Geschiedenisboeken staan vol witte hoofdpersonen. Hier 12 zwarte sleutelfiguren
Hoe kan het dat we zo weinig leren over zwarte personen in de geschiedenis van Nederland, Europa en de wereld? Maak kennis met twaalf zwarte, onbekende hoofdrolspelers in de geschiedenis.
Wie waren belangrijke personen in de Nederlandse geschiedenis? Mogelijk komen gelijk namen op als Willem van Oranje, Michiel de Ruyter en Anne Frank. Over deze personen leren we op school en kunnen we veel lezen in geschiedenisboeken en andere literatuur.
En wie zijn belangrijke zwarte personen uit de geschiedenis? Mogelijk komen als eerste namen op als Nelson Mandela, Martin Luther King en Rosa Parks.
Maar er zijn er veel meer. Hoe kan het dat we zo weinig leren over zwarte personen in de geschiedenis van Nederland, Europa en de wereld?
Dat komt doordat de geschiedenis vaak wordt beschreven vanuit een eurocentrisch perspectief.
Zo wordt de Gouden Eeuw als een periode van voorspoed gezien, terwijl het in voormalige koloniën als een periode van onderdrukking werd ervaren. Personen die veel Nederlanders als helden zien, zijn voor mensen in en uit andere delen in de wereld symbolen van onderdrukking.
Om een inhaalslag te maken, hebben we twaalf zwarte historische figuren geselecteerd die iedereen zou moeten kennen.
Dat is natuurlijk maar een kleine selectie uit de geschiedenis. Maar ze laten wel zien dat er veel verhalen en perspectieven zijn die we niet meekrijgen via onze scholen, media en culturele instellingen.
Deze twaalf personen zijn gebaseerd op bronnen uit The Black Archives. Meer weten? Hier zetten we twaalf leestips op een rij.
1. Imhotep, de eerste homo universalis
Imhotep (27ste eeuw voor Christus) wordt gezien als de eerste homo universalis. Hij is de eerste bekende architect, de eerste bekende medicus en volgens sommigen de eerste bekende wetenschapper.
De Egyptenaar was meer dan 4500 jaar geleden de belangrijkste medewerker van farao Djoser. Hij is bekend als de architect van het grafcomplex bij Sakkara, het eerste grootschalige stenen bouwwerk op aarde. Imhotep ontwierp daarvoor, als eerste architect ter wereld, een esthetisch systeem met zuilen, decoratie en onderling corresponderende verhoudingen.
Daarnaast was hij de eerst bekende medicus ter wereld. Historici zien Imhotep als opsteller van de zogenoemde ‘Edwin Smith-papyrus.’ Dit document bevat bijna honderd anatomische observaties en 48 kwalen en verwondingen plus behandelingen. Uit de tekst blijkt dat de Egyptenaren in de 27ste eeuw voor Christus al de pompende functie van het hart kenden en wisten dat de hartslag gevoeld kon worden op de pols.
Tweeduizend jaar na zijn dood werd Imhotep nog geroemd om de medische kennis die hij had gebracht, ook in Griekenland. Je zou dus kunnen zeggen dat niet de Griek Hippocrates rond 500 voor Christus de grondlegger was van de geneeskunde, maar Imhotep.
2. Orunmila, de ‘Afrikaanse Socrates’
Filosoof Orunmila (waarschijnlijk rond 1000 na Christus) wordt door West-Afrikaanse Yorùbávolken als god van de wijsheid gezien. Of hij ook echt geleefd heeft, is al jaren onderwerp van discussie.
In ieder geval is Orunmila een van de centrale personages en misschien ook schrijvers van de Odu Ifa, een enorme verzameling vertellingen en wijsheden uit West-Afrika. Al deze teksten zijn meer dan duizend jaar van generatie op generatie mondeling overgebracht en steeds verder aangevuld. Ze laten zien hoe om te gaan met allerhande situaties in een mensenleven.
Niet alleen de wijsheden zijn interessant, Orunmila laat ook zien hoe het Westen omgaat met Afrikaanse filosofie die mondeling is doorgegeven. Zo schreef Sophie Oluwole, emeritus-filosofieprofessor aan de Universiteit van Lagos, recent het boek Socrates en Orunmila, waarin ze Orunmila vergelijkt met Socrates. Beide filosofen hebben hun kennis mondeling overgebracht.
