Wat is oorlog (en hoe doe je daarvan verslag)?
Bijna dagelijks brengen de media beelden van oorlogsgeweld. Maar begrijpen we de oorlogen daar echt beter door? Na zes jaar oorlogsjournalistiek besef ik: wie oorlog wil snappen, moet verder kijken dan de frontlinies. En dat is wat ik de komende tijd ga doen. Liever luisteren? Ik heb dit verhaal ook ingesproken.
Eind 2014 keek ik met tientallen andere journalisten vanaf een Turkse heuvel aan de grens met Syrië naar de strijd om Kobani, waar Syrische Koerden een gevecht op leven en dood voerden tegen Islamitische Staat. Die heuvel droeg de toepasselijke bijnaam: ‘hill of shame’. De wereld keek letterlijk toe hoe IS een volk afslachtte, terwijl niemand iets deed.
Wanneer journalisten van internationale televisiestations ‘live’ gingen, deden ze hun kogelvrije vest aan en zetten ze een helm op en droegen ze anderen op om niet in beeld te komen. Het moest er namelijk vooral uitzien alsof ze verslag deden vanaf de frontlinie. Achter de camera stonden karretjes opgesteld die cola, chips en nootjes verkochten.
Gezien de absurde situatie vond ik de naam van de heuvel goed gekozen. Maar ik schaamde me ook een beetje om daar als journalist te zijn. Want waarom waren we allemaal hier om exact hetzelfde verhaal te vertellen? Hielp dit wel om deze oorlog te begrijpen?
Wat is nieuws?
Een paar jaar later bekroop een soortgelijk journalistiek ongemak me. In Jemen dreigden miljoenen mensen te verhongeren terwijl de wereld wegkeek. Toen ik na heel veel moeite het land binnen was geglipt, zag ik de uitgehongerde kinderen die de ramp een gezicht gaven, en deed daarvan verslag.
Als je de honger in Jemen wilt snappen, zeggen volle markten wellicht meer dan foto’s van hongerende kinderen
Maar naast alle ellende viel me ook iets anders op: niet ver van de plek waar mensen verhongerden, lagen de markten vol voedsel en andere consumptiegoederen. Aardappels, uien, zakken meel, cola en zelfs televisies waren gewoon te koop. In geen van de berichten en rapporten die ik voor mijn vertrek had gelezen, was dit nieuws. Een volle markt past kennelijk niet in het beeld van een hongersnood.
En dat zette mij voor het blok. Ik wist: verhalen over markten vol voedsel in Jemen zijn moeilijk aan redacties te verkopen, bevalve aan media als De Correspondent. Maar als je de hongersnood in Jemen wilt begrijpen, zeggen die volle markten misschien wel meer dan de foto’s van uitgehongerde kinderen die wél gemakkelijk in het nieuws komen.
Het laat namelijk een glimp zien van de enorme corruptie die in Jemen heerst. En door die corruptie te begrijpen, snap je ook waarom vredesonderhandelingen steeds mislukken – en de hongersnood voortduurt. Sommige partijen in Jemen hebben namelijk helemaal geen baat bij vrede. Daarvoor levert de huidige situatie hen te veel op.
Hoe oorlogsjournalistiek beter kan
Steeds vaker kwam bij mij de vraag op: als ik oorlog wil begrijpen, kijk ik dan wel goed?
Is het wel nuttig om naar een frontlinie af te reizen om verslag te doen van explosies en uitgehongerde kinderen, terwijl de grondoorzaken van de ellende onbelicht blijven? Richt ik me niet te veel op de voorgrond, waardoor de onderliggende structuren verborgen blijven?
Een goed voorbeeld van journalistiek die aantoont dat het anders kan, was te zien tijdens de slag om de Iraakse stad Mosul in 2017. Toen de internationale coalitie IS uit de stad verdreef, reisden honderden journalisten naar het gebied om deze historische gebeurtenis vast te leggen. De slag om Mosul betekende het begin van het einde van IS. Groot nieuws dus!
Terwijl de meeste journalisten de vernietiging van de stad vastlegden, reisde Rukmini Callimachi van The New York Times naar de stad om de documenten die IS achterliet te pakken te krijgen. Hieruit reconstrueerde ze gedetailleerd hoe de bureaucratie in het kalifaat werkte. Haar werk leert ons meer over IS als organisatie dan alle artikelen vanaf de frontlinie bij elkaar. Het laat voor het eerst overtuigend zien hoe IS zo lang zo’n groot gebied kon besturen.
Een ander inspirerend voorbeeld zag je na het neerschieten van vlucht MH17. Terwijl journalisten belangrijk werk deden om de ramp ter plaatse te documenteren, struinden onderzoekers van Bellingcat het internet af, op zoek naar digitale bronnen die een antwoord gaven op de vraag wie verantwoordelijk was voor het neerschieten van het vliegtuig. Hun reconstructie was zo overtuigend dat zelfs inlichtingendiensten haar gebruikten.
Oorlog verandert. Zo ga ik daarvan verslag doen
Verhalen als deze bieden niet alleen nieuwe inzichten over oorlogen, ze maken ook gebruik van nieuwe mogelijkheden die beschikbaar zijn om gewapende conflicten diepgaander te onderzoeken. En dat is hard nodig. Want oorlog verandert.
Vijanden houden zich niet langer aan landsgrenzen en zijn vaak moeilijk te identificeren. We zijn verwikkeld in een cyberoorlog die de kern van onze samenleving raakt, maar voor een groot deel ook onzichtbaar is. En de ‘oorlog tegen terrorisme’ duurt nu al zo lang dat we ons er amper nog bewust van zijn, laat staan dat een overwinning nabij is.
Om de oorlogen van vandaag te begrijpen, moet ik mijn blikveld verruimen. Verder kijken dan daar waar oorlog het meest zichtbaar is. Daarom richt ik mijn blik de komende tijd op de plekken waar het stil is in de oorlogsjournalistiek.
Denk aan het analyseren van de geldstromen die de corruptie in Jemen in stand houden, het uitpluizen van de financiële verslagen van bedrijven die de wapens maken waar oorlogen mee worden gevoerd, de reconstructie van de totstandkoming van beleid en het bezoeken van plekken waar drones burgerslachtoffers maken.
Ik hoop een antwoord te vinden op de vraag die mij het meest bezighoudt: hoe is oorlog te voorkomen?
Ik wil in gesprek met de onderzoekers die modellen uitdenken die oorlog kunnen voorspellen, de technici die de wapens van de toekomst ontwikkelen, en met mensen die zoeken naar manieren om oorlogen te voorkomen.
In plaats van oorlogen als op zichzelf staande conflicten te onderzoeken, ga ik de samenhang analyseren en zoeken naar overlappende structuren. Op welke manier worden migranten ingezet als drukmiddel? Waarom neemt het aantal trainingsmissies van westerse speciale eenheden wereldwijd toe? Wat is de invloed van de defensie-industrie op ons veiligheidsbeleid?
Daarbij wil ik inzichtelijk maken welke landen en organisaties er precies betrokken zijn bij oorlogen, en waarom – en wat hiervoor de achterliggende strategie is (als die er al is). Welke pogingen worden er ondernomen om conflicten te beëindigen en in hoeverre hebben die effect? Ik wil nog steeds naar conflictgebieden reizen, maar daar rondkijken met een andere blik.
Zo hoop ik op het spoor te komen van de ontwikkelingen die helpen oorlogen beter te begrijpen. En zo hoop ik ook een antwoord te vinden op de vraag die mij het meest bezighoudt: hoe kunnen we oorlog voorkomen?