Waar onze zoektocht rond vakantieparken ons tot nu toe bracht
Twee maanden geleden vroegen we wat jullie ons konden vertellen over wonen op vakantieparken. De respons was overweldigend. We leerden onder andere dat tussen wal en schip het vakantiepark ligt. Als je kijkt naar wie niet vrijwillig op een vakantiepark woont, zie je precies waar Nederland faalt als verzorgingsstaat.
Groetjes uit Putten, Gelderland, waar we deze week insneeuwen en iedereen spreken die ons iets kan vertellen over permanent wonen op een vakantiepark. Van parkbewoner tot parkeigenaar, van handhaver tot beleidsmaker: allemaal hebben zij zo hun eigen ideeën en ervaringen.
Putten. Thuis voor edelherten, snackbar Henk en Riet, de beste sauna van het oosten en het zwaartepunt van Nederland, berekend door een geoloog in 1984. Maar Putten is óók de plaats waar in het verleden hard werd opgetreden tegen mensen die permanent wonen in vakantiehuizen. En dat zijn er, vanwege de schitterende ligging midden op de Veluwe, een hoop hier: naar schatting zes- tot negenduizend.
De plaats wordt vaak genoemd als voorbeeldgemeente voor andere delen van Nederland, die nog niet zover zijn met het ‘vitaliseren’ dan wel met harde hand ontruimen (het is maar wie je het vraagt) van permanent bewoonde vakantieparken.
Bewoners van Puttense parken die werden ontruimd spreken van ‘de razzia van 2015’, wat de lokale burgemeester dan weer ‘een al te beladen woord’ vindt. Vakantieparkbewoners elders in het land zijn bang dat hun gemeente het voorbeeld van Putten zal volgen. Het is kortom de perfecte gemeente om onderzoek te doen naar de permanente bewoning van vakantieparken.
Wat we doen in Putten
We logeren in een park met ongeveer honderd huisjes. Onze chalets staan tegenover elkaar. Johannes zit in het kleine, met een boekje over Japanse uitvindingen op het toilet – denk aan kinderschoenen met schoonmaakborstels eronder. Ik (Vera) in het grote, met dubbele wasbak, want dat bood Johannes aan en ik ben niet het type dat uit beleefdheid weigert.
De eigenaar van de chalets ontvangt ons eerder deze week aan de poort van het vakantiepark. Hij kocht de twee huisjes vijf jaar geleden voor een prikkie van een ouder stel dat hier permanent woonde en moest vertrekken of een dwangsom ophoesten.
Destijds was het park verloederd. Intussen is het hier rustiger. Vuilnis moet worden weggegooid in doorzichtige zakken. Waar dat volgens de ene bewoner is zodat mensen hun groene afval en plastic scheiden, meent een andere bewoner dat het is om het dumpen van drugsafval te ontmoedigen.
Veel van de permanente bewoners vertrokken nadat het park in 2015 streng werd gecontroleerd en gesaneerd door de gemeente. Nu wonen er nog zo’n tien mensen permanent, de rest is voor toeristen. Van de huizen hier is een enkele aftands, voor de rest zitten we omringd door koddige tuintjes, vogelhuisjes en gelapte ramen.
We spraken de afgelopen dagen onder meer met twee bewoners die zo paranoïde zijn geworden van de gemeentecontroles op het park dat ze op controledagen met de gordijnen dicht binnen blijven en alleen muziek luisteren met oordopjes in. We zochten de eigenaar op van een park die met lede ogen aanzag hoe zijn groep vaste bewoners – en dus zijn vaste inkomen – moest vertrekken.
Ook spraken we met een collectief van oudere bewoners die de gemeente willen aanklagen en geld inzamelen om een advocaat te kunnen inhuren. En met een vrouw die zelf niet meer permanent op haar vakantiepark mag wonen en daarom emigreerde, maar nu op de momenten dat ze nog wel op het park is andere verdreven bewoners, die niet zo makkelijk konden uitwijken naar een nieuwe woonplaats, bijstaat. Tot slot interviewden we een jongen wiens chalet in de gaten werd gehouden door de gemeente. Met zijn kennis van cryptografie begon hij terug te bespioneren.
Wat we verder gedaan hebben
En dat is alleen nog maar Putten. Sinds we eind vorig jaar begonnen met onze zoektocht stroomden onze mailboxen vol. Honderden tips, vragen en persoonlijke verhalen kwamen binnen. Zo werd ons verblijf mede mogelijk gemaakt door de vriend van een vrouw die de zus is van de verkering van ene Anne, met wie Johannes vijftien jaar geleden een keer op toneelkamp was en die onze oproep op De Correspondent las.
Waar bracht onze zoektocht over vakantieparken ons tot nu toe? Allereerst: op heel veel plekken en bij heel veel mensen wier verhaal we nog niet hebben gepubliceerd. Een paar gesprekken publiceerden we al wel:
Johannes’ portret van twee gepensioneerden die in een vakantiehuis wonen omdat ze in de natuur willen zijn. Ze ergeren zich aan de beeldvorming rond vakantieparken: alsof daar alleen criminelen wonen. Interessant: volgens hen houden tienduizenden ouderen die in hun vakantiehuis wonen hun ‘echte’ woonhuis aan, terwijl daar niemand meer in woont. Zouden ze legaal in hun vakantiehuis mogen wonen, dan zouden die tienduizenden woningen mogelijk vrijkomen.