3. Koning Musa, een van de rijkste mensen ooit
Koning Musa I (circa 1280 - circa 1335) heerste in de 14de eeuw over Mali. Onder zijn heerschappij groeide Timboektoe uit tot een van de grootste kenniscentra ter wereld. Mansa (‘koning’) Musa wordt verder beschouwd als relatief een van de rijkste mensen (mogelijk de rijkste) die ooit op aarde heeft geleefd. Mali produceerde onder zijn heerschappij meer dan de helft van het wereldwijd verhandelde goud en zout.
De koning bouwde met de vergaarde middelen gigantische moskeeën, die tot op de dag van vandaag te bezoeken zijn. De vrome moslim maakte ook een bekende pelgrimstocht naar Mekka in 1324, waarmee hij zijn rijkdommen aan de wereld toonde. Hij reisde met een immense karavaan van tienduizenden mensen, honderden paarden, kamelen en andere dieren en vele rijkdommen, waaronder een gigantische hoeveelheid goudstaven.
Maar Musa was niet alleen vroom, hij zorgde dus ook voor een gigantische kennisvergaring. Terwijl Europa in de Middeleeuwen zat, werd in Timboektoe (en de rest van de Arabische wereld) wetenschap bedreven op het gebied van de algebra, medicijnen, architectuur, kunsten en meer. Deze wetenschap werd ook vastgelegd, waardoor Timboektoe bekend kwam te staan als boekenstad. Zo droegen Timboektoe en de Arabische wereld ook bij aan de Europese Renaissance.
4. Boni en Tula, die zich tegen de slavernij verzetten
Als schoolboeken iets vermelden over de geschiedenis van de slavernij, komt dat zelden vanuit het perspectief van de slaafgemaakten. Hierdoor ontstaat er een beeld dat de slaafgemaakten passief hun lot ondergingen. Dit terwijl er in werkelijkheid altijd verzet is geweest. Neem Boni en Tula.
Boni (circa 1730 - 1793) was een vrijheidsstrijder die decennia een guerrillastrijd voerde tegen de koloniale machten in Suriname. Zijn verzetsbeweging bestond uit Marrons: slaafgemaakten die van plantages ontsnapten en zich in de jungle organiseerden. Met kleine groepen strijders viel hij plantages aan.
De grootste slavenopstand van Curaçao vond plaats op 17 augustus 1795, onder leiding van Tula. Hij streed tegen de erbarmelijke omstandigheden op de plantage van de familie Van Uytregt. Voedsel was er schaars, de straffen zwaar en er moest ook op de vrije zondag gewerkt worden. Tula wist duizend tot tweeduizend slaafgemaakten te mobiliseren en trok op die bewuste augustusdag naar de gouverneur in Willemstad om voor hun vrijheid te pleiten.
5. Anton de Kom, die streed voor de onafhankelijkheid van Suriname
Schrijver Anton de Kom (1898 – 1945) zette zich zijn hele leven in voor de onafhankelijkheid van Suriname. Dat begon al toen hij na het afronden van de mulo als administrateur bij een rubberbedrijf ging werken. Hij zag de armoedige omstandigheden waarin arbeiders moesten werken en leven en schreef later: ‘Geen riolering, geen electrische verlichting, geen waterleiding in de huizen. Ergens aan het einde van het erf staat een waak [bewaker] privaat. Al wat gij ziet spreekt van armoede en ontbering.’
In 1920 vertrok hij naar Nederland, waar hij actief werd in communistische en anti-koloniale kringen. Mede vanwege zijn linkse politieke activiteiten werd hij ontslagen bij een firma die handelde in koffie, thee en tabak.
Terug in Suriname zette hij in 1932 een adviesbureau op voor arbeiders. Javaanse contractarbeiders raadde hij aan naar hun thuisland terug te keren als hun rechten geschonden werden. Toen hij een jaar later met Surinamers tegen het Nederlandse koloniale gezag wilde protesteren, werd hij gearresteerd. Uiteindelijk werd De Kom zonder proces naar Nederland gedeporteerd.
Vanwege zijn activistische en communistische imago kwam hij hier moeilijk aan werk. In deze periode schreef hij het befaamde boek Wij slaven van Suriname, een felle aanklacht tegen het kolonialisme in Suriname.
