Vorige week zaterdag vond in het stadion van Excelsior in Rotterdam de Wedstrijd van de Toekomst plaats, de wedstrijd met alternatieve spelregels die ik mee hielp te organiseren.

Het was een mooie dag en een leuke wedstrijd, met veel interessante discussie over spelregels, en veel media-aandacht voor de intrap, de self-pass, en de zuivere speeltijd. Zelf was ik te horen (ik ben geboren in Geldrop), en bij de

Een interessante kritiek op de nieuwe spelregels kwam een voormalig keeper van PSV. Hij waarschuwde dat eerlijkere spelregels ook kunnen betekenen dat de beste partij vaker wint en voetbal dus voorspelbaarder wordt. En dat is nu net de charme van het spel. Een interessant punt – al vraag ik me af of het effect van deze regels erg groot is op dat punt.

Binnenkort meer. Ook heb ik dan een stuk over de laatste serieuze spelregelwijzing: het verbod op het terugspelen op de keeper uit 1992. Daarvoor had ik donderdagochtend een telefoongesprek met een interessante bron: Sepp Blatter.

Youtube plaatst cookies bij het bekijken van deze video Bekijk video op Youtube
Een samenvatting van de Wedstrijd van de Toekomst.

Bij het vertrek van een laptoptrainer

Trainer Pepijn Lijnders is bij NEC Nijmegen, nadat hij er niet in slaagde promotie af te dwingen bij de ploeg die eerste stond toen hij het in de winterstop overnam. De vraag is nu wat dit vertrek zegt – zegt het iets over Lijnders, of zegt het iets over een type trainer?

Want Lijnders staat in de beeldvorming voor meer dan zichzelf: hij is een zogenoemde laptoptrainer. Dat begrip is nogal vaag, maar het komt neer op een trainer zonder groot verleden als speler. Pieter Zwart, journalist van VI, en auteur van dat volgende maand verschijnt, dat een ontslag van Lijnders gevolgen zou kunnen hebben voor andere trainers-zonder-ervaring-als-speler.

Als dat gebeurt, zou dat vrij onzinnig zijn, want het enige dat die trainers bindt is het gebrek aan ervaring als profspeler (en een hbo- of wo-opleiding). Maar in de beeldvorming wordt veel op een hoop gegooid. Zo lees je dat laptoptrainers gevoel missen, tactiekfreaks en theoretici zijn, of

Telegraafverslaggever Mike Verweij maakt het fictieve verschil tussen ‘laptoptrainers’ en ‘praktijktrainers’ duidelijk.

Dat laatste is volslagen onzin. Ik moet de eerste trainer – ‘laptop’ of ‘gewoon’ – die intensief gebruik maakt van data-analyses nog tegenkomen. Domenico van – een laptoptrainer – bleek bijvoorbeeld de statistiek niet eens te kennen. (Toen ik het aan hem omschreef, werd hij enthousiast, dat dan weer wel.) – zo’n beetje de definitie van het begrip laptoptrainer – benadrukt dat coaching 30 procent tactiek is en 70 procent mensenkennis. (Wie oplet ziet daarin 0 procent ruimte voor statistiek.) Thomas Tuchel dan weer wel over statistiek, maar als hulpmiddel. Een grote plek in zijn werk heeft het niet.

Waarom ‘data’ er dan vaak bij wordt gehaald? Of obscure tactische termen? Misschien komt het simpelweg omdat dit de tijd van big data is. Misschien komt het door de aandacht voor het handjevol clubs die in de scouting gebruik maakt van data. Of misschien omdat het helpt een karikatuur te schetsen – van zonderlinge, overserieuze voetbalnerds die met (vies gezicht) data werken.

De werkelijkheid is wat saaier – sommige van die trainers zonder ervaring als spelers zijn gewoon goede trainers. Met jarenlange ervaring als... trainer. Met veel mensenkennis en veel voetbalkennis. Dat bleek afgelopen week ook: Tedesco plaatste zich met Schalke voor de Champions’ League, Nagelsmann deed dat ook met Hoffenheim, en Tuchel werd aangesteld bij een van de rijkste clubs ter wereld, Paris St. Germain.

Goed mogelijk dat de opkomst van dit soort trainers in Nederland door het vertrek van Lijnders wordt vertraagd. Behalve dat hij promotie misliep, heeft Lijnders door enkele onhandige mediaoptredens het waanbeeld van de zonderlinge tactiekfreak bevestigd. Mogelijk zal een club nu ietsje langer nadenken voor het een trainer zonder cv als speler een baan als coach geeft.

Maar de opkomst van de trainer zonder ervaring als profspeler is niet tegen te houden. En - god verhoede - misschien neemt hij of zij ooit nog data mee de kleedkamer in ook.

(PS: Maandagavond ben ik te gast bij Radio 1 in het Sportforum, waar mogelijk dit onderwerp ook ter sprake komt.)

Lees- en luistertips

  1. Simon Kuper is een van mijn favoriete journalisten. In The Financial Times gaf hij die ik graag twintig jaar eerder had willen krijgen. (Al had ik er toen waarschijnlijk niet naar geluisterd.)
  2. Boeiend stuk over het leerproces van Mo Bamba. Bamba geldt als een van de grote talenten van het Amerikaanse basketbal. Maar om te slagen in de grote NBA, moet hij zijn spel aanpassen. Daar werkt hij aan.
  3. Tom Wolfe is dood. Wolfe, voor wie hem niet kent, was romanschrijver maar oorspronkelijk journalist. Hij was het boegbeeld zelfs van een nieuwe generatie journalisten, die in de jaren zestig en zeventig non-fictie schreven met fictie-technieken, zoals dialoog, scènebeschrijving en perspectiefwisselingen. Bij Wolfe en de zijnen stond vorm centraal; hun opvolgers stelden de vorm in dienst van de inhoud. (Aanrader op dit gebied: de bundel ) Meester van de nieuwe New Journalism is wat mij betreft Michael Lewis. Hij wist aan wie hij schatplichtig was: in 2015 hij Wolfe op karakteristieke wijze.
  4. Becky Hammon maakt kans om coach te worden van een NBA-ploeg, de Milwaukee Bucks. Ze zou de eerste vrouw zijn als hoofdcoach in het Amerikaanse basketbal. Op The Players’ Tribune speler Pau Gasol waarom zij daar geschikt voor is.
  5. Deze van This American Life over een conflict op een universiteit van Nebraska, tussen een social justice warrior en een rechtse pro-Trump freedom fighter, is vreselijk goed. Je sympathieën gaan van links naar rechts en weer terug, door de humane aanpak van de makers.
  6. Dit stuk uit The New York Times is ronduit geweldig.