Volgens Ben van Beurden, de baas van het zevende oliebedrijf ter wereld en het grootste bedrijf van Nederland, ‘kunnen we uiteindelijk in grote segmenten van de economie niet zonder fossiele brandstoffen’. Ondertussen kent hij ‘geen één bedrijf, behalve het onze’ dat 1 tot 2 miljard dollar per jaar investeert in duurzame energie.
Beide uitspraken zijn onjuist. Toch deed de Shell-baas ze half april in een interview voor de podcast Studio Energie van energiedeskundige Remco de Boer. Het is een goed interview, met scherpe vragen van de interviewer, maar Van Beurdens antwoorden zijn vaak discutabel, onvolledig of onjuist. Daarom publiceren we het volledige transcript – mét context en analyse van zijn uitspraken.
Ik baseer mijn commentaar op journalistiek onderzoek dat ik sinds februari 2016 doe naar Shell. Zo voerde ik vele gesprekken met Shell-medewerkers en schreef ik over de geschiedenis van het bedrijf. Als ik het transcript naloop, heb ik dan ook voortdurend kritiek – ik schrik er zelf een beetje van hoe vaak.
Van Beurden is gevormd door het bedrijf waar hij al sinds 1983 werkt. Dat verklaart mede waarom hij naar voren komt als een man die vasthoudt aan oude wetmatigheden en klimaatverandering vooral ziet als reputatieprobleem voor Shell.
Mijn denken is meer beïnvloed door argumenten uit de klimaatbeweging en door mensen die geloven in een snelle energietransitie. De tekst hieronder is het resultaat daarvan. Voor ons is het een nieuwe journalistieke vorm die hopelijk context en verdieping biedt.
Om het gemakkelijker te maken op Van Beurdens en mijn opmerkingen te reageren, hebben we de tijdsnotatie van het originele interview laten staan. Vermeld die notatie in je bijdrage onder dit stuk als je reageert. Je kunt het hele interview ook naluisteren. Ik hoop je verder te spreken in de bijdragen.
1: Over de rechtszaak van Milieudefensie
Interviewer Remco de Boer: ‘U leidt één van de grootste bedrijven ter wereld, u opereert op het wereldtoneel, u praat en dineert met regeringsleiders, alle nieuwsorganisaties, u hoeft maar in uw vingers te knippen en ze staan klaar. Vrijdag de 13de [april, JM] te gast bij Studio Energie, hoe nerveus bent u?’ (01:11)
Ben van Beurden: ‘Als ik heel eerlijk ben: ik ben altijd wel een beetje nerveus voor de media. Misschien wel wat extra als het in het Nederlands moet, want ik ben toch meer gewend om in het Engels te praten over het vak. We spreken thuis Engels, dus dat is altijd een beetje aanpassen, maar hopelijk is het een onderwerp wat ik begrijp.’ (01:30)
Interviewer: ‘Ik mag hopen van wel. Ik hoop dat het gaat lukken. De zaak Milieudefensie, bent u daar nerveus over?’ (01:41)
Van Beurden: ‘Ik heb daar twee gedachten bij. Aan de ene kant heb ik er wel begrip voor dat dit soort zaken nu aan de orde komen. Ik denk dat uiteindelijk iedereen zich zorgen maakt over het klimaat en over het feit dat er relatief te weinig gebeurt om er iets aan te doen. De zorgen stapelen zich op en omdat het zo’n complexe materie is, kijken mensen ook naar wat voor oplossingen en mogelijkheden we hebben om daar toch iets aan te doen – bijna uit een gevoel van maatschappelijke machteloosheid, wellicht.’ (02:29)
Mijn commentaar: Je kunt de rechtszaken ook beschouwen als een gevolg van toenemende maatschappelijke zelfverzekerdheid tegenover bedrijven als Shell, in plaats van als een uiting van machteloosheid. In 1998 voorzag Shell al dat de olie- en gasindustrie in de toekomst zou kunnen worden aangeklaagd over klimaatverandering.
Interviewer: ‘Maar nu verwijt Milieudefensie u dat u niet voldoet aan uw zorgplicht, u brengt schade toe. De stad New York heeft u ook voor het gerecht gedaagd begin dit jaar. Kunt u eigenlijk nog bijhouden hoeveel zaken er tegen u lopen?’(02:47)
Van Beurden: ‘We hebben er een aantal lopen, inderdaad. Je kunt daar natuurlijk op een technische manier naar kijken of op een maatschappelijke reputatie manier.’
Inhoudelijk gaan de rechtszaken over de medeplichtigheid van Shell aan gevaarlijke klimaatverandering.
Van Beurden: ‘Mijn gevoel is toch een van teleurstelling eigenlijk, dat het zover komt. Want uiteindelijk is het probleem waarover we hier praten een ingewikkeld maatschappelijk probleem, wat we collectief moeten oplossen.’
Uit
berekeningen
van Amerikaanse onderzoekers blijkt dat ongeveer
1,8 procent
van alle broeikasgassen die sinds de industriële revolutie de lucht in gingen, afkomstig is van producten van Shell. Wereldwijd zijn er slechts
zes bedrijven
die méér uitstoot
hebben veroorzaakt.
Milieudefensie – en een stad als New York – hebben dus niet zomaar voor Shell gekozen, zij vinden dat het concern zijn verantwoordelijkheid als onderdeel van het collectief onvoldoende neemt.
Van Beurden: ‘Het kan niet opgelost worden door één partij, het kan niet worden opgelost door energiebedrijven, niet door individuen, niet door individuele overheden. Het zal een ongekende hoeveelheid samenwerking nodig hebben om dit probleem, wat een uitermate complex probleem is, op te lossen.’
Dit is de tweede keer dat Van Beurden de energietransitie ‘complex’ of ‘ingewikkeld’ noemt. In het hele interview zal hij dat 9 keer doen. Ook benadrukt hij herhaaldelijk dat verandering ‘niet van de ene op de andere dag’ kan – alsof hij een excuus zoekt om de inertie van Shell te rechtvaardigen. In mijn optiek is de complexiteit van de klimaatproblemen alleen maar een reden om snel méér actie te ondernemen en om doorbraken te forceren. In de energiesector liggen de meeste kansen om klimaatverandering aan te pakken.
Van Beurden: ‘Want het is niet alleen het feit dat we minder CO2 moeten uitstoten, het is tegelijkertijd ook nog eens een keer het probleem dat we wellicht in de loop van deze eeuw twee keer zoveel energie moeten leveren aan mensen die het ook nodig hebben.’ (03:56)
Interviewer: ‘Daar kom ik zo op. Gaat u aan de eisen van Milieudefensie voldoen?’ (04:26)
Van Beurden: ‘Laat ik niet op de juridische details vooruitlopen, dat is altijd natuurlijk een beetje moeilijk wanneer het over juridische zaken gaat.’