Maar De Kom verzette zich ook tegen de Duitsers. Toen de Tweede Wereldoorlog uitbrak, sloot hij zich aan bij het verzet en schreef hij artikelen voor het communistische verzetsblad De Vonk. Hiervoor werd hij op 7 augustus 1944 gearresteerd. Vlak voor de bevrijding, op 24 april 1945, overleed hij nabij concentratiekamp Neuengamme. Hij zou een symbool van verzet blijven in de strijd om de Surinaamse onafhankelijkheid.
6. Sophie Redmond, de eerste vrouwelijke dokter van Suriname
Sophie Redmond (1907 – 1955) was de eerste Surinaamse vrouw die dokter werd. Hoewel haar vader pessimistisch was over haar ambities om het doktersdiploma te behalen, besloot zij zich in 1925 toch in te schrijven aan de Geneeskundige School.
Destijds was onderwijzer worden een van de hoogste beroepen die een Surinaamse vrouw kon bereiken. In 1935 studeerde Redmond af, na een studietijd waarin ze met veel discriminatie te maken kreeg.
Redmond was begaan met haar patiënten. Ze gaf minderbedeelden gratis behandelingen en advies over gezinsleven, huwelijksproblemen, financiën en huishouden. Om bij te dragen aan het welzijn van heel Suriname, besloot ze zich in 1950 kandidaat te stellen voor de parlementsverkiezingen. Redmond werd niet gekozen, doordat de gevestigde orde het publiek tegen haar op wist te zetten.
Ze liet zich niet uit het veld slaan en sprak vaak op de radio over gezondheidsproblemen en sociale wantoestanden. Ze ontpopte zich ook steeds meer als voorvechtster van de Surinaamse cultuur. Zo ging ze gekleed in de traditionele koto, weigerde ze importvoedsel te eten en wilde ze wetenschappelijk onderzoek naar de werking van Surinaamse kruiden.
7. William Edward Burghardt Du Bois, grondlegger van de Amerikaanse burgerrechtenbeweging
Hij was socioloog, historicus, dichter, activist, publicist, pan-Afrikanist, socialist en op latere leeftijd ook nog communist. William Edward Burghardt Du Bois (1868 - 1963) was ook de eerste Afro-Amerikaan die promoveerde aan de universiteit van Harvard, en hij schreef meer dan honderd essays en 21 boeken.
Een van Du Bois’ invloedrijkste werken is de essaycollectie The Souls of Black Folk (1903). De eerste zin bleek profetisch: ‘Het probleem van de twintigste eeuw is het probleem van de ‘colorline’ - de verhouding tussen de donkere en de lichtere rassen.’
Ook veel aangehaald is Du Bois’ idee van het ‘dubbele bewustzijn’: het interne conflict dat Afro-Amerikanen in een racistische, door witte mensen gedomineerde samenleving ervaren. Hij omschreef dit als ‘altijd naar jezelf kijkend door de ogen van witte mensen, om je ziel te meten aan een wereld die je minacht en op je neerkijkt.’
Du Bois’ wetenschap ging hand in hand met zijn activisme. Hij legde als mede-oprichter van de National Association for the Advancement of Colored People de basis voor de Amerikaanse burgerrechtenbeweging, die een einde maakte aan de formele rassensegregatie.
En hij kan als mede-organisator van het eerste pan-Afrikaanse congres in Parijs gezien worden als grondlegger van het pan-Afrikanisme, het idee dat Afrikanen van het continent én uit de diaspora samen hun onafhankelijkheid moeten eisen.
8. Ella Baker, een belangrijke coördinator binnen de Amerikaanse burgerrechtenbeweging
Ella Baker (1903 – 1986) is een van de bekendste burgerrechtenactivisten uit de Amerikaanse burgerrechtenbeweging, al bleef ze altijd een beetje op de achtergrond. Ze speelde een cruciale rol in de National Association for the Advancement of Colored People (NAACP), de Southern Christian Leadership Conference van Martin Luther King én de Student Nonviolent Coordinating Committee.
Zo werkte ze in 1938 als secretaresse bij de NAACP en zamelde ze geld in tegen de raciale segregatie in het zuiden van Amerika. In 1943 werd ze NAACP-directrice, waarbij ze het land afreisde om mensen te overtuigen zich in te zetten tegen de segregatie. Ook coördineerde ze de beruchte Freedom Rides in 1961, ritten waar zwarte activisten protesteerden tegen de rassenscheiding in het busvervoer.
