Podcast: Voor Typhoon is rap een spons waarmee je het leven opzuigt
Op twintigjarige leeftijd, in 2004, won hij al de Grote Prijs van Nederland, in de categorie r&b/hiphop. Nu, tien jaar later, is pas zijn tweede album in de maak. Maar rapper Typhoon heeft zeker niet stil gezeten: hij reisde de hele wereld over en werd ook nog privacy-activist. Een gesprek over stotteren, zwart-zijn en de flow van het leven.
Cultuurwerkplaats R10 in Zwolle is een broeinest van creatief talent. In de ateliers en studio’s steken ze elkaar aan, de jonge en geëngageerde makers. Zwolle heeft een reputatie hoog te houden op het gebied van de hiphop.
Rapgroepen Opgezwolle en Fakkelbrigade komen er bijvoorbeeld vandaan. Niet zo gek dus dat ook Glenn de Randamie, alias Typhoon (Zwolle, 1984), zijn broedplaats heeft gevonden bij R10. Daar sleutelt hij op dit moment aan zijn tweede album, dat in juni moet uitkomen.
Opmerkelijk, want al in 2004 won hij de Grote Prijs van Nederland, een vroege erkenning van zijn talent. In 2007 kwam zijn eerste soloalbum uit: Tussen lucht en licht. Het werk van een dichter, een toeschouwer, een levensgenieter, op de beat van de muziek.
En daarna? Typhoon zat zeker niet stil. Hij reisde de halve wereld rond, speelde samen met bands als New Cool Collective, trad op in de Ridderzaal voor de koning en koningin, om dit land, zijn land, te bezingen in Van de regen naar de zon.
Hij ontdekte dat het in Nederland onmogelijk is je terug te trekken, om er even niet te zijn. Anderhalf jaar weigerde hij zijn vingerafdrukken af te geven voor zijn nieuwe paspoort. Zo werd hij vanzelf de privacykwestie ingezogen. Intussen leerde hij van de cabaretiers om te relativeren. Met humor de dingen klein krijgen.
Maar nu is het gelukkig weer zover dat hij met een album naar buiten komt. Ik kon mijn nieuwsgierigheid niet bedwingen en bezocht Typhoon in de studio. Voor een gesprek met deze begenadigde taalvirtuoos over de flow van het leven, zwart-zijn, stotteren, de liefde en de kracht van de muziek achter de woorden.