In het laatste jaarverslag van 2017 laat Shell meer los over de klimaatrechtszaken die tot eind vorig jaar zijn aangespannen. Pogingen als die van de stad New York om de kosten van klimaatschade op het concern te verhalen, noemt Shell ‘ongegrond’. Maar het bedrijf erkent daar wel impliciet dat het klimaatzaken ook kan verliezen en dat dit een substantiële bedreiging vormt voor de winst en omzet van het bedrijf. ‘Losing any of these lawsuits could have a material adverse effect on our earnings, cash flows and financial condition.’
2: Van Beurden vecht met een stropop
Van Beurden: ‘Maar ik denk dat we juist heel veel doen om onze bedrijfsstrategie af te stemmen op wat nodig is voor ‘Parijs’. Maar het idee dat we even nu heel snel door de bocht heen zonder olie en gas het probleem kunnen oplossen – “neem het aanbod weg en dan verdwijnt de vraag vanzelf” – is denk ik een uitermate simplistische voorstelling van zaken.’
Uit een recente analyse in het wetenschappelijk tijdschrift Climatic Change blijkt dat het beperken van het aanbod van fossiele brandstoffen door overheden wel degelijk een goede aanvulling is op andere klimaatmaatregelen, zoals het subsidiëren van schone alternatieven. Beperkende maatregelen hebben volgens de auteurs zelfs ‘unieke politieke en economische voordelen’. Zo zijn ze veel makkelijker in te voeren dan bijvoorbeeld een CO2-belasting.
Van Beurden: ‘Daar stoor ik me, eerlijk gezegd, ook van tijd tot tijd wel eens aan. Want daarmee wordt de indruk gewekt dat er een eenvoudige oplossing zou zijn. Dat het probleem is opgelost als een bedrijf dat 1,6 of 1,7 procent van de wereldolie produceert, nu gewoon stopt met produceren.’ (05:18)
Niemand zegt dit. Het omgekeerde is wel waar: we zullen klimaatverandering pas beperken wanneer we stoppen met broeikasgassen toe te voegen aan de atmosfeer.
Interviewer: Dat is niet zo? (05:19)
Van Beurden: ‘Dat is niet zo. Nogmaals, het is een ingewikkeld maatschappelijk probleem waarbij overheden, consumenten een ander consumptiegedrag moeten laten zien. Waar inderdaad andere energieproducten op de markt moeten komen, waarvoor de markt ingericht moet worden, waarvoor regelgeving gemaakt moet worden en waar inderdaad bedrijven zoals het onze in moeten gaan investeren. En die bereidheid hebben we.’ (05:40)
Dit is misleidend. Shells lobbyisten bemoeien zich ook met regelgeving en hoe markten worden ingericht, en Shell maakt reclame om fossiele brandstoffen te promoten. Het bedrijf weet dat de aanleg van nieuwe fossiele infrastructuur, zoals pijpleidingen en gascentrales, de vraag kan aanwakkeren.
3: Shell onderschrijft Parijs
Interviewer: ‘Maar u onderschrijft het klimaatakkoord van Parijs als Shell?’ (05:43)
‘Ja, absoluut.’ (05:45)
Interviewer: ‘U bracht het Sky-scenario uit, u bracht ook een rapport uit over de transitie, hoe u die gaat maken als Shell. U zegt dat we in 2070 tot ’net zero emissions’ kunnen komen. Parijs vraagt om [‘net zero’ in] 2050 en ik begrijp dat het IPCC aan een rapport werkt waarin ze waarschijnlijk dit jaar zullen zeggen: "2040 misschien wel". Dan voldoet u toch niet aan klimaatakkoord Parijs?’ (06:10)
Van Beurden: ‘Wij hebben inderdaad de sommen gedaan en gezegd: "Wat is nu de snelste manier waarop wij technisch-economisch, als een samenleving, naar nul kunnen?" Als je alles logisch doorrekent en nagaat wat technisch en economisch mogelijk is, komen wij erop uit dat we inderdaad bij 2070 netto op nul uitkomen.’
Van Beurden: ‘We hebben vervolgens laten uitrekenen door een onafhankelijke instantie, in dit geval het MIT, wat dat betekent voor temperatuurstijging – daar hebben wij geen competentie in om dat zelf vast te stellen – en dat komt uit op 1,75 graden. Dus daarvan zeg ik: "Oké, dat is minder dan 2 graden." Dus met andere woorden, het kan, het kan technisch-economisch als alles meezit.’ (07:03)
Deze uitspraak heeft meer context nodig. Het door het MIT doorgerekende Shell-scenario komt alleen op 1,75 graden uit door een enorme hoeveelheid ‘negatieve emissies’ in de tweede helft van de eeuw
mee te tellen,
een ongekende technologische uitdaging met talrijke nadelen. Zo zou een gebied met een oppervlak van Australië moeten worden volgeplant met gewassen
die CO2 opslaan.
Er is ook sprake van een flinke onzekerheidsmarge: de opwarming kan met hetzelfde beleid ook
alsnog hoger uitvallen.
Minder risico nemen betekent sowieso: de fossiele energieproductie
veel eerder afbouwen.
Interviewer: ‘Maar vindt u het verwijt terecht dat u niet voldoet, omdat u pas in 2070, in plaats van 2050, op die [netto] nul emissie zit?’ (07:09)
Van Beurden: ‘Natuurlijk [niet], het is niet terecht, omdat wij niet bepalen of het in 2070 of in 2050 gaat gebeuren. [Dat hangt af van de vraag of] overheden op een of andere manier in staat zijn om het uiteindelijk nog sneller te laten lopen. Dat vinden wij op dit moment niet echt voor de hand liggen, want we zitten niet eens op het traject om in 2070 op nul te zitten, laten we eerlijk zijn. Niet omdat wij het niet willen, maar omdat overheidsbeleid dat niet toelaat.’ (07:35)
Shell heeft altijd juist veel invloed op het overheidsbeleid uitgeoefend. Zo pleitte het concern in de jaren negentig tegen alle klimaatmaatregelen behalve energiebesparing. Vanaf oktober 2011 was Shell drie jaar lang een van de belangrijkste stemmen in de Brusselse lobby tegen verplichte doelstellingen voor duurzame energie en energiebesparing. Shell steunt CO2-beprijzing maar eiste in het verleden meermaals uitzonderingen voor de eigen uitstoot.
4: Doet Shell zelf genoeg?
Interviewer: ‘U hield onlangs een lezing in Amsterdam, in De Rode Hoed, voor Elsevier, en daar zei u in antwoord op een vraag uit de zaal: "We hebben de ruimte die we krijgen van de maatschappij, van de politiek, van het publiek." Maar u zei daar gelijk bij dat Shell het niet alleen maar overlaat aan de overheid. Wat doet u zelf als bedrijf?’ (08:06)
‘Een aantal zaken, denk ik, Remco. We zijn permanent bezig om te kijken hoe we de eigen installaties efficiënter kunnen maken, minder CO2 kunnen uitstoten. We werken hard aan het terugdringen van methaanemissies, methaan is natuurlijk toch een meer potent broeikasgas.’ (08:27)
Interviewer: Dat is vorig jaar gelukt, hè? (08:28)
Van Beurden: ‘Ja, maar daar werken we de hele tijd aan en ook steeds meer door de hele…’ (08:32)
Interviewer: ‘Maar CO2 niet, u hebt meer CO2 uitgestoten vorig jaar, 4 procent.’ (08:35)
Van Beurden: ‘Ja, maar laten we daar zometeen op uit komen. We werken wel hard aan de efficiëntie van de installaties.’
Shell investeert vrijwillig in efficiëntie, maar
verzet zich tegen pogingen van overheden om efficiëntiemaatregelen te verplichten
en de
CO2-uitstoot van eigen installaties te beprijzen.
Ongeveer
15 procent
van Shells uitstoot wordt veroorzaakt door de eigen boorplatformen, fabrieken en raffinaderijen. De rest komt van het gebruik van Shells producten, waar hij nu over spreekt:
Van Beurden: ‘Tegelijkertijd zijn we bezig met het verschuiven van onze portfolio, naar uiteindelijk meer gas, minder olie. We zijn ook bezig om daar meer biobrandstoffen in te brengen, we zijn bezig om waterstof te ontwikkelen, we zijn zelfs bezig om daar meer hernieuwbare elektriciteit in te brengen en op die manier de portfolio te verschuiven naar een meer koolstofarme voorziening van energie.’ (09:04)
Interviewer: Het verwijt is dan vaak: "Dat is mooi, hartstikke goed, u investeert tot 2 miljard [dollar] in New Energies tot 2020…”’ (09:12)
‘Tussen de 1 en de 2.’ (09:13)
Het gesprek gaat nu over de in 2016 opgerichte divisie ‘New Energies’ waar Shell werkt aan transportbrandstoffen (zoals biobrandstoffen, waterstof en vloeibaar aardgas) en aan het produceren en verhandelen van stroom, waaronder duurzame stroom uit zonnepanelen en windmolens, maar ook stroom opgewekt
met aardgas.
Niet alle activiteiten die onder ‘New Energies’ zijn samengevoegd hebben dus te maken met duurzame energie en niet alle energiebronnen die Shell onder ‘New Energies’ schaart zijn ‘hernieuwbaar’ (vloeibaar aardgas is dat bijvoorbeeld niet).
Interviewer: ‘Op de 25 à 30 miljard totaal en dan is het verwijt wat vaak gemaakt wordt aan u: "Dat is allemaal veel te weinig. U doet wel wat, hartstikke leuk, maar het is gewoon niet genoeg."’ (09:22)
Van Beurden: ‘Daarop zei ik een aantal dingen. Ten eerste denk ik, er zijn niet zoveel bedrijven die 1 tot 2 miljard in hernieuwbare energie investeren, ik ken er geen één, behalve het onze, dat is punt 1.’
Deze zin bevat drie onjuiste beweringen. Niet alle investeringen in de divisie New Energies zijn ook investeringen in ‘hernieuwbare energie’ (zie hierboven).
De divisie New Energies is in 2016 gestart met een jaarbudget van 200 miljoen dollar. In november 2017 is aangekondigd dat dit budget omhoog zou gaan tot jaarlijks
1 á 2 miljard dollar tot 2020,
maar in 2017 heeft New Energies naar schatting niet meer uitgegeven dan ongeveer
450 miljoen dollar.
Het Franse oliebedrijf Total besteedde in 2011
1,38 miljard dollar
om zich in te kopen in de SunPower Corporation. In 2016 besteedde Total nog eens
1,1 miljard
dollar aan de overname van batterijmaker
Saft.
Van Beurden: ‘Punt 2, het zijn twee verschillende takken van sport. Uiteindelijk zijn de investeringen die nodig zijn in olie- en gasontwikkelingen inderdaad veel kapitaalsintensiever dan wat nodig is voor hernieuwbare energie.’
5: Shells eerdere groene avontuur
Van Beurden: ‘En het laatste punt wat ik erover wil zeggen, is dat het voor ons een relatief nieuw gebied is. We hebben het zojuist over het Sky Scenario gehad. In Sky zien wij het aandeel van de elektriciteit in de uiteindelijke consumptie van energie stijgen van 18 procent wereldwijd nu naar boven de 50 procent in de tweede helft van de eeuw. Dus dat wordt een enorm stuk van het energiesysteem. Daar willen we graag in participeren, daar willen we graag competent in zijn en in investeren, maar dat is ook relatief nieuw voor ons. We zullen daarin lerenderwijs moeten groeien, het kan niet van de ene dag op de andere.’ (10:26)
Context: Shell is sinds eind jaren negentig een aanzienlijke en groeiende speler in de stroomhandel en in de VS zelfs een van de drie grootste groothandeleren in stroom. In vergelijking met olie en gas is die markt voor Shell ‘relatief nieuw’.
Interviewer: ‘Komt het ook niet omdat u vroeger ook pogingen hebt ondernomen actief te zijn in meer hernieuwbare energie, wat u toch weer gedag hebt gezegd, en dat u nu eigenlijk opnieuw moet beginnen?’ (10:34)
Van Beurden: ‘Dat klopt, we hebben op een aantal manieren natuurlijk op de muziek vooruitgelopen, we zijn in het verleden in solar gestapt, we zijn in wind gestapt, we zijn in waterstof gestapt.’ (10:47)
Interviewer: ‘En waarom bent u er weer uitgestapt dan?’ (10:48)
Van Beurden: ‘Op een aantal punten omdat het of te vroeg was, zoals waterstof: dat gaat nog veel langer duren dan we in de negentiger jaren dachten toen we erin stapten. Of in solar omdat we uiteindelijk op een verkeerde manier in dat segment terechtkwamen, het maken van solar panels was gewoon niet onze competentie, bleek ook niet een business te zijn waar veel geld in te verdienen is, waar überhaupt geld aan te verdienen is, dus uiteindelijk hebben we ons daaruit moeten terug trekken.’