Typerend is Bakers uitspraak over leiderschap: ‘Sterke mensen hebben geen sterke leiders nodig.’ Gezien de aandacht voor Martin Luther King en Malcolm X geeft dit te denken over Bakers eigen rol in de geschiedenisboeken.
9. Audre Lorde, schreef als een van de eersten over ‘intersectionaliteit’
Een van de grondleggers van het zwarte feminisme is de schrijver en activist Audre Lorde (1934 – 1992). Zij verbreedde het feminisme door er niet alleen de strijd tegen racisme, seksisme en klassenverschil mee aan te kaarten, maar er ook de strijd tegen heteroseksisme en homofobie aan te verbinden. Daarmee staat Lorde aan de basis van de intersectionaliteit, een feministische beweging die ras, klasse, leeftijd, gender en seksualiteit combineert.
Heel expliciet deed ze dat bij een lezing in Berlijn. Aan het eind vroeg zij alle witte vrouwen de zaal te verlaten en alle zwarte vrouwen te blijven zitten. Zo kregen zwarte vrouwen meer ruimte om over racisme te praten.
Ook gaf Lorde aan dat witte vrouwen de conferentie niet mochten verlaten totdat zij een zwarte vrouw hadden gesproken om hun privileges onder ogen te zien. Want, zei ze: ‘Racisme moet als een probleem erkend worden door witte feministen. Waarom? Omdat het onderdeel van jullie levens is.’
10. Hermine en Otto Huiswoud, die streden voor het zwarte communisme
Vanwege de ongelijkheid in Suriname én zijn drang om te reizen, vertrok Otto Huiswoud (1905-1998) op zestienjarige leeftijd naar New York. Hermine (1893–1961) reisde op veertienjarige leeftijd met haar moeder vanuit Brits-Guyana naar diezelfde stad.
Otto en Hermine leerden elkaar kennen tijdens de Harlem Renaissance, een New Yorkse beweging waarin zwarte schrijvers, kunstenaars en intellectuelen zich uitspraken tegen de racistische samenleving die witte Amerikanen een voorkeursbehandeling gaf en Afro-Amerikanen benadeelde.
Veel leden sloten zich aan bij de Universal Negro Improvement Association, een beweging die zwart nationalisme, zelfrespect en repatriëring naar Afrika propageerde, maar de Huiswouds niet. Zij bewogen zich in socialistische kringen. Ze zagen de onderdrukking van mensen van Afrikaanse herkomst als een probleem van ras én klasse. In 1919 was Otto ook de enige zwarte oprichter van de Amerikaanse Communistische Partij. Vanuit deze positie reisde hij naar Moskou, waar hij onder meer met Lenin over racisme en klasse discussieerde.
Toen de Tweede Wereldoorlog uitbrak, bleef Hermine in Amerika. Otto werd naar Suriname gezonden omdat hij in Amerika als staatsgevaarlijk werd gezien. Na een jaar gevangenschap besloot het stel naar Amsterdam te vertrekken, waar Otto als voorzitter van Vereniging Ons Suriname de strijd voor onafhankelijkheid voortzette. Na zijn dood wijdde Hermine haar leven aan het verkondigen van de zwarte communistische strijd.
Dus?
Vaak zien we slechts één perspectief op de geschiedenis als vanzelfsprekend en als dé waarheid. Hierdoor ontstaat vaak een conflict over wat ‘het juiste’ perspectief is op de geschiedenis en op historische figuren. Denk aan de discussies over standbeelden van zuidelijke leiders in de VS, maar ook aan omstreden figuren als J.P. Coen en Witte de With dichter bij huis.
Zoals auteur Chimamanda Ngozie Adichie in haar TED Talk zegt, is het gevaarlijk om slechts één kant van een verhaal te kennen. Dat creëert volgens haar stereotypen, die niet zozeer onwaar zijn, als wel incompleet. Ze maken namelijk één verhaal tot het enige verhaal.
De twaalf personen hierboven zijn een kleine selectie van sleutelfiguren uit de geschiedenis die licht werpen op zwarte perspectieven. Ze laten zien dat er veel meer andere verhalen en perspectieven te geven zijn dan we nu via scholen, media of culturele instellingen krijgen aangeboden.
Dit verhaal is geschreven voor de Maand van de Verzwegen Geschiedenis van De Correspondent en The Black Archives.