Dit was jaar drie van De Correspondent (met een schuin oog op jaar vier)
In het derde jaar van ons bestaan wilden we vooral verbreden: meer vertellers, meer vertelvormen en hierdoor ook een grotere verscheidenheid aan verhalen. Na de verbreding volgt nu de verdieping: wat gaan we doen om onze journalistiek beter te maken?
Het begint een heuse traditie te worden: ons journalistieke en financiële jaarverslag.
Dus toen we aan het schrijven van dit jaarverslag begonnen, lazen we eerst ons verslag van vorig jaar terug.
We spaarden onszelf destijds niet:
‘De drie meest voorkomende kritiekpunten op De Correspondent zijn al een tijd dezelfde: jullie zijn te jong, jullie zijn wit en jullie stukken zijn moeilijk te volgen.’
Deze kritiek ging vorig jaar vergezeld van een vastberaden ‘Tijd om daar iets aan te doen.’
Want om echt context te kunnen leveren bij de wereld om ons heen, hebben we zo veel mogelijk verschillende perspectieven nodig. En dus zo veel mogelijk verschillende mensen.
Om te beginnen bracht het afgelopen jaar ons dus: veel nieuwe vertellers. Want we vinden de vertellers net zo belangrijk als onze verhalen.
De vertellers
Qua journalistieke ervarenheid maakten we een grote stap door een jaar geleden Marc Chavannes aan te nemen als onze nestor en correspondent Politiek. Intussen is Marc een onmisbare schakel geworden in de dagelijkse gang van zaken op onze redactie.
Marc haalt als meelezer de scherpe randjes van menig stuk af, of brengt juist de scherpte en het netwerk in dat meekomt met 43 jaar (!) ervaring in de journalistiek.
In tijden van terrorisme bijvoorbeeld - het afgelopen redactiejaar eerder regel dan uitzondering - zorgde Marc voor een doorwrocht historisch perspectief. Zo schreef hij na de aanslagen in Parijs over hoe Frankrijk al sinds de jaren vijftig te maken heeft met aanslagen.
Ook de balans tussen jeugd en ervaring is op de gehele redactie een stuk beter geworden dan toen we met De Correspondent begonnen.
We verwelkomen, kortom, ervaring. Maar dat de gemiddelde leeftijd bij ons 33 is, is ook iets waar we trots op zijn: het onderscheidt ons van de meeste krantenredacties in Nederland, waar de gemiddelde leeftijd iets boven de vijftig jaar ligt.
Ook qua man-vrouwverhouding zijn we inmiddels veel beter in balans - bijna fifty fifty zelfs. Overigens telt De Correspondent inmiddels ook vijf vrouwen in leidinggevende functies: Milou Klein Lankhorst (uitgeverij), Floor Milar (sprekersbureau), Jiefan Hsu (financiën), Sterre Sprengers (beeldredactie) en Mayke Blok ( Team Growth).
Dan de vaak herhaalde klacht over onze witheid. Die namen we het afgelopen jaar onder handen. We zijn blij met de eerste vorderingen:
Onze zoektocht naar meer diversiteit resulteerde in tientallen stukken en zo’n twintig nieuwe medewerkers, zowel freelance als in vaste dienst. In totaal heeft 22 procent van onze vaste redactieleden een niet-Nederlandse achtergrond (voor Nederland als geheel is dat 21 procent). De samenstelling ziet er als volgt uit:
Behalve een Correspondent College, waarbij we aspirant-journalisten trainen in onze journalistieke methode, organiseerden we ook Pitchdagen in Antwerpen, Maastricht, Rotterdam en Nijmegen. Want omdat er al zoveel journalistiek uit Amsterdam komt, leek het ons van belang ook journalisten uit andere delen van ons land aan het woord te laten.
Niet dat we zelf overigens allemaal uit Amsterdam komen. Integendeel, we komen uit alle uithoeken van Nederland:
Logischerwijs wonen veel redactieleden wel dicht bij hun werk, in totaal 29 van ons zitten in Amsterdam (waar de redactie is gevestigd). Toch zijn we qua woonplaats ook nog redelijk verspreid over het land.