Shell bevond zich in de jaren negentig in de perfecte positie om leidend te worden in zonne-energie, schrijft oud-medewerker Damian Miller in dit paper, maar het bedrijf was te risicomijdend om door te zetten. Het had met ronkende pr-campagnes wel hoge verwachtingen gewekt. Vandaag de dag is het R&D-budget van Shell in vergelijking met concurrenten gemiddeld, niet uitzonderlijk.
Van Beurden: ‘Dat heeft ook best wel wat financiële reputatieschade toegebracht van: "Oké, het bedrijf weet dus niet hoe dat moet." Dus dat veroorzaakte wat zorg bij aandeelhouders: "Moet je dat soort dingen dan wel doen als olie- en gasbedrijf, en chemiebedrijf?" Dus elke keer als we het opnieuw proberen, zullen we heel duidelijk moeten zijn en heel goed moeten nadenken: waarom denken we dat het deze keer wel gaat lukken? Ik denk dat we daar een veel beter beeld op hebben, maar we moeten wel al onze stakeholders, onze aandeelhouders, meenemen op dit traject.’ (11:45)
Dit geeft een eenzijdig beeld van de aanheelhouders. Er zijn steeds meer grote vermogensbeheerders die juist van Shell vragen méér te doen.
Zo steunt Aegon
– een van de grootste vermogensbeheerders van Nederland –
de klimaatresolutie van beleggerscollectief Follow This.
Zelfs het ABP, dat tot nu toe de klimaatresolutie van Follow This nog nooit heeft gesteund, heeft Shell
herhaaldelijk bekritiseerd
toen het concern naar de Noordpool trok om olie te zoeken.
6: Winst is het belangrijkste
Interviewer: ‘Sorry dat ik u onderbreek, het woord business gebruikte u net al: het was vaak nog geen goede business. Dat is ook een verwijt wat u wordt gemaakt: u wilt alleen maar geld verdienen, u bent gewoon een geldmachine, die energie en dat klimaat, dat is op het tweede plan. Vindt u dat terecht?’ (12:01)
Van Beurden: ‘Ik denk dat dit niet helemaal klopt. Maar het punt is wel – en een van de hoofddoelen van een bedrijf is toch om sustainable te zijn als bedrijf - en sustainability is ook uiteindelijk economische sustainability. Als wij als bedrijf geen geld kunnen verdienen, kunnen we ook niet investeren, kunnen we ook niet doen wat een hoop mensen graag willen dat we doen.’
Van Beurden: ‘Dus uiteindelijk zit de duurzaamheid in economische duurzaamheid, natuurlijk ook in milieutechnische duurzaamheid en in sociale duurzaamheid, alledrie de dingen moeten omarmd worden. Maar het begint uiteindelijk toch altijd met economische duurzaamheid, want zonder economische duurzaamheid kunnen we verder niks.’ (12:43)
Verschillende ontwikkelaars van zonne-energie – en zelfs een bedrijf waarmee Shell samenwerkt – claimen dat ze al winst maken. Ook installateurs van zonnepanelen in de VS beginnen met winst te draaien. En Shell investeert sinds dit jaar zélf in zonneparken in het Verenigd Koninkrijk, Nederland en de VS. De vraag is dus niet of er winst gemaakt kan worden met duurzame energie, maar hoeveel.
Interviewer: ‘U wilt een rendement van 8 tot 12 procent halen. Kunt u niet met wat minder genoegen nemen?’
Interviewer: ‘Nee, maar nu zag ik staan in één van de laatste rapporten dat u op elektriciteitsprojecten ik geloof 8 tot 12 procent rendement wilt halen – móet halen, van uw aandeelhouders wellicht. Ik haal dat niet op mijn spaarrekening. U ook niet denk ik, dat zijn flinke rendementen. Kunt u dan niet met iets minder genoegen nemen en echt gaan investeren? U hebt ook echt de lat hoog liggen als het gaat om geld verdienen en dat kan wellicht niet samen met het forceren van doorbraken om ons energiesysteem te vergroenen.’ (13:15)
Van Beurden: ‘Maar dat zijn toch twee verschillende dingen, het vergelijken van een spaarrekening met een bedrijf dat uiteindelijk ook een sociale taak heeft om dividend te produceren voor pensioenfondsen en dergelijke. Dat betekent nu eenmaal dat wij een relatief goed rendement moeten maken wat boven onze zogenaamde cost of capital ligt. Dat betekent dat wij niet kunnen investeren in projecten met 2 tot 3 procent rendement, omdat we dan uiteindelijk per saldo waarde verliezen in het bedrijf.’ (13:47)
Shell zoekt hoge rendementen om schulden af te lossen en hoge winstuitkeringen
aan aandeelhouders te behouden.
Maar volgens sommige
analisten,
centrale bankiers
en investeerders riskeert Shell juist waardeverlies
door te lang vast te houden aan fossiele energie.
De afgelopen anderhalf jaar hebben bedrijven die voorop lopen in verduurzaming (zoals Siemens) op de beurs
beter gepresteerd
dan bedrijven uit de fossiele brandstoffensector (zoals Shell).
7: Shells klimaatgeschiedenis
Interviewer: ‘Ik wil het even met u hebben over de film die Shell in 1991 uitbracht: Climate of Concern. Hebt u hem recentelijk nog wel eens bekeken?’ (13:54)
Van Beurden: ‘Ik heb de eerste helft ervan gezien en ik kan me niet herinneren dat ik hem destijds heb gezien, maar ik weet waar je het over hebt inderdaad.’ (14:01)
Interviewer: ‘Het is aardig dat u zegt de eerste helft, want precies die eerste helft die had vandaag door Greenpeace of door Milieudefensie gemaakt kunnen worden. Ik heb gisteravond nog een keer gekeken, naar het buitengewoon alarmerende eerste kwartier van die film: 1,5 tot 4 graden in 2050, en dit zijn allemaal voorspellingen, en de voice over zegt keurig: "Wetenschappers denken en verwachten". Er komen klimaatvluchtelingen, u noemt ze Greenhouse-refugees, tropische eilanden verdwijnen, wetlands worden vernietigd, overstromingen, impact op de landbouw – ik werd er heel erg depressief van. Nogmaals, die film heeft Shell in 1991 uitgebracht, u bent daarmee langs universiteiten en scholen gegaan om te waarschuwen.’ (14:39)
Van Beurden: ‘Wellicht, ja.’ (14:40)
Dat heeft Shell zeker gedaan.
