Tien huisregels voor bijdragen op De Correspondent
Bij De Correspondent zien wij journalistiek als een gesprek tussen journalisten, experts en leden. Hoe voeren wij dat gesprek het liefst? Daarover gaat dit stijlboek voor bijdragen op De Correspondent.
Wij zien De Correspondent niet als een medium dat enkel informatie zendt, maar als een journalistiek platform waar correspondenten met leden in gesprek kunnen gaan.
De bedoeling van dit gesprek is om kennis, expertise en ervaringen uit te wisselen over de belangrijkste ontwikkelingen van onze tijd.
Jullie nieuwsgierigheid, kennis en ervaringen vormen een belangrijke brandstof voor onze verhalen. Want duizend leraren, studenten en ouders van schoolgaande kinderen weten meer dan één correspondent Onderwijs.
Door deze kennis met elkaar te delen, informeert onze journalistiek niet alleen jullie, maar verrijken jullie ook onze journalistiek.
Om dit gesprek optimaal te voeren, hebben wij tien huisregels geformuleerd voor bijdragen op De Correspondent.
1. Bijdragen kan alleen onder je echte en volledige naam
Op De Correspondent publiceren alle journalisten onder hun eigen naam. Ook bronnen worden niet anoniem opgevoerd, tenzij er een zwaarwegende reden is daarvan af te wijken.
Datzelfde geldt voor bijdragen op De Correspondent. Anoniem bijdragen kan wel per mail, al dan niet versleuteld. Anonimiteit is het meest gegarandeerd per post.
2. Deel eerst wat je weet, dan pas wat je vindt
Het belangrijkste doel van de bijdragen op De Correspondent is het uitwisselen van kennis, expertise en ervaringen over het onderwerp ter sprake.
Dat kan boekenwijsheid zijn, maar ook ervaringsdeskundigheid. Het uitwisselen van ervaringen en verschillende perspectieven is dé manier om uiteenlopende belevingswerelden bij elkaar te brengen. Ook daar is het gesprek op De Correspondent voor bedoeld.
Om duidelijk te maken wat de bron van je expertise is, kun je achter je naam een expertisetitel invullen, zoals ‘student medicijnen’ of ‘patiënt.’
Heb je geen kennis over het onderwerp? Deel dan vooral je nieuwsgierigheid. Een goede vraag kan ook een zeer waardevolle bijdrage zijn.
3. Verbreek de stilte pas als je haar kunt verbeteren
Beethoven heeft ooit gezegd dat je de stilte pas moet verbreken als je haar kunt verbeteren.
Kijk dus eerst wat anderen al over het onderwerp hebben gezegd en bedenk wat je daaraan kunt toevoegen. Kwaliteit is belangrijker dan kwantiteit.
4. Formuleer je bijdrage als aanvulling, niet als aanval
Een journalistieke productie heeft bij ons nooit het laatste woord. Het zijn altijd tussentijdse conclusies in het onderzoek van een correspondent. Bijdragen zijn bedoeld om dit onderzoek aan te vullen, niet aan te vallen. Beschik jij over kennis die de strekking van een artikel onderuithaalt of in een ander licht zet? Tref je feitelijke onjuistheden aan? Wijs daar dan op constructieve wijze op, zodat het de correspondent, andere leden en het onderzoek verder helpt.
5. Onderbouw je bijdrage door te linken naar bronnen
Van correspondenten wordt verwacht dat ze hun journalistiek zo veel mogelijk onderbouwen met bronnen. Datzelfde geldt voor de bijdragen. Link in je bijdrage daarom, waar mogelijk, naar bronnen die je beweringen staven of illustreren.
Dat kunnen artikelen of onderzoeksrapporten elders zijn, maar ook producties of eerdere bijdragen op De Correspondent zelf. Anekdotes uit eigen ervaring zijn uiteraard ook welkom. Een link naar een bijdrage maak je zo:
6. Blijf bij het onderwerp dat ter sprake is
Wij beschouwen bijdragen als een verlengstuk van onze journalistiek. Draag daarom bij aan het onderwerp dat in het artikel ter sprake wordt gesteld. Off topic reageren, of onder ieder stuk dezelfde bijdrage herhalen, is niet bedoeling. De oproep onder een stuk vormt een goede indicatie welke bijdragen de correspondent hoopt dat je met hem of haar deelt.
Wil je een nieuw onderwerp binnen een thema aandragen? Dat kun je onderaan elke themapagina doen, of door de correspondent(en) in kwestie te mailen.
7. Voer een gesprek van mens tot mens
Van oudsher bestond de interactie tussen krant en publiek eruit dat lezers een brief naar ‘het instituut’ konden sturen. Persoonlijk contact tussen lezer en journalist was er vaak niet bij.
Bij De Correspondent proberen we het gesprek van mens tot mens te voeren. Wees gerust persoonlijk in je bijdragen, spreek correspondenten rechtstreeks aan.
Bijdragen van mens tot medium - ‘Dit hoort niet thuis op De Correspondent’ - laten we liever achter in het krantentijdperk.
8. De Correspondent is een platform, geen dagboek
Op een persoonlijke manier met elkaar in gesprek gaan, is het devies. Tegelijkertijd houden we dat gesprek wel graag journalistiek en inhoudelijk van aard.
De Correspondent is een journalistiek platform, geen dagboek of chatbox. Bijdragen of gesprekken van leden onderling die zeer particulier van aard zijn, en daarom niet interessant voor de correspondent of voor andere leden, hebben we liever niet.
9. Over de scheidsrechter wordt niet geklaagd
De hoofdredactie van De Correspondent kan er in bepaalde gevallen toe besluiten een bijdrage te verwijderen. Dat kunnen we doen in de volgende gevallen:
- Je bijdrage is in strijd met (een van) de huisregels
- Je slaat in de bijdragen steeds op hetzelfde aambeeld
- Je bijdrage is racistisch, discriminerend of bedreigend
- Je speelt op de man/vrouw
- Je bijdrage bevat gescheld of geschreeuw
- Je bijdrage bevat aperte onwaarheden of verdachtmakingen
- Je bijdrage is destructief of sfeerverziekend
Als lid kun je ongepaste bijdragen rapporteren. Dat kan zo:
Eventuele verwijdering van een bijdrage gaat altijd gepaard met een motivatie per e-mail. Mocht iemand herhaaldelijk de regels overtreden, dan kunnen we deze persoon de mogelijkheid om bij te dragen ontnemen. Klachten over de moderatie in de bijdragensectie zelf zullen altijd worden verwijderd.
10. Wat u niet wil dat offline geschiedt, doe dat ook online niet
Direct naar regel 10 gegaan? Dan volgt hier ons stijlboek. in een notendop:
Stel, we voeren dit gesprek niet via een scherm, maar in het echte leven. Hoe zou je dan willen worden aangesproken? Aan wat voor gesprek zou je het meeste hebben? Hoe voer je dat gesprek op zijn best? De antwoorden daarop, dat is waar we ook op De Correspondent op hopen.