Onze redactie reikt inmiddels ook ver buiten Nederland. Daarvoor stelden we dit jaar een international editor aan, Maaike Goslinga. Zij coördineert onze samenwerking met andere media en internationale auteurs. Op deze manier kunnen we steeds meer verhalen ter plaatse laten maken, door journalisten met expertise over het land of de problematiek in kwestie.
Zo hadden we een uitgebreide reconstructie van de onrust op oudejaarsavond in Keulen van twee lokale Duitse onderzoeksjournalisten, beantwoordde een van de meest prominente Britse politiek journalisten vragen van leden over Brexit en hadden we bijzondere reportages uit Afrika van Afrikaanse onderzoeksjournalisten.
Ook hebben we sinds vorig jaar een eigen vertaler, Erica Moore, die onze stukken naar het Engels vertaalt, en een Engelstalige socialemediaredacteur, Travis Mushett, die ze via onze Engelstalige nieuwsbrief en sociale media over de wereld verspreidt.
Dat heeft niet alleen veel nieuwe lezers buiten Nederland opgeleverd, maar ook samenwerkingen met Engelstalige journalisten, zoals correspondent Amerika voor Europeanen Sarah Kendzior. Stapje voor stapje bouwen we zo aan de internationalisering van De Correspondent.
In deze grafiek zie je waar al onze buitenlandse gastcorrespondenten wonen. Je kunt intussen met recht van een wereldwijd netwerk spreken:
Het derde verwijt dat ons vorig jaar trof, was dat onze stukken ‘moeilijk te volgen’ zouden zijn. Een nogal brede verzamelnaam voor een keur aan klachten: te lang, te veel moeilijke woorden, te zeer gericht op hetzelfde hoogopgeleide publiek.
Het eerste wat we daaraan deden was een tweede eindredacteur aanstellen: Anna Vossers.
We zijn niet meer gaan publiceren, dus elk stuk krijgt nu, met twee eindredacteuren, twee keer zoveel tijd, liefde en aandacht. Dat komt de toegankelijkheid alvast ten goede.
Maar natuurlijk zijn er ook genoeg leden voor wie video of audio betere dragers van informatie zijn dan het geschreven woord. Daarom investeerden we dit jaar ook stevig in nieuwe vertelvormen.
De vormen
Want soms is de beste manier om een verhaal te vertellen niet met woorden, maar juist met ijzersterk beeld.
Daarom verdubbelden we dit jaar ook onze beeldredactie: we stelden een tweede beeldredacteur en een tweede redactioneel vormgever aan, zodat we meer tijd en mankracht tot onze beschikking hebben om onze verhalen visueel te ondersteunen.
Verder huurden we een tweede podcastmaker in die - naast de wekelijkse podcast van Lex Bohlmeijer - met verschillende correspondenten mooie podcasts is gaan maken.
Zo zijn Rutger Bregman en Jesse Frederik onder leiding van Romanee Rodriguez samen de gastheer van een podcast, waarin ze economische en maatschappelijke kwesties becommentariëren.
Ramsey Nasr, Arnon Grunberg, Dick Wittenberg en Peter Vermeersch spraken hun verhalen in. En Johannes Visser begon een wekelijkse podcast met zijn leerlingen, waarin hij vanuit zijn eigen klas verslag doet over het onderwijs. Op dit front is er nog veel meer op komst.
Daarnaast hebben we bij De Correspondent nu ook een fulltime programmamaker in dienst: Machteld Vinkenborg. Zij organiseert grotere en kleinere evenementen, waarin we het gesprek met onze leden offline kunnen voortzetten.
Zoals op de uitverkochte avond over het belang van privacy in de Utrechtse schouwburg, of de al even drukbezochte avond over idealisme in de politiek met Femke Halsema.
Ook avonden als deze zijn nieuwe vormen voor onze journalistiek, waarin de ontmoeting tussen lezer en journalist immers centraal staat.