Interviewer: ‘Dat schijnt zo. Dan is het verwijt dat Shell nu gemaakt wordt van: "Ja, u hebt een prachtige film gemaakt, u hebt gewaarschuwd." #ShellKnew is de hashtag op social media, Shell wist het, meer nog, u droeg het uit, maar u hebt er niet zoveel aan gedaan. Of eigenlijk niks.’ (14:59)
Van Beurden: ‘Remco, dan kom je terug op de eerste vraag, wie heeft nu verantwoordelijkheid over wat? Ik denk inderdaad, wij wisten dit en we hebben het ook nooit onder stoelen of banken gestoken.’
Dit laatste is niet helemaal waar. Hoewel Shell sinds 1998 erkent
dat klimaatverandering bestaat en dat dit door broeikasgassen komt,
is het bedrijf lang lid geweest van
lobbygroepen die twijfel zaaiden
en desinformatie
hebben verspreid.
Intern trok Shell al in 1988 verregaande conclusies
over de ernst van klimaatverandering.
Ook vandaag is Shell in de VS nog lid van de National Association of Manufacturers (NAM) en van de Western States Petroleum Association (WSPA), twee brancheverenigingen die
desinformatie over klimaatverandering verspreiden.
Van Beurden: ‘Ik denk wel dat er een voortschrijdend inzicht geweest is. Ik heb me niet in de historie van deze problematiek binnen het bedrijf verdiept, maar ik zit natuurlijk in het bedrijf sinds begin tachtiger jaren. Op basis daarvan zou ik zeggen dat het in het begin toch wat meer een soort van schoorvoetend onderkennen was en “wat betekent het nu precies”.’ (15:31)
Interviewer: ‘Maar die film was niet schoorvoetend zou ik zeggen, dat was vól erop.’ (15:35)
Van Beurden: ‘Maar wat we daaraan doen, was op dat moment toch niet zo duidelijk. We hebben wel in de afgelopen jaren en decennia veel duidelijker op het netvlies gekregen dat dit echt een heel ingewikkeld groot probleem is wat echt aangepakt moet worden. We zijn vanaf het begin, met deze film en ook direct daarna, begonnen met hele duidelijke advocacy dat we hier iets aan doen: “er moet een prijs komen op CO2-emissies, er moet harder gewerkt worden aan regelgeving en dergelijke.”’
Dit is misleidend. Dertig jaar voordat het klimaat stevig op de wereldwijde publieke agenda kwam te staan, begonnen oliebedrijven al na te denken
over de implicaties ervan.
Shell bepleit alleen beleid dat het bedrijfsmodel
ongemoeid laat,
zoals
CO2-beprijzing.
Andere beleidsmaatregelen die politici de afgelopen decennia hebben willen nemen, zoals verplichte energiebesparing in de industrie, werden tegengewerkt door Shell zelf of door brancheverenigingen waar Shell onderdeel van was of is. Dit terwijl uit onderzoek blijkt dat zelfs bij een hoge CO2-prijs aanvullend beleid nodig is
om de energievoorziening ingrijpend te verduurzamen.
8: ‘Shell mag wel wat harder aandringen’
Van Beurden: ’En hier kun je zeggen: hadden wij misschien harder moeten praten? Hadden we daar een groter probleem van moeten maken? Eerlijk gezegd, als we erop terugkijken: we hadden wellicht assertiever moeten en kunnen zijn, want uiteindelijk is nu toch het probleem dat het probleem bij ons wordt neergelegd, terwijl het uiteindelijk natuurlijk een veel breder maatschappelijker probleem is.’ (16:33)
Dat ‘het probleem bij Shell wordt neergelegd’ is onjuist. De rekening van klimaatmaatregelen wordt in Nederland in ieder geval vooral bij de belastingbetaler neergelegd - en dan vooral bij de laagste inkomens. Ook in andere landen wordt de fossiele-brandstoffenindustrie doorgaans juist ontzien door beleidsmakers.
Interviewer: ‘Ik heb nog even uw Sky Scenario erbij gepakt. Daar schrijft u: "It relies on a complex combination of mutually reinforcing actions by society, markets and governments." Maatschappij, overheden, markten, bedrijven, dat klinkt natuurlijk heel erg mooi, we moeten het samen doen. De strekking van uw Elsevier-lezing was ook "we moeten het samen doen". Prachtig, ook een beetje hol, als ik zo vrij mag zijn. Als je het samen moet doen dan gebeurt er meestal niet zoveel.’ (17:07)
Van Beurden: ‘Nee, maar ik denk ook dat wij, wat dat betreft, veel assertiever mogen zijn in onze advocacy, dat we harder en duidelijker moeten zijn. Zonder dat we ons nu als een protestgroep tegen de overheid opstellen, denk ik dat we best wel harder mogen aandringen.’
Dit is misleidend. Shell is innig verstrengeld met veel overheden zoals die van Nigeria en Nederland. Terwijl Shell publiekelijk oproept tot verstandig klimaatbeleid, gebruikt het deze nabijheid voor de bescherming van zijn bestaande belangen, voor de aanleg van nieuwe gasinfrastructuur en voor overheidsbeleid dat het gebruik van (vloeibaar) aardgas stimuleert.
Van Beurden: ‘Omdat wij nu eenmaal ook een stem in de samenleving zijn en een stem zijn die het in principe misschien wat meer of wat beter of in wat meer detail begrijpt allemaal.’ (17:40)
9: Hoeveel invloed heeft Shell?
Interviewer: ‘Dat aandringen is één. Maar moeten we niet vaststellen dat de CO2-uitstoot nog steeds stijgt, met 1,4 procent vorig jaar? De toezeggingen die landen in Parijs hebben gedaan zijn ook onvoldoende. Zo schiet het toch helemaal niet op?’ (18:10)
Van Beurden: ‘Mee eens en dat is denk ik een collectief probleem waar we harder aan moeten werken. De rol die wij daarin hebben is om dat veel meer en veel duidelijker over het voetlicht te brengen. Ik denk ook dat wij veel meer en beter en wellicht ook met anderen, met overheden, moeten samenwerken en moeten zeggen: "Dit is wat het betekent, doe het nu op deze manier". Of: "Dit zijn handzame beleidsmaatregelen die je kunt nemen om daar sneller verandering in te brengen."’
