Op een breed strand, ergens tussen het ruisen van de zee en het gefluister van het

woud, lag een groot nest met daarin drie stille eieren.

Aan de horizon, helemaal aan de andere kant van het strand, kwamen vijf figuurtjes langzaam dichterbij. Het waren Jean-Michel Tortoise, de reuzenschildpad, met zijn vier avontuurlijke broers. Ze keerden juist terug van een van hun verre reizen toen ze daar, op dat strand, tussen de zee en het bos, op het vreemde en verlaten nest stuitten. De broers liepen er nieuwsgierig omheen. De eieren waren groot en anders en zagen er verschrikkelijk alleen uit. Jean-Michel en zijn broers zochten het strand af, riepen over de golven van de zee en zochten in het bos aan de rand van het strand, maar nergens vonden ze de ouders die bij het nest hoorden. Ze besloten te blijven om het nest te bewaken.

De warme wind streek dagenlang langs de eieren. In de verte ruiste de zee. Verder gebeurde er niets. De broers werden onrustig en na een paar dagen riep het avontuur hen om verder te gaan. De enige die wilde blijven, was Jean-Michel. Dus bleef hij, en zijn broers trokken verder.

Jean-Michel bouwde een huis aan het strand waar de eieren lagen. Het keek uit over de zee, en het strand met daarop het nest.

Vaak zat Jean-Michel bij het nest en dan vertelde hij de eieren over de avonturen die hij eerder had beleefd. Soms leek het zacht te rommelen binnen in de eierschalen, maar verder gebeurde er nog steeds niets. Toen het begon te regenen, tilde hij de eieren voorzichtig op en legde ze een voor een binnen in het huis, op een zacht bed van dekens en bladeren. De regentijd zat hij droog en knus uit in zijn nieuwe huis. Soms streelde hij tevreden over de bolle zijkant van de eieren en vertelde hij nog een verhaal.

Na maanden kraakte dan eindelijk de schaal van een ei. Het was alsof de anderen erop hadden gewacht, want meteen braken ook de andere twee met zachte, dunne lijnen open. Jean-Michel wachtte, opgewonden over wat er nu zou gebeuren. Tot zijn plezier kropen er drie mensenkinderen uit de eieren. Twee jongens en een meisje: Cel, Bones en Zi. De kinderen wreven hun ogen uit en de eerste die ze zagen was Jean-Michel. ‘Paps,’ zei Zi blij, en de kinderen sloegen hun armen om het schild van Jean-Michel heen want nu was hij hun vader.

Jean-Michel leerde hun alles wat hij zelf geleerd had. Lezen, schrijven, koken, voor jezelf opkomen en anderen behandelen zoals je zelf behandeld wilt worden. Hij leerde de kinderen

de kunst van het vechten en de regels die golden voor karate, kungfu, tai chi en taekwondo, en alle andere oosterse vechtsporten die hij beheerste (of waarover hij weleens een boek had gelezen). Hij gaf ze stokken om mee tegen elkaar te vechten en planken om doormidden te slaan.

Hij zag dat kleine Zi heel fel was, dat Bones bedachtzaam de bewegingen van zijn tegenstanders berekende en dat Cel zich hartstochtelijk in elk gevecht stortte en net zo hard bleef oefenen tot hij beter was dan zijn broertje en zusje. Jean-Michel bleef zijn verhalen vertellen, zoals hij had gedaan toen de kinderen nog in hun ei zaten. Hij vertelde ze alles over zijn avonturenleven met zijn broers en over de monsters, feeën en andere wezens die hij had ontmoet.

Wat Jean-Michel niet wist, leerden de kinderen op school. Soms probeerden de kinderen iets nieuws en lukte het niet, maar daar leerden ze dan weer van. Ze deden altijd goed hun best. Dat vond Jean-Michel belangrijk, dat ze hun best deden. Want meer kon je niet doen.

Meer weten?

Tori Tori is het eigentijdse prentenboek voor álle kinderen, uitgegeven door Das Mag. Lees hier meer over het boek Podcast: Kijk, eindelijk een verhaal waarin kinderen van kleur de hoofdrol spelen Als je kinderen voor het slapengaan verhalen voorleest, zijn ze een en al oor. Dat inspireerde beeldend kunstenaar Brian Elstak tot het maken van een kinderboek: Tori. Kinderen van kleur kunnen een hoofdrol spelen, laat hij ermee zien. Beluister de podcast hier Een kinderboek met hoofdpersonen van kleur zou geen uitzondering moeten zijn ​Brian Elstak maakte een kinderboek met hoofdpersonen van kleur. Hij hoopt dat het net zo normaal wordt als Puk van de Petteflet. ‘Je merkt dat kids rolmodellen krijgen die op ze lijken, waardoor hun zelfbeeld beter wordt.’ Lees hier het interview terug