’s Werelds nieuwste moslimopstand woedt in Birma

Afgelopen oktober en november voerden gewapende mannen enkele dodelijke aanvallen uit op Birmese grensposten in het westen van het land. In reactie daarop doodde het Birmese leger tientallen Rohingya’s, een islamitische minderheidsgroep die al jaren wordt gemarginaliseerd en vervolgd. Tientallen dorpen werden met de grond gelijkgemaakt en honderden Rohingya’s sloegen op de vlucht.

Het was onduidelijk of de Rohingya’s echt achter de aanval op de grensposten zaten. Hoewel ze al generaties stelselmatig worden onderdrukt, was er van georganiseerd gewapend verzet geen sprake. Ze maakten geen schijn van kans en het zou hun positie alleen maar zwakker maken, vertelden ontheemde Rohingya’s mij toen ik hen vorig jaar bezocht.

Aan die houding lijkt nu een eind te komen. Onderzoekers van de International Crisis Group spraken met een aantal leden van de Harakah al-Yaqin, die de aanvallen op de grenspost opeisten. De groep bestaat uit Rohingya’s die de oorlog verklaren aan de Birmese autoriteiten en lijken goed te zijn georganiseerd, schrijft Time. Zo bereiden ze zich sinds 2012 voor op de strijd en werden de afgelopen twee jaar honderden strijders getraind. Hun leiders wonen in Saoedi-Arabië, waar ze financiële steun voor hun strijd ontvangen.

Het is een moment waarop je kon wachten. De uitzichtloosheid en het dodelijke racisme dat de Rohingya’s doormaken zorgt voor veel woede, zag ik vorig jaar. Hoewel het overgrote deel van de Rohingya’s niets met geweld te maken wil hebben, is het aannemelijk dat de gewapende strijd zal toenemen. Daarvoor is de jarenlang opgekropte frustratie bij veel (vooral jonge) Rohingya’s te groot.