Van Beurden: ‘Ik denk dat wij meer moeten laten zien en duidelijk moeten maken. En als je dat doet, dan staan wij ook klaar om daar in te investeren. Maar verwacht nu niet van ons dat wij investeringen gaan doen die niet bijdragen, die niet rendabel zijn, die uiteindelijk waarde ontnemen aan het bedrijf. Ik denk niet dat dat reëel is om dat te verwachten van enig bedrijf en zeker niet van een bedrijf dat uiteindelijk toch niet de slagkracht en de grootte heeft om daar op maatschappelijk niveau iets aan te doen.’ (19:08)
Je kunt hier ook anders naar kijken. Als Shell vanaf eind jaren tachtig, toen het intern alarm sloeg over de risico’s van klimaatverandering, consequent alles op alles had gezet, was het nu een duurzamer bedrijf geweest. De Nederlandse energiehuishouding had er dan misschien ook anders uit gezien, net als die van andere landen waar Shell actief is. Andere energieconcerns zijn onder de juiste omstandigheden wel tot transformaties in staat gebleken.
Interviewer: U zegt: "We zijn echt maar een hele kleine speler." Dat zei u ook tijdens uw lezing, dat zien sommige mensen anders, die zeggen van: "Ja, maar juist bedrijven als Shell kunnen het voortouw nemen, moeten het voortouw nemen." (19:23)
Van Beurden: ‘Ik ben het er ook mee eens dat wij een maatschappelijke rol hebben en dat we daar veel harder aan kunnen werken’
Van Beurden: ‘Ja, en ik ben het er ook wel mee eens dat wij een maatschappelijke rol hebben en dat we daar veel harder aan kunnen werken. Dat we ook veel meer kunnen laten zien wat mogelijk is, dat we veel meer moeten aandringen en veel meer moeten samenwerken met beleidslieden om te zorgen dat de markt op de juiste manier ingericht zijn.’
Van Beurden: ‘We praten makkelijk over die hogere prijzen op CO2, dat zou inderdaad helpen. Maar er zijn heel veel andere maatregelen die genomen moeten en kunnen worden om die energietransitie af te dwingen.’ (19:50)
Interviewer: Noemt u er eens één. (19:51)
Van Beurden: ‘Een betere inrichting van de elektriciteitsmarkt. Als we uiteindelijk naar een elektriciteitsmarkt moeten die 50 procent van de totale energiebehoefte gaat dekken, gaan we daar niet komen, zeker niet als het met renewables moet gebeuren met de huidige inrichting van het elektriciteitsmarktstelsel. Dat zal aangepast moeten worden, anders komen we op enorme problemen uit. We kunnen niet collectief vele duizenden miljarden dollars aantrekken in investeringen voor dat systeem die allemaal op subsidies gebaseerd zijn.’
Zonnepanelen en windmolens zijn op steeds meer plekken ook zonder subsidie concurrerend. Nuon gaat een windpark op zee bouwen zonder overheidssubsidie. Hierdoor hoeft de overheid minder te besteden dan eerder gedacht aan duurzame energiesubsidies. Wereldwijd wordt de afname van fossiele brandstoffen overigens bijna twee keer zoveel gesubsidieerd als de productie van duurzame energie.
Van Beurden: ‘Dat zijn ingewikkelde problemen, daar hebben wij denk ik een rol te vervullen om mee te denken met beleidsmakers hoe dat ingericht moet worden. En dan ook een rol te vervullen om te zeggen: "Kijk en als dat werkt, dan doen wij mee, dan stappen we daar ook in." Wij willen niet als Shell een bedrijf zijn wat puur en alleen op olie en gas gefocust is. (20:42)
‘U hebt windpark Borssele III/IV gekregen, omdat daar een goede subsidie op zit, het is een goede business case voor u.’ (20:49)
Van Beurden: ‘Ja, en dat hebben we overigens wel heel erg scherp geprijsd. Maar uiteindelijk kunnen we ook niet anders.’ (20:55)
Context: In januari 2018 heeft Shell zijn belang in dit windpark teruggebracht van 40 tot 20 procent om zijn ‘financiële blootstelling aan het project’ terug te brengen. De opbrengsten uit de verkoop van het belang zouden naar verluidt worden geïnvesteerd ‘in projecten die een hoger rendement opleveren’.
Interviewer: ‘U verdient er wel wat op of niet?’ (20:56)
Van Beurden: ‘We leren heel veel en het is natuurlijk nog niet opgestart, dus we kunnen ook niet zeggen hoeveel we aan het verdienen zijn, dat gaat nog even duren. Maar dit is natuurlijk het begin van een leertraject waarbij we heel duidelijk en heel snel heel veel leren hoe we heel erg competitief kunnen aanbieden op dit soort projecten.’ (21:14)
10: Kunnen we al zonder fossiele brandstoffen?
Interviewer: ‘U schat dat in 2070 we 75 procent meer energie gebruiken dan in 2015. Het [Internationaal Energieagentschap (IEA)] zei 30 procent meer in 2040 – dus dat zit in een flink stijgende lijn. Zon en wind gaat het niet doen zegt u, en ik denk dat heel veel mensen dat met u zeggen.’
Dit is omstreden en het IEA ligt hierover juist onder vuur. Zo heeft het IEA al zeker twaalf keer voorspeld dat de groei van zonne-energie zou stagneren, wat steeds maar niet gebeurde.
Interviewer: ‘Hoe gaan we die opgave überhaupt aanvliegen? Waar halen we al die energie vandaan om al die mensen te voeden? Of moeten we misschien niet zeggen tegen de groeiende bevolking, die paar miljard mensen die erbij komen, en tegen die zeker één miljard mensen die nu geen elektriciteit hebben: u hebt pech, voor u is er geen energie. We moeten aan het klimaatdoel voldoen, dus u moet maar even in de wachtkamer?’ (22:12)
Van Beurden: ‘Dat zou ik dus onacceptabel vinden en dat is de tweede helft van de uitdaging. We hebben het vaak over de één miljard mensen die nog geen elektriciteit hebben. Dan hebben we het nog niet gehad over de 3 miljard mensen die van brandhout en dierlijke uitwerpselen afhankelijk zijn om te koken. Dus we hebben 4 miljard mensen die echt in de problemen zitten wat dat betreft, en dat is natuurlijk een onacceptabele situatie die ook opgelost moet worden.’ (22:38)
Shell gebruikt dit argument vaker als rechtvaardiging voor investeringen in olie en
met name aardgas.
Of dat werkelijk de beste oplossing biedt voor de zogenoemde energie-armoede is discutabel. De Wereldbank kiest bijvoorbeeld voor meer duurzame energie om zowel energie-gebrek als klimaatverandering
aan te pakken.
