Hoe gaan we de ongelijkheid tussen mannen- en vrouwenvoetbal tegen?

Michiel de Hoog
Correspondent Sport
Oprichtingsvergadering van de damesvoetbalclub Herbido in De Bilt. Tijdens deze vergadering krijgen de dames de eerste theorielessen. Nederland, 15 januari 1955. Foto: Spaarnestad / HH

Het vrouwenvoetbal. Hoe zorgen we dat dit gelijker wordt aan het mannenvoetbal? Jullie ideeën zijn erg welkom!

Ik ben benieuwd naar jullie mening en ideeën over vrouwenvoetbal. Normaal ben ik niet echt aktivisties, maar op dit onderwerp wel, nadat ik me erin verdiepte.

Mijn vraag: wat is de beste manier om het vrouwenvoetbal verder te ontwikkelen?

Eerst even wat achtergrond hierbij. Tijdens het afgelopen EK drong zich een oude maar belangrijke vraag op. Waarom worden vrouwenvoetballers continu vergeleken met mannenvoetballers? Het veelgehoorde antwoord: omdat ze veel minder goed zijn.

Dat klopt, maar dat is niet alleen in het voetbal zo. De beste vrouwen zullen het in elke sport afleggen tegen de beste mannen. Dafne Schippers zal nooit harder gaan dan Usain Bolt, net zoals de beste voetbalster niet in de mannen-Champions League zal spelen.

En toch wordt Schippers nooit vergeleken met Bolt, en worden voetballende vrouwen wel met mannen vergeleken. De reden is het verschil in relatief niveau. Als je de genetische verschillen wegneemt, zijn de hockeyende, hardlopende, tennissende en zwemmende vrouwen even competent als hun mannelijke collega’s.

In het voetbal is dat niet zo - en dat komt doordat er voetballen dan vrouwen. De concurrentie en selectie is daardoor bij de mannen veel groter dan bij de vrouwen. Simpel gezegd: bij de mannen zien we het beste van het beste van het beste van het beste op tv, bij de vrouwen ‘slechts’

Hoe komt dit?

Er is een reden dat het vrouwenvoetbal zo veel kleiner is dan het mannenvoetbal.

Daarover ik eerder deze week. De KNVB en de lokale politiek werkten het voetbal actief tegen. Tot 1971 (!) was voetbal voor vrouwen zelfs niet mogelijk binnen de KNVB. In de tussentijd was het mannenspel uitgegroeid tot een enorme boom, met een enorme schaduw, die het vrijwel onmogelijk maakt voor het vrouwenspel om te groeien.

Alles is daardoor anders - dat wil zeggen: mannelijk. Alle legendarische voetbalhelden zijn mannen, alle besturen en trainers zijn mannen, alle geld en televisie-aandacht zit bij de mannen, het hele taalgebruik is mannelijk: je hebt het EK en je hebt het EK voor vrouwen.

Als meisje of vrouw heb je door dit alles veel méér nodig dan alleen talent om de top te bereiken. Denk aan de die Jackie Groenens ouders deden om haar en haar zus Merel op het hoogste niveau te laten spelen. Duizenden kilometers reden ze wekelijks van huis naar club. En dat zonder reëel uitzicht op een ‘ik-hoef-nooit-meer-te-werken-salaris.’ Welk gezin is (in de goede zin van het woord) zo gek om dat te doen?

Dat dit zo moeilijk is, betekent ook weer dat het gat met de mannen - qua deelname, qua competitiviteit - maar heel lastig te dichten is.

Wat te doen?

Ik weet dat het met de kennis van nu makkelijk oordelen is over het verleden. Ik doe dat ook niet. Maar linksom of rechtsom: in het heden is er een enorme kansenongelijkheid, die we in elke andere sector onacceptabel zouden vinden.

Dan nu die vraag aan jou: vind je dat er iets moet worden gedaan om deze ongelijkheid recht te trekken, en zo ja, wat?

Lees ook: