Gelukkiger oud worden? Deze bedrijven proberen het met dans, dieren en muziek
Eén week, drie presentaties. En dat terwijl ik redelijk hardnekkig podiumvrees heb, misschien wel het meest van alle correspondenten. Al is plankenkoorts hun ook niet vreemd (net zoals de meerderheid van alle mensen, zo blijkt ook uit dit interessante artikel over public speaking uit Forbes).
Maar goed, ik heb het overleefd. ;-)
De leukste presentatie die ik mocht houden was voor HeldCare (geen spelfout, het gaat om helden in de zorg) Demoday, waar ik heb verteld over waarom de toekomst van de ouderenzorg behoorlijk spannend is. Dit deed ik aan de hand van drie inzichten op basis van prognoses:
- We worden ouder dan ooit (en ouderdom is de grootste risicofactor voor bepaalde ziektes, zoals alzheimer).
- Er zullen minder mensen zijn die voor mijn generatie kunnen zorgen als wij zelf kwetsbaar worden (want: een kleinere beroepsbevolking en veel meer ouderen).
- Onze zorgvraag zal uitgebreider zijn dan die van de ouderen van nu (want de naoorlogse generaties zijn meer luxe gewend, neem alleen al hoe vaak we gewend zijn om te douchen).
Er zat een geweldig enthousiast en aardig publiek in de zaal, en direct na mijn presentatie kreeg ik een bedankmail van een Correspondentlid met deze foto:

Zo’n mail staat voor datgene waar mijn correspondentschap om draait: verbinding maken met leden en lezers rond het thema oud worden.
Dankzij de presentatie heb ik vele handen mogen schudden en interessante tips en nieuwe ideeën gekregen over oud worden. Deze wil ik in deze mail graag met jullie delen.
‘Happy ouwer’ en ‘samenredzaamheid’
Als schrijver heb ik een zwak voor woordgrappen, noem het beroepsdeformatie. Dé it-woorden op woordgrapgebied van de HeldCare Demoday waren zonder twijfel: happy ouwer en samenredzaamheid.
‘Happy ouwer?’ mét vraagteken, zou zomaar kunnen passen bij een artikel over dat meer senioren overmatig drinken, wat een zorgelijke trend is.
En ‘samenredzaamheid’ lijkt me een geknipt woord voor een artikel over dat zelfredzaamheid moeilijk wordt als je moeite hebt met keuzes maken, bijvoorbeeld door dementie, zoals beschreven in dit interessante artikel in Trouw (via Blendle).
Boekentips!
Deze twee boeiende boeken kreeg ik cadeau (zie foto).

Het boek dat bovenop ligt is Can’t We Talk about Something More Pleasant?, een hilarische graphic novel (of beeldroman). Dit gaat over hoe het is als je ouders oud worden. Wat het boek zo leuk maakt, is het hoge herkenbaarheidsgehalte en de tragikomische weergave van hoe dat gaat met een kibbelend ouder echtpaar dat het niet met hun dochter wil hebben over hun toenemende kwetsbaarheid.
Het boek werd al eens aangeprezen in eenrecensie van The New York Times. De schrijver en beeldmaker, Roz Chast, is onder andere bekend van de vele opvallende covers die ze maakte voor het tijdschrift The New Yorker.
Het prachtig vormgegeven boek Zolang ik er ben kregen de andere deelnemers en ik van de auteur, Erik Zwiers. Hij was te gast bij de demonstratie van de CRDL, een soort instrument dat geluid maakt als twee mensen elkaar aanraken.
Zolang ik er ben is in vele opzichten een interessant boek. Vooral ook omdat het boek is geschreven vanuit mensen met dementie zelf en een rijkdom heeft aan boeiende, soms pijnlijke voorbeelden. Dit sluit aan op het idee van mijn journalistieke project, de Dementiedagboeken.
Alzheimeractivist Leo, een van de deelnemers aan de Dementiedagboeken, is ook één van de zes mensen met dementie uit het boek van Zwiers. Voor wie Leo nog niet kent, lees hier zijn interview over hoe je goed kunt leven met dementie.
Bovendien kan ik jullie deze slideshow niet onthouden van het prachtige beeld uit Zolang ik er ben.

Een instrument om contact te maken
Hierboven noemde ik terloops al een sociale onderneming, CRDL (uitspraak: cradle). Tijdens mijn zoektocht naar hoe het is om te leven met dementie, wees een Correspondentlid me al op het bestaan van dit instrument.
Het houten muziekinstrument is ontworpen om fysiek contact tussen mensen te bevorderen. Het is bedoeld om mensen die moeilijk uit hun woorden komen (bijvoorbeeld door zware dementie) weer op non-verbale manieren contact te laten maken met anderen.
Ik kan uitgebreid uitleggen hoe het werkt, maar ik kan het jullie ook gewoon laten zien:

Dit bedrijf viel in de prijzen tijdens de HeldCare Demoday en wordt vooruitgeholpen met geld, coaching en een netwerk.
Voetjes van de vloer krijgen
De tweede sociale onderneming die mijn aandacht trok én in de prijzen is gevallen is Het Danspaleis. Dit is een initiatief dat door Nederland trekt om de voetjes van ouderen van de vloer te krijgen.
Dansen was in de jeugd van veel Nederlandse tachtigers en negentigers echt een ding. Het was dé manier om de liefde van je leven te ontmoeten.
Het Danspaleis leerde ik indirect kennen toen ik mijn eerste artikel schreef. De prachtige fotoserie van fotograaf Romi Tweebeeke over het Danspaleis werd als beeld toegevoegd aan mijn artikel over zorgprofessor Henk Nies, die zich 72 uur in een verpleeghuis liet opnemen om te ervaren hoe dat is.
Ouderen en huisdieren koppelen
Een derde sociale onderneming kende ik nog niet: Oopoeh, een sociale onderneming die ouderen koppelt aan huisdierenbezitters die af en toe een oppas nodig hebben voor hun hond of kat.
Van dit project vind ik vooral interessant dat ouderen erdoor weer een rol van betekenis krijgen, op een laagdrempelige manier. Het is ook een ingang voor nieuwe sociale contacten, aangezien vooral buurtgenoten aan elkaar worden gekoppeld.
De andere vijf sociale ondernemingen waren ook elk op een eigen manier interessant - van een vervoersbedrijf gericht op kwetsbare ouderen tot een datingapp voor vijftigplussers.
Tot slot: Joop had dementie en kreeg euthanasie
Afgelopen vrijdag sierde een stuk over euthanasie en dementie De Correspondent. De onvolprezen auteur, Henk Blanken, heeft weer een pareltje geschreven. Ik kan er hier van alles over zeggen, maar lees het verhaal over Joop hier vooral zelf. .
Dat was ’m weer voor deze week, tot volgende week!