Ook hebben we een nieuwe functionaliteit geïntroduceerd: Thema’s. Met deze vertelvorm kunnen we onze journalistieke onderzoeken nog beter presenteren en volgbaar maken. Het staat nu nog in de kinderschoenen, maar we willen deze nieuwe functie het komende jaar uitbouwen tot toegankelijke spoedcursussen in de onderstromen van het nieuws.
We creëerden ten slotte het belangrijkste om aan al die nieuwe vertelvormen ook daadwerkelijk toe te komen, zonder onze kernopdracht uit het oog te verliezen: meer tijd.
Bijvoorbeeld door, als de actualiteit daarom vraagt, oude artikelen die opnieuw relevant zijn opnieuw onder de aandacht te brengen. Een aantal van onze best gelezen artikelen in 2016 was al jaren oud: geen wonder, want we volgen niet het nieuws, maar geven context bij de wereld om ons heen.
Met meer redactionele ondersteuning, meer budget voor audio en video en meer tijd om daar iets mee te doen, kunnen we voor steeds meer verschillende mensen een toegankelijk platform worden.
Tot slot willen we, zoals in ieder journalistiek jaarverslag, ook vooruitkijken. Waar willen we ons het komende jaar op richten?
De vooruitzichten
Het afgelopen jaar stond, zoals hierboven te lezen valt, vooral in het teken van verbreding.
Het komende jaar zal juist in het teken staan van verdieping. We willen niet zozeer méér gaan doen, maar vooral: wat we doen, béter gaan doen. Daarbij denken we als eerste aan de volgende drie pijlers:
1. Meer diepgang door journalistiek van de nog langere adem
Het eerste waar we het komende jaar meer tijd, geld en energie in gaan steken, is onderzoeksjournalistiek van de nog langere adem. Correspondenten hebben nu al een ongebruikelijke hoeveelheid tijd die ze in hun verhalen kunnen steken: gemiddeld zo’n vier weken voor een groot verhaal. Een luxe waar menig journalist die dagelijks een nieuw stuk moet produceren alleen maar van kan dromen. Maar omdat we enorm zijn gegroeid, kunnen we het ons permitteren nog dieper te graven.
De veiligheidsindustrie van Europa
Zo zijn we met in totaal twintig journalisten van negen vooraanstaande media uit zes verschillende landen een project begonnen om de Europese veiligheidsindustrie in kaart te brengen. De eerste verhalen verwachten we begin februari 2017 te publiceren. Niet alleen op ons eigen platform, maar tegelijk bij internationale publicaties als Die Zeit, Le Monde diplomatique, Vice en l’Espresso.
Verkiezingen 2017: geen woorden, maar daden
Daarnaast kijken we vooruit naar de Tweede Kamerverkiezingen van volgend jaar. Onze ambitie is groot: in samenwerking met de Universiteit van Amsterdam willen we een alternatieve stemwijzer bouwen. Een stemwijzer die niet is gebaseerd op beloftes in partijprogramma’s, maar op daadwerkelijk stemgedrag in het verleden. Geen speculatieve analyses over plannen en verkiezingsretoriek dus, maar onderbouwde terugblikken op hun prestaties in de afgelopen jaren.
Samen met leden een vluchteling volgen
Ook in het verschiet: een groot project van correspondenten Dick Wittenberg en Greta Riemersma over vluchtelingen. Een groep die alle aandacht krijgt als ze onderweg naar Europa is of net is aangekomen bij onze grens, maar die volledig uit beeld raakt wanneer ze eenmaal een verblijfsvergunning heeft gekregen. Juist dan willen wij onze blik op hen richten: hoe vergaat het deze mensen in dat cruciale eerste jaar in Nederland? We hopen dat enkele honderden van onze leden ons daarbij willen helpen door maandelijks met een vluchteling af te spreken. Een ambitieus plan, met als gedroomd resultaat een uniek inkijkje in het leven van mensen waar vooral over, maar zelden mee wordt gepraat.
