Klopp en Hyballa: voetbaltrainers naar wie je heel lang kunt luisteren
Deze week hoorde en zag ik twee ongewone interviews met voetbaltrainers. Het ongewone was dat ze interessant waren.
Eentje was een interview met Jürgen Klopp, de trainer van Liverpool, op Monday Night Football, een voetbalprogramma van de grote commerciele zender Sky Sports. De andere was een interview met Peter Hyballa, de trainer van het Nederlandse NEC, op Incognitief, een podcast over (onder meer) voetbal.
Beide gesprekken zijn atypisch voor interviews met voetbaltrainers. Beide trainers klonken als gewone mensen, maar dan met extreem veel verstand van voetbal. Ze spraken open, humoristisch en met een prettig gebrek aan machismo. De gesprekken leken kortom in niks op de houterige en stekelige en oninteressante gesprekjes die je kent van televisie of radio.
Het scheelt natuurlijk dat het relatief goed gaat met NEC en Liverpool (of in het geval van NEC: niet hopeloos slecht). Dat maakt het makkelijker om te praten. Wat ook helpt: de interviewers waren er niet op uit om de gast pootje te haken. Ze proberen te begrijpen hoe iemand het spel benadert. Bij Klopp en Hyballa pakt dat geweldig uit. (Een goed voorbeeld hiervan is ook Jeroen Pauws interview met Max Verstappen.)
Hyballas ode aan de lange bal
Hyballa – een Duitser, maar hij spreekt Nederlands omdat hij een Nederlandse moeder heeft – praat over de modernisering van het Duitse voetbal, over tactiek, en over het belang van empathie. Hij zet een aantal aannames over modern voetbal op zijn kop – waar de lange bal van achteruit in Nederland geldt als stupide Neanderthalergedrag, omschrijft Hyballa het overtuigend en simpel als een slimme manier om snel veel tegenstanders uit te spelen.
Kortom: een kroeggesprek over voetbal, maar dan met een Eredivisietrainer. Hyballa begint op een zeker moment zo geestdriftig te praten, dat hij na een tijdje moet vragen wat de vraag van de interviewer ook alweer was.
Klopps antwoorden op vragen die nog niet eens zijn gesteld
Het gesprek met Klopp is gelikter – want commerciële televisie en geen podcast door liefhebbers – maar net als bij Incognitief valt de ontspannenheid op. Klopp gaat geen vraag uit de weg, geeft geen antwoorden van hooguit een paar woorden, maar begrijpt wat de interviewer wil en geeft soms al antwoorden op vragen die nog niet eens zijn gesteld. Een droom voor een tv-interviewer.
En hij geeft en passant een masterclass in het beantwoorden van kritische vragen. Als hij gewezen wordt op de verdedigende zwakte van de ploeg, schiet hij in de lach en zegt, alsof hij huilt van het lachen: ‘Ja, nog wel veel te doen he?’
Het aantal voetbaltrainers dat eerder zo reageerde, live op tv? Nul.
De interviewers van Sky lijken Klopp op sommige momenten bijna verliefd aan te kijken en je snapt eigenlijk wel waarom. Klopp wekt bromance-gevoelens op in voetbalmannen.
Hij ademt voetbalkennis uit: hij legt precies uit wat de rol van welke speler als zijn team een corner verdedigt. Gedetailleerd en geeky, maar toch begrijpelijk. Hij legt uit wat een speler – Ragnar Klavan – fout doet, zonder dat het klinkt alsof hij hem publiekelijk bekritiseert. En van ernst switcht Klopp in een paar seconden naar zelfspot.
‘Ik hield te veel van het spel om er niet mee te stoppen,’ zei hij over zijn carrière als (matige) speler. ‘Ook al zou [stoppen] niet slecht zijn geweest voor de teams waarin ik speelde.’
Natuurlijk: na een handjevol verloren wedstrijden zal ook Klopp het moeilijk krijgen. En dan geldt zijn jovialiteit opeens niet meer als ‘ontspannen’ maar ‘ongepast frivool’ of zoiets. Maar tot die tijd is komt hij dicht in de buurt van de ideale trainer.
Kijk hier het interview met Klopp bij Monday Night Football terug Luister hier het interview van Incognitief met Peter Hyballa Kijk hier het interview van Jeroen Pauw met Max Verstappen terug