leidde die dreigende plaatsing in Nederland tot massale protesten:

  • Aan de vredesdemonstratie in 1981 in Amsterdam deden 400.000 mensen mee.
  • De in Den Haag twee jaar later was met naar schatting 550.000 deelnemers de grootste die ooit in Nederland heeft plaatsgevonden.
  • In 1985 overhandigde het Komitee Kruisraketten Nee aan de toenmalige premier Ruud Lubbers 3,7 miljoen handtekeningen tegen plaatsing van kruisraketten in Nederland.

In die tijd was de dreiging van een kernoorlog heel reëel. Overheden en bedrijven richtten atoomschuilkelders in. De Bescherming Burgerbevolking, een burgerorganisatie die in 1952 was opgericht om de bevolking in tijden van oorlog te beschermen, verspreidde folders over wat te doen bij een kernaanval. De Nederlandse popgroep Doe Maar verwoordde in zijn ‘De Bom’ het levensgevoel dat bij die dreiging hoorde:

En als de bom valt Lig ik in mijn nette pak Diploma’s en mijn cheques op zak Mijn polis en mijn woordenschat Onder de flatgebouwen van de stad Naast jou

Belplekken in de atoombunker onder het Provinciehuis Noord-Brabant waar getelefoneerd kon worden in tijden van crisis. Foto: Erik van der Burgt

De documentaire die insloeg als een bom

‘Attentie, attentie, hier volgt een extra bericht van levensbelang.’

Zo begon op zondagmorgen 4 oktober 1981 bij de regionale Omroep Brabant mijn documentaire over wat er zou gebeuren in de twintig minuten na een denkbeeldige atoomaanval.

Leeuwarder Courant
NRC Handelsblad
Limburgs Dagblad

En de omroepster ging verder: ‘U luistert naar het bevoegd gezag vanuit de onderaardse commandopost van de Bescherming Bevolking bij Waalre. Zojuist is een atoombom met een kracht van één megaton TNT ontploft boven de vliegbasis De Peel. Een wolk met radioactieve deeltjes trekt bij een matige wind richting Helmond en Eindhoven. Iedereen wordt verzocht zich onmiddellijk rustig en ordelijk naar de dichtstbijzijnde schuilplaats te begeven.’

De twintig minuten durende radiodocumentaire sloeg in Zuidoost-Brabant in als een bom. Luisteraars ontvluchtten het vermeende rampgebied per auto. Taxi’s konden de vraag naar ritjes Antwerpen niet aan. Telefoons bij politie, brandweer en Omroep Brabant stonden roodgloeiend. Gezinnen verschansten zich in kelders. Vrouwen alarmeerden hun mannen op het sportveld en wedstrijden werden in allerijl gestaakt.

Hoe groot en wijdverbreid de paniek was, valt 35 jaar na dato niet meer nauwkeurig vast te stellen. Zeker is: een flink aantal luisteraars nam de documentaire voor waar aan en schrok zich wezenloos.

In de dagen na de uitzending trokken nationale en internationale media de vergelijking met de schokgolf die het hoorspel in 1938 in de Verenigde Staten had veroorzaakt. Bij het horen van nieuwsberichten over een invasie van Marsbewoners raakten de Amerikaanse luisteraars destijds massaal in paniek.

Elk tijdperk kent zijn eigen collectieve angsten.

Wat er misging

Verbindingskamer om communicatiekanalen aan elkaar te koppelen.
Opbergkast voor communicatieapparatuur in de atoombunker onder het Provinciehuis Noord-Brabant. Foto’s: Erik van der Burgt

Zo bracht mijn documentaire in 1981 de latente angst voor een kernoorlog aan de oppervlakte. Die moet gigantisch zijn geweest. Anders zijn de panische reacties niet te verklaren op wat ook destijds al een wat toon en geluid betreft nogal rechttoe rechtaan radioprogramma was.

Twee deskundigen beschreven wat er in de twintig minuten na de val van de bom zou gebeuren: een man van de Bescherming Burgerbevolking en een arts.