Een coalitie van de zelfverklaarde ‘minst ontwikkelde landen’ vroeg aan de vooravond van de laatste klimaattop in Bonn opnieuw om
de snelle introductie van duurzame energie (niet om aardgas).
En het zijn nu juist landen met een snel groeiende bevolking zoals
China
en
India
die
volop inzetten op duurzame energie.
Dat leidt tot dalende kosten voor duurzame technologie, waar ontwikkelende economieën
van kunnen profiteren.
Interviewer: ‘Maar dat is dus de vraag, kunnen we die beide oplossen?’ (22:42)
Van Beurden: ‘Ik denk dat het kan en dat is dus het hele verhaal van Sky en daarvoor zijn een aantal dingen nodig, Remco. Ik denk dat we ten eerste in landen waar een veel intensiever energiegebruik is voor de economie, dat we daar heel veel meer moeten werken aan efficiëntie. De gemiddelde Amerikaan gebruikt, om er even wat engineering units in te gooien, 300 Gigajoule per jaar per persoon om aan zijn levensstijl te voldoen. In Canada is het 350, in Nederland is het 150, in Kenia is het 30.’ (23:19)
Interviewer: ‘Maar in uw klimaatfilm in 1991, we hadden het net over het eerste kwartier, het Milieudefensie-kwartier, daarna kwam u toch met een soort van oplossing of u schetste als Shell toen een beeld hoe we dat dan moesten gaan oplossen, energie-efficiency was eigenlijk de belangrijkste, het belangrijkste anker daarin en dat heeft niet gewerkt.’ (23:37)
Van Beurden: ‘Dat heeft niet gewerkt en dat is denk ik inderdaad een maatschappelijk probleem. Ik denk dat wij het steeds makkelijker hebben gevonden om meer energie te gaan gebruiken. Natuurlijk zijn ook enorm veel landen heel hard gegroeid in de afgelopen decennia en zijn juist veel meer kolen gaan gebruiken voor energie.’
Van Beurden: ‘Kolen is veel harder gegroeid dan wat wij destijds konden voorzien, wat iedereen had kunnen voorzien in de negentiger jaren. Dus ja, meer efficiëntie, absoluut belangrijk, minder kolen, absoluut belangrijk. Ik denk dat we niet helemaal van fossiel af kunnen, maar laat het dan zoveel mogelijk gas zijn en laten we proberen dat zo snel mogelijk om te buigen.’ (24:18)
‘Zoveel mogelijk gas’ en ‘zo snel mogelijk ombuigen’ – dat wil zeggen het aandeel aardgas ‘afbouwen’ – zijn met elkaar in tegenspraak. Shell erkent zelf in datzelfde Sky-scenario dat reeds geïnvesteerd kapitaal in fossiele energie de transitie vertraagt. Nieuwe investeringen in boorplatforms, pijpleidingen en raffinaderijen creëren een financieel belang om aardgas te blijven gebruiken en ‘sluiten’ nieuwe uitstoot zo ‘in’. Toch blijft Shell bijna al zijn kapitaal in zulke langlevende fossiele infrastructuur pompen en volop pleiten voor het openen van nieuwe markten voor aardgas.
Interviewer: ‘Maar door wat u nu zegt, wordt u verweten: u bent gewoon reclame aan het maken voor uw gas-business waarin u aan het groeien bent.’ (24:24)
Van Beurden: ‘Ja, maar dat vind ik enigszins ongenuanceerd, want als je het uit eerste principes doorrekent, kom je daar toch op uit. Gas heeft de helft van de CO2-uitstoot van kolen gemiddeld gesproken, daar is iedereen het over eens, ook als je kijkt naar methaanemissies en dergelijke.
Dit is onjuist. De klimaatvoordelen van aardgas nemen af naarmate er meer methaan weglekt. Er is een omslagpunt waarna zelfs steenkool vanuit klimaatoogpunt een betere energiebron is dan aardgas.
Van Beurden: ‘En uiteindelijk zullen we toch in heel veel grote segmenten van de economie, zullen we niet zonder fossiele brandstoffen kunnen. We kunnen niet vliegen op elektriciteit, we kunnen niet verschepen op elektriciteit, we kunnen geen materialen maken uit elektriciteit. Dus uiteindelijk zal er toch op één of andere manier koolstof nodig zijn. Laat het dan de beste vorm van koolstof zijn.’ (25:00)
Hier doet Van Beurden vier onjuiste uitspraken. Shell heeft zelf meegewerkt aan onderzoek dat laat zien dat veel industriën
wél zonder fossiele brandstoffen kunnen.
Er zijn al
kleine elektrische vliegtuigen
voor korte afstanden.
De ontwikkeling van bijvoorbeeld lithium-luchtbatterijen zou elektrische vliegtuigen in de toekomst geschikt kunnen maken voor
langeafstandspassagiersvluchten.
Voor de binnenvaart zijn elektrische vrachtschepen in opkomst:
Nederland,
China
en
Noorwegen
zijn ermee bezig. Combinaties van batterijen,
zeilen
en
waterstof
zouden in theorie schone oceaanscheepvaart mogelijk moeten kunnen maken.
De ‘materialen’ die Van Beurden bedoelt zijn plastics en allerhande consumptiegoederen, van rubberen banden tot zonnebrand, die gemaakt worden op basis van aardolieproducten. Ook daar zijn
duurzame alternatieven in opkomst
in wat de
‘biobased economy’
heet. In combinatie met slimmer ontwerp zou dat kunnen leiden tot
een ‘circulaire economie’.
Deze ontwikkelingen staan pas aan het begin en we kunnen voorlopig niet zonder olie, maar over een paar decennia kan – en moet – dat
radicaal anders zijn.