En zijn stuk over Kim Wittop Koning, die bij het Europees Hof procedeert om in haar vakantiehuis te mogen wonen. Waar de overheid dat wonen een probleem vindt, beschouwt zij haar vakantiewoning als een toevluchtsoord. Met haar medebewoners, allemaal ‘mensen buiten de lijntjes’, heeft ze een hechte gemeenschap opgebouwd.
Ik maakte dit verhaal over bewoonster Annette uit het Brabantse Oosterhout. Het was nooit haar droom om in een vakantiehuis te wonen, maar nu ze er eenmaal zit, vanwege schulden, wil ze er niet meer weg. ‘Mensen schamen zich voor hun situatie, zijn terughoudend om erover te praten. Ze komen hier terecht omdat ze geldproblemen hebben, of gedoe met instanties. Dat zorgt voor angst: als ik te veel zeg, word ik gepakt.’
Wat we tot nu toe leerden
Zoals gezegd: die persoonlijke verhalen zijn pas een voorzichtig begin. Wat tussen de bergen mail en informatie wel duidelijk werd: het verschilde behoorlijk welke aspecten van het vakantieparkenthema wij zelf interessant vonden.
Als ik mijn gedachten tot nu toe op een rijtje zou moeten zetten, krijg je dit: tussen wal en schip ligt in Nederland het vakantiepark. Als je kijkt naar wie niet vrijwillig (maar soms evengoed plezierig) woont op een vakantiepark, zie je precies waar Nederland faalt als verzorgingsstaat.
Dan zie je mensen die er wonen uit nood. Mensen die schulden hebben en geen regulier huur- of koophuis kunnen betalen, gescheiden mannen die tegen kromme wet- en regelgeving rond ouderschap en hun rechten daaromheen aanlopen, ouderen met een pensioengat, uitgeknepen arbeidsmigranten, uitgeprocedeerde asielzoekers, kruimelcriminelen met een huurverbod en de naar schatting 2 procent kwetsbare Nederlanders voor wie geen zorg georganiseerd kan worden omdat hun problematiek te specifiek is.
Maar er is ook een, even onbestemde, groep bewoners in minder penibele situaties. Dat zijn de de ruimdenkende idealisten die hun eigen voorwaarden willen stellen aan hoe ze wonen. Omdat ze zelfvoorzienend willen zijn, zo klein mogelijk willen wonen, of omdat ze simpelweg met rust gelaten willen worden. Wederom mensen met wensen waarvoor geen plek is in het op vlakken overgereguleerde Nederland. Behalve op het vakantiepark.
Nu willen gemeenten er via het ‘actieplan vitale vakantieparken’ voor zorgen dat vakantieparken ‘weer beschikbaar komen voor waar ze voor bedoeld zijn’; vakantie vieren.
Wat ik me daarbij afvraag: hoe heeft het kunnen gebeuren dat zoveel mensen hun toevlucht zoeken op het park? Welke systemen veroorzaken dat en houden het in stand? En als de parken inderdaad leeggeruimd worden, waar gaan de naar schatting honderd- tot tweehonderdduizend permanente bewoners dan naartoe? Wat kunnen we doen aan de gaten in ons sociale vangnet, waar zij in eerste instantie doorheen zijn gevallen?
Johannes fascineert het dat er te weinig woningen zijn in Nederland, maar te veel vakantiehuizen. Door krapte op de woningmarkt betaal je de hoofdprijs voor een woonhuis, terwijl je een vakantiehuis wegens leegstand voor een prikkie kan kopen. Kunnen vakantieparken een oplossing zijn voor het tekort op de woningmarkt?
De zes vragen waar we ons nu op gaan richten
Samengevat zijn de belangrijkste vragen van Johannes op dit moment:
- Hoe komt het dat we zo’n woningtekort hebben in Nederland?
- Waarom zouden gemeenten permanente bewoners willen wegsturen van vakantieparken?
- Hoe gaan we om met mensen die niet te handhaven zijn in een woonwijk?
De belangrijkste vragen die ik nu heb:
- Door welke gaten in ons sociaal vangnet vallen mensen die noodgedwongen op vakantieparken wonen – en hoe gaan we die herkennen en repareren?
- Waar gaan mensen die moeten vertrekken uit hun vakantiewoning heen?
- Waarom vinden gemeenten recreëren belangrijker dan wonen?
Dit stuk schrijf ik vanaf een tafel vol polaroids van de mensen die we spraken, post-its in vijf verschillende kleuren en koffie die een uur geleden al koud was. Naast me werkt Johannes aan onze wekelijkse nieuwsbrief, daar kun je je hieronder voor inschrijven. Tijd voor het volgende interview nu, we zijn er weer vandoor. Tot snel!