Nog één keer: Obama, de president met de hartverwarmendste lach ooit

Sterre Sprengers
Front-end developer
Alle foto's: Pete Souza / the White House

Acht jaar lang maakte Witte Huisfotograaf Pete Souza wekelijks zo’n 20.000 foto’s van president Barack Obama. Door de verkiezing van Donald Trump ben ik anders gaan kijken naar dezelfde foto’s van Obama.

Gek toch hoe dat werkt met foto’s. Ook al tonen ze precies hetzelfde als jaren geleden, toch verandert hun lading. Wat nieuwsfoto’s van Barack Obama waren, worden relikwieën van zijn presidentschap. En nu Donald Trump zijn opvolger wordt, zijn de foto’s van Obama al helemaal niet meer hetzelfde.

Wat we zien, bepaalt onze beeldvorming. We vormen er onze mening en ideeën over de wereld mee. Logisch dus dat presidenten zo veel mogelijk regie willen voeren over de beelden die wij van hen te zien krijgen.

Acht jaar lang maakte Witte Huisfotograaf Pete Souza wekelijks zo’n 20.000 foto’s

Niet eerder liet een president zoveel foto’s van zichzelf maken en delen. Acht jaar lang maakte Witte Huisfotograaf Pete Souza wekelijks zo’n 20.000 foto’s. 6.500 foto’s kwamen op de officiële van het Witte Huis.

Jarenlang struinde ik door die foto’s, op zoek naar patronen. Want in de herhalingen wordt de bewust ingestoken beeldvorming van Obama zichtbaar. Kijk je naar een foto, dan lijkt het een uniek moment. Toeval. Zo interpreteren we nieuwsfoto’s als specifieke gebeurtenissen. Maar zie je zo’n foto in een verzameling met allemaal soortgelijke foto’s, dan krijg je een glimp te zien van het beoogde doel erachter.

Nu het einde van zijn presidentschap in zicht is, is het tijd om de balans op te maken. Welke facetten van zijn beeldvorming hebben tot het eind standgehouden? Wat valt er op? En wat zegt dat over de manier waarop we deze president zullen herinneren?

Obama en zijn geheim in de liefde

Zit je dan, als vrouw van. Je man wilde de machtigste man ter wereld worden en dat is hem nog gelukt ook. Zijn carrière is bepalend voor die van jou. Je hebt een rol te vervullen, want de presidentsvrouw is de stille kracht achter het succes van haar man. Zij is zijn steun en toeverlaat, staat altijd voor hem klaar en is de moeder van zijn kinderen. Aan haar zijde kan hij zijn liefdevolle, verzorgende, trouwe kant tonen.

Deze verzameling gaat over Michelle aan Baracks zijde. Als presidentsvrouw, tijdens officiële gelegenheden. En als zíjn vrouw, tijdens de privémomenten.

Presidentsvrouw

Terwijl de hele wereld meekijkt, omhelst Barack zijn vrouw op het podium. Al geeft hij de slechtste speech van zijn leven, zij zal hem altijd omhelzen. In elk geval als de camera’s erbij zijn, als iedereen toekijkt. Hier vervult Michelle de rol die van haar verwacht wordt. Zoals het hoort. Een vrouw die haar man steunt. Haar liefdevolle, verzorgde en oprechte voorkomen straalt op hem af. Zij accentueert zijn goede eigenschappen en kan hem, achter de schermen, van slechte beslissingen weerhouden.

Niet dat de liefde minder oprecht is of niet gezien mag worden, maar ze vervult een andere functie

Ieder liefdespaar kent het verschil tussen de intimiteit samen of in het openbaar. Een zoen en innige omhelzing voelen anders als er wordt toegekeken. Het voelt vaak ongemakkelijk. Daardoor wordt het gebaar van liefde meer demonstratief, meer een statement. Niet dat de liefde minder oprecht is of niet gezien mag worden, maar ze vervult een andere functie. Ze is bewijsvoering. Zoals een bruidspaar kust ter bezegeling van de zojuist gezworen eeuwige liefde en iedereen dat mag toejuichen.

Haar toe-eigenen hoeft Barack niet meer te doen, want hij heeft geen concurrentie te duchten. Maar het is wel belangrijk dat hij steeds weer laat zien dat hij van haar houdt en dat hun relatie gezond is. Want elke suggestie van desinteresse of afwijzing kan in de roddelpers een heel eigen leven gaan leiden. Ruziemaken doe je maar in je eigen tijd. In het openbaar is de liefde werk.

De vrouw

Meestal voert Obama het hoogste woord als ze samen in het openbaar verschijnen. Maar zo af en toe treedt Michelle uit zijn schaduw en is alle aandacht op haar gericht. Dan doet Barack letterlijk een stapje terug. Ook zijn aandacht is op haar gericht. Hij is trots op haar. Genietend kijkt hij naar deze mooie vrouw, zich ervan bewust dat alle aanwezige lenzen hem niet buiten beeld zullen laten.

Zíjn vrouw

Het grote verschil tussen foto’s van persfotografen en die van Pete Souza is dat hij ook tijdens privémomenten mag fotograferen. Hij kan dus vastleggen hoe Michelle en Barack soms even met z’n tweeën zijn.

Hier is een glimp vastgelegd van een stoeiend en liefkozend echtpaar. Het is te zien dat ze nog steeds bewust zijn van de aanwezigheid van anderen, want ze zijn wat terughoudend in hun lichaamstaal. Maar dat ze juist op deze niet-ceremoniële momenten toenadering tot elkaar zoeken, is een pluspunt voor de liefde.

Zijn liefde

Beeldvorming of niet, dit is een hartverwarmende verzameling. Beeldvorming hoeft niet geforceerd en onecht te zijn.

Wanneer de foto’s naast elkaar liggen, wordt een patroon zichtbaar. Het gaat om de manier waarop Barack contact zoekt met zijn vrouw. Het is subtiel en in elk afzonderlijk beeld zo vanzelfsprekend dat het niet eens opvalt.

Maar kijk goed. Altijd is hij het die toenadering zoekt tot haar. Hij die een arm om haar heen legt en haar een kus geeft. Hij die haar aan het lachen maakt. Hij die naar haar toebuigt en zijn hoofd tegen dat van haar legt. En zij ontvangt zijn liefde altijd. Door haar hoofd te buigen, zich in zijn armen te leggen, door om zijn grap te lachen of hem plagerig weg te duwen. Een subtiel, maar veelzeggend detail. De rollen zijn verdeeld. Dit is hun geheim in de liefde.

Obama, zijn uitzicht en het verlangen

Een man staat voor zijn raam, hij kijkt naar buiten. Is er net iets ergs gebeurd? Wacht hij ergens op? Kijkt hij genietend naar de bomen die in de wind bewegen? Is hij in gedachten verzonken? Of kijkt hij wat voor weer het is, omdat hij zo zijn honden wil uitlaten?

Deze beelden laten weinig zien, maar verbeelden des te meer. Over die poëtische verbeelding gaat deze verzameling.

Je ziet bijna niet dat het Obama is die op de foto’s staat. De afstand waarvan hij is gefotografeerd, maakt hem klein in de ruimte. Zoals in de schilderkunst ten tijde van de romantiek de mens werd afgebeeld als een nietig wezen in de overweldigende zo wordt hier het fysieke voorkomen van de president tegen het licht van zijn zeer omvangrijke verplichtingen gehouden.

Dat zie je ook letterlijk op de foto’s. Op sommige beelden lijkt het donker binnen, maar dat zal het in werkelijkheid niet zijn. Contrast, verhoogd door tegenlicht, is een van de gereedschappen van een fotograaf. Wat met het blote oog nog goed zichtbare vormen zijn, wordt op de foto door tegenlicht een silhouet. De donkere beelden zijn mysterieus. Zwaar en beladen. Het kan niet anders of hier wordt over belangrijke dingen nagedacht. Esthetiek is een mooi gereedschap voor beeldvorming.

De neoclassicistische interieurs maken de kamers tot gewichtige ruimtes met een historisch tintje. Te midden van al die macht en pracht staat een man in ruststand. Hij heeft meestal zijn handen in zijn zakken, of op zijn rug. Hoewel in elke kamer vele ramen zijn, heeft hij duidelijk zijn voorkeuren. Het zal met het uitzicht te maken hebben, dat bij sommige ramen wordt belemmerd door de bomen.

Soms lijkt hij meer voor zich uit te staren, achteroverleunend en zijn gezicht gericht op de lucht. Op andere momenten lijkt hij door zijn naar voren gebogen houding echt naar iets te kijken. Maar waar hij precies naar kijkt, weten we niet. Dat is juist de kracht van deze beelden. Een raam suggereert een buitenwereld. Waar een deur nog toegang biedt tot die buitenwereld, is een raam doorzichtig en tegelijk een hermetisch sluitende muur. Binnen gelden regels, buiten de zorgeloze vrijheid. Had Obama niet soms ook een dag even geen president willen zijn?

Het is een wij-zij-gevoel. Er is geen contact. Wat er ook gebeurt binnen, buiten zal alles ongestoord doorgaan. Maar ook andersom. Want ook al sneeuwt het buiten, de president kan de hele dag in zijn zwembroek rondlopen, als hij dat wil. Maar de kleren van de president verraden geen jaargetijden, want binnen is het altijd even warm. Alleen details als een kerstboom geven een gevoel van het verstrijken van de tijd.

Meestal lijkt hij alleen te zijn in de ruimte, maar aan de rand van het beeld of in de weerspiegeling van glas zijn andere mensen te zien. Het zal er dus ook niet altijd zo stil zijn als de beelden suggereren.

Dat wij-zij-gevoel is in het geval van Obama eigenlijk een ik-zij-gevoel. Dat is wat de foto’s uit deze verzameling verbeelden. De ruimtes met neoclassicistische uitstraling: hij treedt in de voetsporen van zijn voorgangers. De president klein, de ramen gigantisch: hij heeft zijn leven in dienst gesteld van zijn taak. Het spel met het licht: zijn verplichtingen zijn gewichtig. Het eenzaam staren naar de onbezorgde buitenwereld: alleen hij en zijn voorgangers kennen het gewicht van deze zware taak.

It’s lonely at the top.

Obama en zijn aanstekelijke lach

Stel, je ontmoet de president van de Verenigde Staten voor het eerst. De eerste paar minuten zijn wat ongemakkelijk. Je kijkt wat om je heen. Het Oval Office ziet er in het echt precies zo uit als op de foto’s. President Barack Obama eigenlijk ook. En al doet hij gastvrij, het machtige decor blijft imponerend.

Gelukkig glimmen jouw schoenen net zo hard als die van hem. Je mag gaan zitten en zakt weg in de zachte kussens. Zou die schaal met appels alleen voor de sier zijn? Het is er brandschoon, en de inrichting is huiselijk, bedoeld om je comfortabel te laten voelen. Daar zit je dan, na te denken over hoe je het gesprek begint. Meteen de diepte in of eerst wat koetjes en kalfjes?

Dan, ineens, maakt de president een grapje. Je bent gered! Met een luide bulder laat je alle spanning uit je lijf stromen. Ter versterking sla je met je hand ook nog eens hard op de leuning van de bank. De president kijkt tevreden toe hoe je om zijn grapje lacht. Het ijs is gebroken.

Glimlachen is wenselijk. President Obama doet - anders dan zijn baan doet vermoeden - bijna de hele dag niet anders, blijkt uit de foto’s. Met een brede glimlach schudt hij elke hand, poseert hij voor elke foto en opent hij elk staatsbezoek. Hij glimlacht naar vriend en vijand.

Glimlachen is een masker waarachter heel andere emoties schuil kunnen gaan. Elk cultuurverschil kan ermee worden overbrugd. Maar alleen als de glimlach oprecht is. Zeker voor een foto, die onverbiddelijk elke seconde van ongemak kan blootleggen, of suggereren, is die oprechtheid van belang.

Echt lachen is iets wezenlijks anders dan glimlachen. Het is een kortsluiting in de hersenen, een fysieke reactie op iets onverwachts. Lachen is gezond, werkt relativerend en verbindend. Het is een uitbundige uitlaatklep voor wat zich achter het masker afspeelt.

Oprechtheid, spontaniteit en optimisme zijn eigenschappen waarmee de president graag geassocieerd wil worden. Maar zowel dat spontane lachen als die associaties kan hij niet afdwingen. Daarom komen de foto’s van Pete Souza goed van pas. Hij kan die lach, een van de geheime wapens van Obama, vastleggen.

Want wat is het toch met die foto’s waarop Obama lacht? Hij lacht altijd ongeveer hetzelfde. Meestal met zijn mond open. Hij trekt zijn bovenlip op, waardoor een rij witte tanden zichtbaar wordt. In zijn wangen ontstaan lange plooien tot aan zijn kin. Dubbele plooien zelfs, aan beide kanten twee. Die accentueren zijn mond en maken zijn lach nog groter. Zijn hoofd kantelt. Met zijn lijf beweegt hij naar achteren, zodat hij de grap echt over zich heen kan laten komen. En zijn ogen? Die knijpt hij dicht, waardoor ook daar lange horizontale lachrimpels tevoorschijn komen. Het is aandoenlijk, dit spasme van de president, die kortstondige kortsluiting in zijn hoofd. Hij laat zich even gaan. Obama is niet stijf, hij lacht met zijn hele lijf.

Op sommige foto’s is de aanleiding voor Obama’s gelach zichtbaar. Vaak laat iemand iets zien, zoals een foto of een beeldscherm, en zegt daar iets bij. Maar we zien zelden wat hij te zien krijgt.

Misschien wordt er iemand uitgelachen, of lachen de gefotografeerden om dingen die wij helemaal niet grappig zouden vinden. De mensen eromheen lachen met Obama mee, maar nooit zo hard als hij (visueel dan). Het maakt niet uit wat de grap is. Deze foto’s gaan over de uitbundige lach van de president.

Omdat een president zich niet snel zal verliezen in een slappe lach, is het moment altijd kort en onverwacht. Die eerste bulder is het beste, die moet Pete Souza fotograferen. Tijdens die kortsluiting reageert iedereen instinctief. Dan buigen lichamen naar elkaar, worden handen op schouders gelegd, zoeken sommige blikken naar herkenning en is in andere blikken het genot te lezen van de erkenning van hun grap.

En daarmee slaat Obama met zijn lach twee vliegen in één klap. Want zoals samen lachen een gevoel van saamhorigheid geeft, zo zorgen de foto’s van Pete Souza ook voor verbinding. Bij het bekijken van de foto’s in deze verzameling heb je vast al eens moeten glimlachen. De foto’s geven je een goed gevoel.

Oké, Obama kan dus goed lachen. En hij kan goed mensen laten lachen. Maar heeft hij ook humor? Daarmee bedoel ik niet de bedachte humor, zoals de gevatte grappen die hij samen met een heel team bedenkt. Niet de grappen die hij tijdens zijn speeches goed weet in te zetten, en waarvan hij met zichtbare tevredenheid het gelach incasseert. Niet de grappen die bedoeld zijn om het ijs te breken. Nee, een echt goede grap, die schuurt, die gewaagd en onverwacht is.

Humor laat zich niet gemakkelijk fotograferen, omdat de grap meestal in woorden wordt gemaakt. Maar ik heb ’m gevonden, de foto die bewijst dat Obama wel degelijk humor heeft. De foto die deze verzameling afmaakt:

Obama en de grote uitzondering

Al tijdens een van mijn eerste zoektochten door het archief was er één foto die opviel. De foto kreeg een eigen mapje, omdat hij nergens bij leek te horen. Het mapje werd niet verder aangevuld; de foto bleef de grote uitzondering.

Kijk hem daar staan, de president van de Verenigde Staten. De machtigste man van de westerse wereld. Voor een enorme boeddhistische tempel. Op zijn blote voeten.

Hij is opgetogen. Verrast misschien. Door de plek? Over zijn eigen blote voeten? Hij kijkt recht in de lens. Hij poseert duidelijk niet, er zit nog beweging in. Op de foto lijkt hij alleen, maar hij legt dit bezoek af met een hele delegatie. Maar waarom staat hij daar dan alleen en kijkt de rest toe? Hij wil dit moment delen met de camera. Of met wie er dan ook naar hem kijkt.

Obama is op bezoek bij in Birma. Een van de plichtmatig- en plechtigheden is zijn bezoek aan Shwedagonpagode, een boeddhistisch tempelcomplex in de stad Rangoon. Het is heilige grond en Obama moet zijn schoenen en sokken uitdoen.

Dat Souza ook verrast is, zie je aan de compositie

Bijna nooit zien wij Obama door Souza van top tot teen gefotografeerd. Zeker niet zo. Maar het zijn niet alleen die die deze foto uitzonderlijk maken. Deze foto is uniek, omdat zij in bijna alles verschilt van alle andere foto’s uit het fotoarchief van Souza.

Obama is verrast en deelt zijn verwondering direct met de fotograaf. Iets wat hij normaal niet doet. Meestal negeert hij Souza. Daarin zit juist de kracht van zijn beelden. Souza kan met zijn camera overal bovenop zitten, zonder dat zijn aanwezigheid invloed heeft op de situatie.

Maar dat is hier anders. En dat Souza ook verrast is, zie je aan de compositie. Meestal is hij dicht bij de president, nu niet. Meestal heeft Souza controle over de kadering. Maar ook die is nu wat slordig. Veel voorgrond, en de tempel staat er niet helemaal op. Eigenlijk is het helemaal niet zo’n ‘goede’ (of: esthetisch verantwoorde) foto, zeker niet naar de maatstaven van Souza. De compositie is te willekeurig, de president te klein. Eigenlijk toont deze foto alleen een blije man op blote voeten. Een typische vakantiefoto voor in het familiealbum. Meer niet.

Wat een aandoenlijke foto eigenlijk. Zo echt, zo oprecht.

Beeldvorming werkt

Het hele Witte Huis-fotoarchief van Pete Souza ken ik inmiddels van achteren naar voren. Als ik Obama op televisie of in de krant zie, bekruipt mij een vreemd gevoel van herkenning. Simpelweg doordat ik inmiddels vele uren naar hem heb gekeken. Ik heb het gevoel dat ik alles van hem weet. Of in elk geval, alles waarvan hij heeft gekozen dat ik het mag weten. Zoals zijn huidige voorkeur voor blauwe stropdassen, terwijl hij vroeger ook vaak rode droeg; tegen welk stukje bankleuning hij het liefste leunt; de hamburger die hij graag eet; het geheim in zijn liefde voor Michelle.

Elke nieuwe foto die Souza in de afgelopen jaren aan het archief toevoegde, verraste me niet meer, maar bevestigde wat ik al had ontdekt. Dat is de kracht van beeld en herhaling, oftewel: van beeldvorming. Het wekt de illusie iemand te laten zien zoals hij is. Je denkt iemand te leren kennen, te begrijpen en te waarderen.

Op vakantie

Terug naar deze ene ‘grote uitzondering.’ Hoe is deze foto in het archief terechtgekomen? Ik bleef deze foto maar als ‘de grote uitzondering’ zien, tot ik moest denken aan het stuk ‘De schrijver op vakantie’ van

Zijn uitleg duidt een tegenstelling die ook in dit beeld verborgen zit. De enige aanpassing die daarvoor nodig is, is overal het woord ‘schrijver’ vervangen door ‘president.’ Dan wordt duidelijk hoe ook deze foto bijdraagt aan de beeldvorming over Obama.

De aanleiding voor Barthes’ analyse is een foto die is gepubliceerd in het Franse tijdschrift Le Figaro, waarop een bekend schrijver op vakantie is afgebeeld. Het is ogenschijnlijk een heel alledaags tafereel. Maar juist door die herkenbare, ordinaire setting heeft hij de mogelijkheid zich van een menselijke kant te laten zien:

In die alledaagsheid denk je een overeenkomst tussen de president en je eigen leven te herkennen

‘De ‘natuurlijkheid’ waarmee men onze president [was: romanschrijvers] vereeuwigd heeft, dient in feite om een sublieme tegenstrijdigheid te vertolken tussen het prozaïsche bestaan dat een al te materialistische tijd hen bezorgt en het grote prestige waarmee de burgerlijke maatschappij zo vrijgevig is als het haar mensen van de geest betreft (mits zij zich onschadelijk betonen). De wonderbaarlijke uitzonderlijkheid van de president [was: schrijver] blijkt wel uit het feit dat hij gedurende die vakantie, die hij broederlijk deelt met arbeiders en witte boorden, voortdurend doorgaat met werken, althans met produceren. Hij is geen echte werker maar ook geen echte vakantieganger.’

