Leden van De Correspondent voerden de afgelopen weken gesprekken met bijna 300 vluchtelingen, verspreid over het hele land. Dat deden ze aan de hand van een reeks vragen in het kader van het initiatief Nieuw in Nederland. Vragen die als graadmeter dienen voor de mate waarin nieuwkomers hun draai vinden in Nederland.
De antwoorden leverden een schat van informatie op. Wat doen wij daarmee?
Allereerst verwerken we de duizenden reacties op 29 meerkeuzevragen. Dat is een tijdrovende klus die een zorgvuldige, planmatige aanpak verdient. Correspondent Ontcijferen Sanne Blauw ontfermt zich daarover. Zodra we voldoende overzicht hebben, komen we met cijfers en trekken we voorzichtig eerste conclusies.
Wat we bij voorbaat wisten: ons onderzoek is niet representatief. Nieuwkomers die meedoen aan Nieuw in Nederland, vormen geen getrouwe afspiegeling van de groep vluchtelingen die sinds begin vorig jaar in Nederland een verblijfsvergunning kreeg. Syrische vluchtelingen zijn oververtegenwoordigd en veruit in de meerderheid. De meeste vluchtelingen die meedoen, spreken Engels of Nederlands, min of meer, en zijn middelbaar of hoger geschoold.
We illustreren onze bevindingen de komende weken met journalistieke verhalen. Morgen alvast een korte reportage: snakken naar contact. En volgende week antwoorden uit honderden kelen op een van de open vragen die wij stelden: wat moeten Nederlanders weten om te begrijpen hoe jij je voelt in hun land?
/dc-useruploads-images/25da21364d054f31aaf0ba46f84366e4.png)