De BB-man riep de bevolking op tot kalmte, om bij de openbare schuilkelders vooral niet te dringen, er was toch niet voor iedereen plaats. Je kon je ook altijd in je kelder of het souterrain verbergen. Daar moest je natuurlijk wel zorgen dat je genoeg water en voedsel plus noodverlichting had.

Tussendoor citeerde de omroepster uit de Geheime wenken voor zelfbescherming in oorlogstijd. En ze las voor uit de Aanbevelingen van het ministerie van Binnenlandse Zaken bij een kernaanval. Ze hield ook de tijd bij: ‘U heeft nog 14 minuten, u heeft nog 8 minuten, u heeft nog 3 minuten.’

De arts schilderde apocalyptische taferelen. ‘Helenaveen bestaat niet meer. Iedereen die in Someren onbedekt buiten stond, is door de lichtstraling levend verbrand.’ In de overvolle schuilkelders voorzag hij ‘massale psychische ontsporingen.’ Zijn laatste woorden echoden in menige huiskamer nog lang na: ‘De overlevenden zullen de doden benijden.’

En kan de bom nu nog vallen?

Wie is er anno 2016 nog bang voor de kernbom? Die angst ging op in de veel grotere en vagere alomvattender angst voor mondiale dreigingen. Terwijl er nog alle reden is om bang te zijn voor een nucleair conflict. Meer dan ooit.

De twee supermachten van weleer - de VS en de Sovjet-Unie - hebben hun kernwapenarsenalen in de laatste helft van de vorige eeuw weliswaar sterk teruggebracht. Maar gesprekken over verdere vermindering liggen al zes jaar stil. In 2009 pleitte de Amerikaanse president Obama in Praag nog voor een kernwapenvrije wereld. Een jaar later tekende hij met de toenmalige Russische president Dmitri Medvedev een nieuw om elk het aantal operationele strategische kernkoppen tot 1.550 terug te brengen.

Sindsdien lijkt de slinger van de klok weer de andere kant op te slaan. Rusland wil zijn kernarsenaal niet verder verminderen. Het is juist bezig om dat grootscheeps te moderniseren. Voor het eerst in jaren beklemtoont Rusland het belang van tactische nucleaire wapens.

Intussen zijn ook de Verenigde Staten begonnen hun kernwapenarsenaal ingrijpend te vernieuwen. Geraamde kosten: 1.000 miljard dollar in dertig jaar. De president die kernwapens de wereld uit wilde helpen, gaat daarmee de geschiedenis in als de president die kernwapens een nieuw leven gaf.

Sinds het einde van de Koude Oorlog is het aantal kernkoppen in de wereld tot circa 10 procent teruggebracht: in totaal nog altijd zo’n 15.000. Maar de kans dat ze ook werkelijk worden gebruikt is de afgelopen 35 jaar niet zo groot meer geweest als nu, verklaarde eerder dit jaar de Russische kernwapenexpert Aleksej Arbatov. En het risico groeit, voegde de Amerikaanse oud-minister van Defensie William daaraan toe. Omdat Rusland openlijk zinspeelt op het inzetten van kernwapens, om zijn zwakte in conventionele bewapening te compenseren. Terwijl de Sovjet-Unie dat nooit nodig vond.

De Verenigde Naties doen deze maand een poging om het vastgelopen debat over beperking van kernwapens vlot te trekken. De Algemene Vergadering stemt over een onderhandelingsconferentie om tot een mondiaal kernwapenverbod te komen.

En een atoomaanval op vliegbasis De Peel? Het zou zomaar kunnen. Het is een publiek geheim dat dit de enige plaats is op Nederlandse bodem waar zo’n twintig Amerikaanse B61-kernbommen liggen opgeslagen. Ook die bommen staan op de nominatie om gemoderniseerd te worden. Al spreekt minister Bert van Buitenlandse Zaken liever over ‘updaten.’ Dat klinkt onschuldiger.

Lees ook: