In ben ik misschien vijf mensen tegengekomen van wie ik het gezicht niet kon zien. Daarvan hadden twee zich ingepakt tegen de winterse kou. Bij de andere drie zag ik alleen de ogen, omdat ze een droegen. We vervolgden elk onze eigen weg.

Deze week wordt in de Eerste Kamer gestemd over de ook wel bekend als het boerkaverbod.

Naar schatting zijn er maar een paar honderd Nederlandse vrouwen die een boerka dragen, en daar wordt een wet in volksmond naar vernoemd. Symboolpolitiek, tekenend voor de manier waarop het maatschappelijk debat wordt gevoerd.

Ik ben zeker niet de eerste die publiekelijk kritisch is, maar misschien moet ik dat maar niet al te expliciet uiten. Het kostte Rachida Lamrabet namelijk haar baan. Haar werd ook nog eens verweten dat ze sluipende islamisering aanmoedigde, en dat terwijl ze niet per se vóór de boerka is. Wel voor vrijheid en het recht op privacy.

Rachida is Belgisch jurist en auteur van prijswinnend literair werk. In 2016 werkt ze bij Unia, een antiracismeorganisatie. De organisatie van een internationaal cultuurproject vraagt haar iets te maken over hoe verschillende landen en culturen privacy definiëren.

Ze besluit Daarin is te zien hoe een dame in nikab een brief schrijft aan ‘makers van onmogelijke kledingregels, gij die wetten maakt om mijn lichaam in kaart te brengen en onder controle te houden’.

Uitgangspunt van het filmpje is dat het dragen van gezichtsbedekking beschouwd kan worden als een vorm van privacybescherming en keuzevrijheid. Iedereen zou daar recht op moeten hebben, zolang anderen maar geen kwaad wordt gedaan.

In haar op is zij niet alleen, maar er ontstaat na een interview met weekblad Knack ophef. Bij het interview geeft ze nadrukkelijk aan dat ze namens zichzelf spreekt en niet als medewerkster van Unia. Toch wordt dat wel zo in de gezet.

De dag erna krijgt ze een mail van haar werkgever. Haar filmpje en het interview zouden in tegenspraak zijn met de standpunten en waarden die Unia bepleit ‘met inbegrip van het idee dat de wet van God moet prevaleren boven burgerlijk recht’. Dat heeft Rachida nergens beweerd, een week later wordt ze na zestien jaar dienst ontslagen.

Het roept veel reacties op. Van tot een die zich achter Rachida scharen. Ze schrijft een boek over wat er is gebeurd, met als veelzeggende titel

Rachida is niet de enige die voor maatschappijkritiek een personage gebruikt. Zij gebruikt een dame in nikab, in het Duitsland van de jaren tachtig doet Günter Wallraff zich met een plaksnor, gekleurde contactlenzen en nagebootst accent voor als Ali.

Wallraff is auteur en journalist, internationaal geroemd en bekritiseerd om zijn undercover werk. Als ‘Turkse gastarbeider Ali’ werkt hij bij verschillende Duitse bedrijven om over misstanden te schrijven, zoals het willens en wetens blootstellen van nietsvermoedende werknemers aan asbest en radioactieve straling.

Niet zo lang geleden besluit ik het boek er na jaren weer eens bij te pakken. Nog steeds ben ik blij dat het verhaal van die gastarbeiders is verteld, maar het voelt ongemakkelijk. Het boek is voor mij symbool gaan staan voor hoe in het publieke debat meer ruimte is voor de stem van een Günter dan die van een Ali. Of een Rachida.

Het is geen kritiek die Wallraff onbekend is. Zo vertelt hij in over een zwarte schrijfster die ‘een heel goed boek’ heeft geschreven:

‘... ik kan er niets aan doen dat zij niet de aandacht krijgt die ze verdient. Aan de andere kant heeft een bekende zwarte actrice gezegd dat het juist goed is dat ik als blanke mijn boek heb geschreven, want daardoor gaan andere blanken misschien eerder nadenken over hun vooroordelen. Dat is de paradox.’

Die paradox is een probleem. Het maakt dat je je als Rachida of niet kunt mengen in het maatschappelijk debat zonder het risico dat je professionele integriteit in twijfel wordt getrokken.

In het eerste hoofdstuk van haar boek gaat Rachida fictief in gesprek met het personage van haar filmpje. De dame in nikab vraagt haar of het de moeite waard was op te komen voor gezichtsbedekking, terwijl ze daar religieus niet eens achter staat.

Maar het gaat niet enkel om de gezichtsbedekking, dat is precies het punt. Het gaat om de vrijheid te kunnen doen wat je wilt, ongeacht wat de ander daarvan vindt. Zolang je elkaar maar geen schade berokkent.

De bescherming die de wet daarvoor biedt is voor iedereen, in kleden én spreken. De ander uitkleden of het zwijgen opleggen is morrelen aan die vrijheid en bescherming. Zaken die we delen en nodig hebben om samen te leven.

Meer lezen?

Wat verhalen zonder woorden kunnen Een optreden in Amsterdam brengt me naar andere werelden. Lees het verhaal van Kauthar hier terug Wat zou je doen als je niet op Facebook zat? In de trein scroll ik door mijn tijdlijn. Tot een wat oudere meneer me aanspreekt. Lees het verhaal van Kauthar hier terug Maak kennis met onze nieuwe correspondent Kauthar Bouchallikht Goed nieuws: we hebben een nieuwe correspondent. Kauthar Bouchallikht zal columns schrijven over samenleven. En ze begint vandaag! Lees de aankondiging van adjunct-hoofdredacteur Sterre Sprengers hier