In die alledaagsheid denk je een overeenkomst tussen de president en je eigen leven te herkennen. Hierdoor kan je je als kijker geroerd en gevleid voelen. Want dat jij en Obama allebei een blauwe stropdas dragen, suggereert een verwantschap. Net als dat hij zich op eenzelfde manier voor de tempel laat fotograferen als jij voor de Eiffeltoren poseert.

Het lijkt demystificatie, maar het tegendeel is waar. Dit is een bewuste mystificatie van de presidentiële verschijning. Waarbij ook Obama wil voldoen aan de verwachting die men van een president heeft.

Dat alles leidt tot hetzelfde idee van de president [was: schrijver] als bovenmenselijk, geheel ander wezen dat de maatschappij etaleert om des te beter te kunnen manipuleren met de gemaakte uitzonderlijkheid die zij hem toestaat.

Meer dan ooit laat hij baby’s vliegen

Dit is de snelst groeiende verzameling gebleken. Door de jaren heen is Obama dit meer en meer gaan doen, met het absolute hoogtepunt aan het einde van zijn carrière. Hij laat baby’s vliegen en lachen. Hij kust ze en rolt met ze over de grond. Hij laat zich overspoelen door groepen gillende kinderen. Je zou bijna vergeten dat het hier om een president gaat. En als je ziet hoe vertederd iedereen toekijkt, dan weet je dat hij hiermee punten scoort.

Obama vindt kinderen echt leuk, dat zie je zo. Maar ze zijn ook een mooie metafoor, een goed ingrediënt voor zijn beeldvorming. Kinderen staan symbool voor onschuld en kwetsbaarheid, voor mogelijkheden en toekomst. En ik kan me bij het zien van die recente toename in foto’s maar niet aan de gedachte onttrekken dat dit iets te maken heeft met het idee van zijn nalatenschap.

Deze kinderen werden geboren onder Obama, het zijn de kinderen van zijn tijd. Hij bouwde aan een wereld waarin zij zullen opgroeien. In breder historisch perspectief zal moeten blijken hoezeer hij de koers van de toekomst heeft kunnen bepalen.

Wat we wel weten, is dat het contrast tussen hem en zijn opvolger niet groter had kunnen zijn. Zoals een fotograaf herinnerd wil worden om zijn foto’s, zo stel ik me voor dat een president herinnerd wil worden om zijn daden. Daden die des te meer gewaardeerd, én overschaduwd kunnen worden door wat erop volgt.

Het open einde

De pijn die ik in mijn buik voelde op het moment dat ik hoorde dat Donald Trump zijn opvolger werd, zag ik terug in de ogen van Obama toen hij Trump ontving in het Witte Huis. Die blik, dat moment. Het doet nog steeds pijn als ik naar kijk.

Natuurlijk is het onzin om te stellen dat Obama hier de pijn daadwerkelijk verbijt. Het is namelijk een momentopname. Op andere foto’s lachen ze allebei. Foto’s zijn geen feiten. Iedereen kan er zijn eigen waarheid in vinden.

Deze ene foto maakt voor mij de pijn voelbaar, het verdriet over de verkiezing van Trump zichtbaar

Dat kun je een onvermogen van het medium vinden. Maar dat is het in mijn ogen niet. Ik denk dat fotografie juist daarom zo uitzonderlijk goed is in het verbeelden van het onbenoembare. Deze ene foto maakt voor mij de pijn voelbaar, het verdriet over de verkiezing van Trump zichtbaar. Dat komt ook doordat ik Obama inmiddels zoveel heb gezien op de foto’s van Souza, dat ik denk hem te kennen. Wat natuurlijk een illusie is, én de kracht van foto’s. Door de verkiezing van Trump, kijk ik anders naar dezelfde foto’s van Obama.

Zoals de foto’s van Obama starend in het niets. Ze tonen bijna niks, maar verbeelden des te meer. De meeste zijn gemaakt voor de verkiezing van Trump, maar met terugwerkende kracht is de symboliek van dit eenzame staren sterker dan ooit. De afsluiter van een tijdperk.

Zeker met minstens vier jaar Trump in het vooruitzicht - wat voor een beeldredacteur ook veel foto’s van Trump betekent - stemt het kijken naar de foto’s van Obama me verdrietig.

De zon is bijna onder. Hoe zal de wereld eruitzien als de zon weer opkomt?

Nog meer Obama-verzamelingen?