Op tram 12 door Klein Nederland
Tot slot: Arjen van Veelen, tot voor kort onze correspondent Klein Amerika in St. Louis (VS), komt terug! En wel als correspondent Klein Nederland. Met zijn fantastische pen en een camera op zak zal hij (‘als Nederland-ondeskundige,’ zoals hij zelf zegt) op tram 12 door alle wijken van Den Haag reizen, op zoek naar een antwoord op de vraag: wat betekent het om Nederlands te zijn? De Hofstad is daarvoor de perfecte plek, want van de Transvaal tot het Binnenhof en van Scheveningen tot de Schilderswijk: het is heel Nederland in een notendop.
2. Meer diepgang door betere bijdragen
Het afgelopen jaar hebben jullie honderden nieuwe gezichten voorbij zien komen op De Correspondent. Logisch, want om diverser te worden, moet je veel nieuwe mensen een kans geven op je platform.
Het komende jaar willen we onze samenwerking met de beste van deze correspondenten versterken. Dat betekent: meer tijd in minder mensen steken. Zo hopen we, in de eerste plaats, onze stukken beter te maken. Maar ook: de band met jullie te versterken, want jullie leren de correspondenten dan beter kennen.
Want die band is niet alleen belangrijk omdat jullie onze journalistiek financieren. Die band is minstens zo belangrijk omdat jullie onze journalistiek verrijken met specifieke kennis en expertise. We willen dan ook blijven werken aan het verbeteren van de verschillende manieren waarop jullie je expertise met ons (en andere leden) kunnen delen.
Denk daarbij onder andere aan: het verbeteren van de bijdragensectie, betere notificaties en nieuwe kanalen waarop jullie anoniem misstanden kunnen melden. Ook willen we de interactie tussen leden en geïnterviewden versterken. Nu is het nog steeds zo dat wij voornamelijk de vragen stellen aan de mensen die in onze stukken worden opgevoerd. Maar het mooie aan een online platform is dat wij jullie ook de mogelijkheid kunnen geven met hen in gesprek te gaan.
3. Meer diepgang door thema’s, boeken en video’s
Tot slot willen we het komende jaar nieuwe thema’s ontwikkelen, nieuwe boeken uitgeven en nieuwe video’s gaan maken.
Wat dat eerste betreft: op dit moment zijn er vier thema’s online, te weten het basisinkomen, de prestatiemaatschappij en dementie.
Binnenkort zullen daar in ieder geval thema’s als armoede, vluchtelingen en privacy aan worden toegevoegd. Maar daar blijft het niet bij. Er zijn nog talloze grote thema’s, zoals handelsverdragen of privatisering, die het nauwgezet volgen meer dan waard zijn.
Ook zijn er nieuwe boeken op komst. In de afgelopen drie jaar hebben we vier succesvolle boeken uitgegeven: Gratis geld voor iedereen (Rutger Bregman), de Engelse vertaling Utopia for Realists,Waarom vuilnismannen meer verdienen dan bankiers (Rutger Bregman & Jesse Frederik) en Je hebt wél iets te verbergen (Maurits Martijn & Dimitri Tokmetzis).
In totaal verkochten we al bijna 59.000 boeken. In 2017 hopen we aan dit rijtje in ieder geval een boek van correspondent Sander Heijne over dertig jaar marktwerking in Nederland en een bundel van Arnon Grunberg over zijn hotelmensproject toe te voegen.
En, niet te vergeten: sinds kort hebben we bij De Correspondent een studio. Daar experimenteren we volop met het maken van video’s:
Het komende jaar hopen we ons nog meer te bekwamen in dit genre, onder andere door zogenoemde explainer-video’s te maken waarin we belangrijke ontwikkelingen visueel van context kunnen voorzien.
Kortom, we zitten nog altijd vol wilde plannen. Hopelijk blijf je bij ons om ze mee te helpen realiseren. En ervan te genieten natuurlijk!
Financieel jaarverslag
Benieuwd hoe we jullie geld precies uitgeven? In ons financiële jaarverslag zie je precies waar jouw 60 euro per jaar of 6 euro per maand aan wordt besteed: