Wanneer een farmabedrijf nationaliseren goedkoper is dan voor zijn medicijnen betalen
Medicijnen voor hepatitis C kosten in Amerika zo’n 42.000 dollar per patiënt. Te duur voor veel van de 2,7 miljoen mensen die op behandeling wachten. Een arts komt met een tamelijk bizarre oplossing: koop de fabrikant op, want dat is stukken goedkoper dan voor iedereen het geneesmiddel betalen.
Laat dit even tot je doordringen: als de Amerikaanse overheid 156 miljard dollar betaalt voor alle aandelen van het bedrijf Gilead Sciences, is ze goedkoper uit dan wanneer ze voor alle hepatitis C-patiënten de medicijnen van het bedrijf inslaat tegen de huidige verkoopprijs.
En niet zomaar een beetje goedkoper. Een goede drie keer.
De rekensom is afkomstig van de beroemde oncoloog Peter Bach, fervent farmacriticus, samen met een prominente geneesmiddelenconsultant in zakentijdschrift Forbes.
Tot dusver zijn er in drie jaar maar zo’n 600.000 Amerikanen behandeld met de vermeende wonderpillen. 2,7 miljoen mensen wachten nog op behandeling.
Dat ‘slakkentempo’ heeft alles te maken met de prijs van de middelen, op dit moment zo’n 42.000 dollar per persoon. Nog circa 113 miljard dollar te gaan dus.
Nationaliseer een monopolist
Dus, stellen Bach en collega voor, koop alle aandelen van Gilead op (ongeveer 100 miljard dollar), paai de belegger met een premium van 30 procent en neem de schuldenlast van het bedrijf over (26 miljard dollar), en je bent de trotse eigenaar van een van de meest lucratieve geneesmiddelenbedrijven ooit.
Die je vervolgens uitkleedt tot datgene waar het je om te doen is: de Amerikaanse hepatitis C-tak. De succesvolle hiv/aids-divisie stoot je af, gewaardeerd op zo’n 52 miljard dollar. Je verkoopt de pijplijn aan nieuwe geneesmiddelen (10 miljard), verpatst de hepatitis C-business van buiten de VS (17 miljard). En last, but not least, jerepatrieert de winst die Gilead nu in het buitenland stalt om de Amerikaanse fiscus te ontwijken (31 miljard dollar!).
Vervolgens kies je er ook nog voor om de private Amerikaanse verzekeraars in plaats van 42.000 dollar per behandeling een baanbrekende deal van 15.733 dollar voor te schotelen. En je ontvangt nog eens 11 miljard, want die private verzekeraars nemen zo’n 680.000 patiënten voor hun rekening.
Het is een bizar sommetje, dat laat zien hoe onzakelijk de overheid handelt
Dan nog een paar kleine posten en je hebt je gehele Amerikaanse populatie hepatitis C-patiënten genezen voor 32 miljard dollar.
Een koopje, waar dealmaker Donald Trump - die vorige week nog eigenhandig 25 miljard dollar van de farma-indexen afpraatte door te suggereren dat hij de industrie gaat aanpakken - zelfs in zijn stoutste dromen nog blozende wangetjes van zal krijgen.
Dit is een bizar sommetje. Omdat het laat zien hoe onzakelijk de overheid handelt. De overheid is praktisch de enige koper van medicijnen (in economenjargon: de monopsonist). Als monopsonist betaal je vaak een lage prijs. Denk aan bijvoorbeeld Walmart, die om die reden z’n leveranciers zoveel mogelijk uitknijpt. Dat heet kopersmacht.
Staatsbedrijven zijn vies
Toch gaat de Amerikaanse staat deze lucratieve deal waarschijnlijk nooit sluiten. Geen overheid ter wereld die zo het marktevangelie verkondigt, maar zelf wat meer de marktkoopman uithangen zit er paradoxaal genoeg niet in.
Ik ben er nog niet helemaal uit waarom niet, maar correspondent Jesse Frederik - nooit vies van een stevig potje staatsbemoeienis - diagnosticeert het als een gevalletje van ernstige ‘ideologische verstarring.’ Een nationalisatie bezorgt elke marktadept nou eenmaal koude rillingen. Dat blijkt ook wel uit de 1-dollarweddenschap die Bach en zijn collega afsloten. Na deze berekening zullen ze als creatieve kapitalisten worden versleten. Of verketterd als communisten.
Ik denk het laatste.
Ondertussen heeft een van de grootste redenaars van dit moment op een wrange manier het laatste woord over de geneesmiddelenindustrie: ‘They’re getting away with murder.’