11: Het oordeel van de geschiedenis
Interviewer: ‘U zei tijdens die lezing in Amsterdam ook: "U kunt niet overleven als bedrijf zonder waardering van de samenleving."’ (28:24)
Van Beurden: ‘Absoluut.’ (28:25)
Interviewer: ‘Ik zag even een tweetje van Peter Polder, Milieudefensie. "Ongelofelijk, Groningen slopen, nu dreigen met miljardenclaim. Shell en Exxon laten hun ware aard weer zien." Ik ga er vanuit dat u het daar niet mee eens bent, maar dat sentiment, dat geluid, zwelt wel aan. Hoe problematisch is dat voor u?’ (28:43)
Van Beurden: ‘Natuurlijk is het problematisch, voor een aantal redenen denk ik, laat ik maar heel eerlijk zijn, het steekt mij persoonlijk, want ik denk niet dat wij zo in elkaar zitten. En uiteindelijk denk ik inderdaad dat het wel een probleem is dat wij, zeker in Nederland, steeds meer worden gezien als een bedrijf wat out of sync is met de samenleving.’ (29:21)
Interviewer: ‘Geen force for good, maar een force for evil.’ (29:24)
Van Beurden: ‘Ja, het is steeds toch meer Shell tegen de samenleving en natuurlijk stoor ik me daar enorm aan, want zo identificeer ik mezelf niet. Ik denk ook niet dat iemand zich in Shell op die manier identificeert en dat is wel een probleem. Want uiteindelijk zijn wij samengesteld uit mensen, we hebben tienduizend mensen die in Nederland werken. Ik denk dat niemand zich herkent in de manier waarop wij van tijd tot tijd gekarakteriseerd worden.’
Dit is discutabel. In een serie gesprekken die ik op De Correspondent publiceerde, bleek dat Shell-medewerkers zich de kritiek van de samenleving op het bedrijf aantrekken en deze soms ook herkennen. Voor studenten uit Delft is Shell een steeds minder aantrekkelijke werkgever. ‘Veel technici uit Delft willen zich niet meer vereenzelvigen met dit type bedrijven’, zegt een headhunter in het Financieele Dagblad. ‘Je draagt niet bij aan een betere, duurzamere wereld.’
Van Beurden: ‘Is dat volledig een probleem van de samenleving? Nee, natuurlijk niet, wij hebben daar ook debet aan, wij moeten ook uiteindelijk ons beter uitlaten, ons duidelijker profileren, wellicht dingen anders doen en zeker anders zeggen. Maar ik herken me niet in hoe wij vaak ongenuanceerd gekarakteriseerd worden. Wij zijn een totaal ander bedrijf dan wat de meeste mensen met dit soort claims ons voor de voeten werpen.’ (30:24)
Interviewer: ‘Twijfelt u wel eens?’ (30:25)
Van Beurden: ‘Natuurlijk twijfel ik de hele tijd, ik denk dat het menselijk is.’ (30:29)
Interviewer: ‘Maar twijfelt u of u aan de goede kant of de slechte kant van de geschiedenis komt te staan, uiteindelijk?’ (30:34)
Van Beurden: ‘Ja, dat is wel een punt. Ik heb hard gewerkt om carrière te maken in dit bedrijf, op een gegeven moment sta je aan de top van het bedrijf wat dan toch opeens anders aanvoelt dan wat je wellicht dacht. Niet dat ik daar mijn hele carrière mee bezig ben geweest, van: hoe zou dat nu zijn. Maar er is wel een zekere mate van eenzaamheid en een hele andere zwaarte van de verplichting die je voelt om het juiste te doen.’
Van Beurden: ‘En dat is niet alleen het juiste om te zorgen dat het bedrijf goed loopt en fatsoenlijk functioneert, dat we geen ongelukken hebben en dergelijke, maar ook dat we de juiste dingen als bedrijf doen. Ik heb me drie ambities gesteld: maak van Shell een world class investment case, zodat we economisch sustainable zijn; we moeten het absoluut winnen in de energietransitie – wat het meest ingewikkelde strategische vraagstuk is wat ik op dit moment heb – maar tegelijkertijd moeten we gezien worden als een gewaardeerd en gerespecteerd bedrijf in de samenleving. Die drie ambities zijn alle drie even belangrijk. Uiteindelijk reken ik mezelf af op hoe succesvol ik ben geweest deze drie zaken [te bereiken] en wellicht de geschiedenis ook.’ (31:59)
Voer voor discussie
Wat in het interview opvalt, is een groot hiaat tussen de dingen die wél en niet door Van Beurden geaccepteerd worden. Dat 3 miljard mensen te weinig toegang hebben tot energie, noemt hij (terecht) ‘onacceptabel’. Maar hij lijkt als voldongen feit te accepteren dat zijn bedrijf nog vele decennia blijft bijdragen aan gevaarlijke klimaatverandering die grosso modo dezelfde minst bedeelden zal raken.
Waar baseert Van Beurden de inschatting op dat de economische en morele voordelen van méér aardgas in ontwikkelende economiën opwegen tegen de nadelen van klimaatverandering?
En zo is er meer voer voor discussie. Van Beurden wisselt herhaaldelijk van rol. Het ene moment zegt hij dat Shell onvoldoende slagkracht heeft om het tempo van de energietransitie te beïnvloeden. Het andere moment vindt hij dat het beïnvloeden van overheidsbeleid een kracht is van Shell.
Het ene moment wil Shell samen optrekken met de rest van de samenleving, het andere moment zegt Shell: wij veranderen pas als iedereen is veranderd.
Ik ben benieuwd welke conclusies jullie trekken na het lezen van dit verhaal. Laten we de analyse hieronder samen voortzetten.
Met dank aan correspondentleden Jan Derk Stegeman en Auke Hoekstra voor het meedenken over vliegen, verschepen en produceren zonder fossiele brandstoffen.
Lees verder:
De geest is uit het olievat: Shell overtuigt zelfs grote investeerders niet meer Shell ligt onder vuur van advocaten, activisten én aandeelhouders. Zelfs de Aegon Group, een van de grootste vermogensbeheerders van Nederland, keert zich nu tegen het Shellbestuur. #ShellKnew. In deze interne documenten kun je zelf lezen wat Shell sinds 1986 weet over klimaatverandering Shell kent de risico’s van klimaatopwarming al meer dan dertig jaar. Wat deed het bedrijf met die kennis? Samen met de Amerikaanse website Climate Files maak ik bijna veertig documenten van Shell openbaar die gezamenlijk een goed antwoord geven.
Dit verhaal heb je gratis gelezen, maar het maken van dit verhaal kost tijd en geld. Steun ons en maak meer verhalen mogelijk voorbij de waan van de dag.
Al vanaf het begin worden we gefinancierd door onze leden en zijn we volledig advertentievrij en onafhankelijk. We maken diepgravende, verbindende en optimistische verhalen die inzicht geven in hoe de wereld werkt. Zodat je niet alleen begrijpt wat er gebeurt, maar ook waarom het gebeurt.
Juist nu in tijden van toenemende onzekerheid en wantrouwen is er grote behoefte aan verhalen die voorbij de waan van de dag gaan. Verhalen die verdieping en verbinding brengen. Verhalen niet gericht op het sensationele, maar op het fundamentele. Dankzij onze leden kunnen wij verhalen blijven maken voor zoveel mogelijk mensen. Word ook lid!