Laten we het eens hebben over de rol en ethiek van de fotograaf in de journalistiek. Aanleiding is de controverse rond fotojournalist Souvid Datta - daarover verderop meer. Deze week las ik diverse publicaties die hier allemaal op een andere manier op reflecteren.

Een boek over het gevaar van steeds meer overbodige foto’s

Als eerste het boek Een filosofie van de fotografie van Vilém Flusser uit 1983. Zoals op het omslag staat: ‘een onmisbaar boek voor iedereen die zich met communicatie en media bezighoudt, en fotografie in het bijzonder.’

Eigenlijk gênant dus dat ik dit boek nu pas heb gelezen. Meer en meer verbaast het me dat toen ik fotografie studeerde op de kunstacademie het theoretische referentiekader werd geschetst met klassiekers als Camera Lucida van Roland Barthes, Ways of Seeing van John Berger en On Photography van Susan Sontag. (Disclaimer: ik studeerde negen jaar geleden af, het is nu vast anders).

Natuurlijk moet je je klassiekers kennen, maar eigenlijk leren deze boeken je vooral wat inmiddels irrelevante opvattingen over de fotografie zijn gebleken nu digitalisering en internet dagelijkse realiteit zijn.

Dat is met dit boek van Vilém Flusser wel anders. Hier en daar slaat hij de plank mis, maar het is opmerkelijk hoe vaak hij de spijker op zijn kop slaat over de huidige stand van de fotografie, ver voordat de digitale camera bestond.

Overal in zijn boek heb ik aantekeningen gemaakt, maar ik beperk me voor nu tot één interessant punt dat hij maakt, namelijk over de toename van hoeveelheid foto’s in ons dagelijks leven. In zijn woorden, verdeeld over een paar hoofdstukken:

‘De camera vraagt van zijn bezitter om maar kiekjes te blijven maken, om steeds meer overbodige beeld te maken. […] Wie kan schrijven kan ook lezen. Maar wie kiekjes kan nemen kan niet meteen ook foto’s ontcijferen. […] De ontcijfering van foto’s wordt steeds moeilijker naarmate meer mensen kiekjes nemen: iedereen denkt dat het niet nodig is om foto’s te moeten ontcijferen omdat iedereen meent te weten hoe foto’s gemaakt worden en wat ze betekenen. […] We zijn aan de visuele milieuvervuiling gewend geraakt en die dringt door onze ogen en ons bewustzijn heen zonder waargenomen te worden. Ze dringt door tot in subliminale regionen, waar ze haar werk doet en ons gedrag programmeert. […] Hier ligt dan ook de uitdaging voor de fotograaf: deze vloed van redundantie tegengaan met informatieve beelden.’

Een artikel over hoe fotojournalistiek weer relevant kan worden

De laatste opmerking van Flusser resoneert in het stuk van Fred Ritchin op Witness (het blog van World Press Photo).

Hierin analyseert Ritchin niet alleen wat er misgaat in de hedendaagse journalistiek en hoe fotografie daarin een steeds ondergeschiktere rol is gaan spelen, maar doet ook suggesties over hoe de rol van fotografie én fotografen weer meer relevant en van journalistiek toegevoegde waarde kan zijn.

Hij stelt bijvoorbeeld: ‘Photographs do not only have to be reactive, showing what is, but can be proactive, trying to prevent future problems and disasters’.

En ook: ‘Rather than simply bemoaning what we may have lost in the transition to the online, it makes sense to try and advance visual journalism in part by acknowledging that the digital image has enormously different potentials than the analog photograph.’

Ritchin (onder andere faculteitshoofd aan de International Center of Photography in New York) schrijft al jaren interessante artikelen over de toekomst van fotografie in de journalistiek. Zijn boeken Bending the Frame en After Photography zijn wat mij betreft ook belangrijke bronnen voor hedendaagse fotografietheorie.

En een discussie over gewetenloze beeldmanipulatie

Over ethiek maakt Ritchin een interessante opmerking:

‘The coverage of issues and events should be done with fairness and in depth, acknowledging that all photography and journalism is interpretive, but that as observers it is incumbent upon each of us to try to overcome any biases. This stance must be transparent, supported by simple and straightforward ethical rules for journalists that are readily available to the reader. For example, “While all photography is interpretive, as a photojournalist my photographs are meant to respect the visible facts of the situations I depict. I do not add or subtract elements to or from my photographs.”’

Deze opmerking resoneerde toen ik me nog eens verdiepte in de hele discussie van afgelopen anderhalve week over de ontdekte beeldmanipulatie en jatwerk van Souvid Datta. Leestips te over op dit onderwerp, maar het laat zich goed samenvatten in het artikel van Michael Zhang op PetaPixel en

De titel van dit laatste stuk vat het allemaal mooi, en kort door de bocht, samen: ‘I Foolishly Doctored Images’.

Ethiek dus.

Dit roept natuurlijk allerlei nieuwe vragen op, zoals waarom dit nu (gedeeltelijk) ontbreekt, en wat de rol van de beeldredacteur hierin kan zijn. Maar dat bewaar ik voor een andere keer. Graag tot volgende week!

PS. Naar aanleiding van mijn eerste nieuwsbrief vorige week ontving ik al interessante reacties en suggesties. Dank daarvoor. Nodig vooral ook andere geïnteresseerden in beeld en beeldvorming uit voor deze nieuwsbrief, want ook hun input is zeer welkom.